This page contains a Flash digital edition of a book.
Ze behoren tot de grootste infraprojecten van dit moment: OV SAAL en SAA. Allebei staan ze voor een betere bereikbaarheid van de noordelijke randstad. Rijkswaterstaat verbreedt de snel- wegen A9, A10-Oost, A1 en A6 op de corridor Schiphol-Amsterdam-Almere (SAA) en ProRail werkt op het traject Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (OV SAAL) aan uitbreiding en aan- passing van het spoor. Om optimaal samen te werken en om van elkaar te kunnen leren, hebben Rijkswaterstaat en ProRail een alliantie gesloten. Jaap Balkenende (links op de foto), projectdi- recteur van ProRail, en Jan Slager, projectdirecteur bij Rijkswaterstaat, zijn enthousiast: “Samen- werken is vooral erg leuk. We leren veel van elkaar.” Tekst: Astrid Melger


R


ijkswaterstaat en ProRail heb- ben veel gemeen. Het zijn alle- bei beheerders van infrastruc-


tuur, het zijn grote opdrachtgevers, die nauw verbonden zijn met het ministerie van Infrastructuur en Milieu en ze hebben te maken met dezelfde maatschappelijke context. “We hebben vaak contact met dezelfde partijen”, vertelt Slager. “Onze opdrachtnemers en stakeholders komen vaak overeen. Daarnaast zien we regel- matig dezelfde onderwerpen langsko- men. Kijk bijvoorbeeld naar ‘tunnelveilig- heid’. Dat is bij Rijkswaterstaat helemaal hot, maar ProRail heeft op dit gebied heel veel ervaring. Als we dat kunnen matchen is dat mooi.” Het is dus niet gek dat de organisaties twee jaar geleden besloten om intensiever samen te werken op pun- ten als arbeidsmarktstrategie, communi- catie, assetmanagement en marktbena- dering. Daarnaast wordt er – maar daar zijn ook andere partijen bij betrokken – samengewerkt via de Rijksacademie en Kennis in het groot (KING).


XSAAL


Nu zowel Rijkswaterstaat als ProRail de komende jaren de capaciteit op het spoor en de weg op het traject Schiphol, Am- sterdam, Almere, Lelystad fl ink gaan uit- breiden, was een nog nauwere samen- werking eigenlijk onontkoombaar. Het spoor en de weg liggen op dit stuk niet alleen vlak bij elkaar, maar hebben ook


veel raakvlakken en veroorzaken allebei veel hinder voor de omgeving. Het resul- taat is de strategische alliantie XSAAL. Balkenende: “Deze is bedoeld om juist op die dingen waar de overlap en samen- hang zit, zo goed mogelijk gezamenlijk op te trekken. De ambitie is om een hogere tevredenheid bij de omgeving en gebrui- kers te realiseren tijdens de werkzaamhe- den.”


Tevreden en positief Slager: “De centrale doelstelling van XSAAL is om Amsterdam en de noor- delijke Randstad tijdens al die bouwac- tiviteiten bereikbaar te houden. De mo- biliteit willen we optimaal houden tijdens deze enorm drukke werkzaamheden in het drukste gebied van Nederland. Zowel voor het treinverkeer, als voor het wegver- keer met meerdere autosnelwegen, zoals de A10, A1, A6 en A9. Het traject is een enorme vervoersader en de bereik van het gebied is van groot economisch be- lang voor Nederland. Denk maar aan Fle- voland, de Zuidas en Schiphol. Die cen- trale doelstelling van bereikbaarheid is in de samenwerkingsovereenkomst uit- gewerkt in drie doelen, ten eerste snel en slim bouwen, ten tweede doorstro- ming en minder hinder en ten derde goe- de communicatie naar alle betrokkenen.” Balkenende vult aan: “Zo willen wij berei- ken dat treinreizigers, automobilisten en omwonenden toch tevreden en positief


blijven over de projecten. Maar wat ik ook heel erg belangrijk vind, is het uitwisselen van elkaars ervaringen en deskundigheid. Dingen gewoon samen doen.”


Wringen op de Zuidas De projecten die onder SAA en OV SAAL vallen, zijn over het algemeen groot. Som- mige zijn echte eyecatchers, zoals bij- voorbeeld het Zuidasdok, waar eigenlijk alle verkeersmodaliteiten samenkomen. Er moet 2 X 3 rijstroken, plus spitsstrook naar beneden worden gebracht. Er lopen twee metrosporen plus de aansluiting met de Noord-Zuidlijn en er komt een uitbrei- ding van het spoor. Balkenende: “Op het moment dat de Noord-Zuidlijn aankomt bij de Zuidas, wordt Station Amsterdam Zuid als vervoersknooppunt heel veel gro- ter. Het zal, zeker qua omvang van reizi- gers, te meten zijn met centraal station Amsterdam. Het is gigantisch wat bij sta- tion Amsterdam Zuid in de toekomst gaat gebeuren. De realisatie van die plannen komt al vrij snel dichterbij. We moeten nu bijvoorbeeld de perrons al breder maken omdat die te klein zijn voor het toekomsti- ge aantal reizigers. Er zijn heel veel raak- vlakken met andere werken en je hebt het over een hele kleine ruimte. Het is daar echt een kwestie van met de schoenlepel erin wringen.”


Voor Slager is de Zuidas ook belangrijk. “Het valt niet onder SAA, maar heeft na-


Nr.7/8 - 2013 OTAR TAR


O Nr.7/8 - 2013 5


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72