search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Serie Aflevering 4


Na diverse berichten over vermeende misstanden in de zorg deed Arts en Auto een oproep of u ooit ook de klok heeft geluid. Naar aanleiding van de reacties hierop schreven Daan Marselis en Roel Notten een vierdelige serie over het fenomeen klokkenluiden. Dit is de laatste aflevering. Zie artsenauto.nl voor de vorige afleveringen.


Openheid duurt het langst


Het melden van misstanden is vaak een laatste redmiddel voor zorgprofessionals die mogelijk disfunctioneren van een collega aan de kaak willen stellen. Het fenomeen klokkenluiden is daar- mee een symptoom van een dieperliggend probleem, namelijk dat fouten in de zorg niet altijd veilig besproken kunnen worden. Kan het beter en zo ja, hoe?


I


n deel 2 van deze klokkenluider- serie maakte Arts en Auto een reconstructie van een melding die een longarts in 2010 deed over het vermeend disfunctioneren van een collega-longarts. De melder moest met lede ogen toezien hoe


de ingestelde onderzoeken naar het ver- meend disfunctioneren niet leidden tot de conclusie dat de betreffende longarts, maar de vakgroep – op dat moment geleid door de melder – als geheel disfunctio- neerde. Wie meldt, wordt kwetsbaar. En toch, als dezelfde aanleiding zich in


de toekomst weer zou voordoen, zou de longarts, zoals zij in deel 3 van deze serie vertelde, er opnieuw voor kiezen om mel- ding te maken. Zij vindt het onverteerbaar


030 juli/augustus 2013 ArtsenAuto


om uit vrees voor de consequenties haar mond te houden als zij met eigen ogen ziet dat werk wordt geleverd wat niet aan de hoogste medische standaarden voldoet.


Coaching Het voorgaande roept de vraag op welke route (para)medisch professionals het beste kunnen bewandelen. Een route met het beste van twee werelden: verbetering van de professionele werkomgeving en de zekerheid dat melding gevrijwaard blijft van negatieve consequenties. Maar hier gaat nog een stap aan vooraf. Zorgprofessionals zouden ermee kunnen beginnen hun irritaties over disfunctio- neren naar elkaar toe uit te spreken. Vaak wordt daar te lang mee gewacht.


Wat dan overblijft is de formele route – met alle gevolgen van dien. De melder uit de reconstructie pleit er daarom voor om binnen vakgroepen en maatschappen tijdig coaching in te schakelen. Niet alleen externe coaching kan hel-


pen, artsen en andere zorgprofessionals zullen ook zelf anders moeten gaan wer- ken. Volgens Jan Klein, hoogleraar zorg en veiligheid in het Erasmus MC, is er een groeiende behoefte om minder indivi- dueel en meer in teams te gaan werken. Klein maakte zelf mee hoe onder zijn


verantwoordelijkheid als afdelingshoofd anesthesiologie bij het Havenziekenhuis een medische fout werd gemaakt. De misser kende geen dodelijke afloop. “Dat is destijds mijn geluk geweest”, stelt hij. “Daardoor werd de fout als leermoment beschouwd. Maar bij een sterfgeval had dat ook voor mij repercussies gehad.” De les die hij leerde, is dat multidisciplinaire teams structureel meer momenten van informatieoverdracht moeten inplan- nen, zodat alle professionals van elkaars werkzaamheden op de hoogte zijn. “Er moeten protocollaire routines van overleg worden ingebouwd, zodat je de dingen kunt bespreken voordat het een probleem is. Daar schort het nu vaak aan. Er is niet


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100  |  Page 101  |  Page 102  |  Page 103  |  Page 104  |  Page 105  |  Page 106  |  Page 107  |  Page 108  |  Page 109  |  Page 110  |  Page 111  |  Page 112  |  Page 113  |  Page 114  |  Page 115  |  Page 116  |  Page 117  |  Page 118  |  Page 119  |  Page 120  |  Page 121  |  Page 122  |  Page 123  |  Page 124  |  Page 125  |  Page 126  |  Page 127  |  Page 128  |  Page 129  |  Page 130  |  Page 131  |  Page 132