search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
PREVENTIE


Hoewel er geen directe vergelijking is lijkt het er op dat Bouw!, wanneer de oefenfrequentie hoog genoeg is en het programma wordt afgemaakt, nog een fractie effectiever is wanneer begonnen wordt halverwege groep 2 (preventief) dan in oktober groep 3 (supplementair).


Effectief betekent dat de leerlingen met Bouw! er meer op vooruitgaan in woordlezen dan leerlingen zonder Bouw!, ook als laatstgenoemden in de klas en erbuiten extra oefening krijgen (ondersteuningsniveau 2 en 3). Daarnaast is de taakoriëntatie van de Bouw!-leerlingen toegenomen, een belangrijke indicatie voor positief zelfvertrouwen en motivatie. Het effect spreidt zich uit naar tekstlezen, begrijpend lezen en spelling. Dat geldt niet alleen een jaar na afloop van het programma (in groep 5) , maar ook een paar jaar later in groep 7/8. Bovendien blijkt uit dit laatste onderzoek dat er veel minder zittenblijvers zijn en dat de leerlingen minder extra ondersteuning buiten de klas nodig hebben (ondersteuningsniveau 3).


Leerkrachten of IB’ers werken de niet-professionele tutors in en begeleiden hen. Tutors blijken meestal goed in staat om leerlingen genoeg instructie en oefening te geven die, conform de aanwijzingen van het programma, aangepast zijn aan hun niveau.


PRAKTIJKONDERZOEK NAAR IMPLEMENTATIE Na de experimentele fase heeft Lexima een online versie van Bouw! ontwikkeld voor de onderwijspraktijk. Door het Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Hoeksche Waard (SWV HW) is in april 2016 een project gestart met 35 scholen. Het ondersteuningsplan dat het SWV HW heeft opgesteld voor 2018-2022 vermeldt het doel: ‘alle scholen continueren BOUW! en optimaliseren hun technisch leesonderwijs in de groepen 2, 3 en 4. Doel is om de prevalentie van EED terug te brengen naar 3.5% in 2022’. Belangrijk element is dat elke school een Bouw!- coördinator heeft benoemd, meestal, maar niet altijd, een taak voor de IB’er. Daarnaast zijn er bovenschools vanaf het begin studiemiddagen georganiseerd door het SWV HW, is er technische ondersteuning van Lexima en hebben de Bouw!-coördinatoren een netwerk opgezet voor onderlinge communicatie. Bovendien is de hulp ingeroepen van Leestalent, een organisatie die vergoede curatieve dyslexiezorg voor kinderen met ernstige enkelvoudige dyslexie aanbiedt, maar in dit project de preventieve zorg op school ondersteunt. De praktische voortgang wordt begeleid door een projectgroep waarin Lexima, vertegenwoordigers van het onderwijsveld, SWV en de Universiteit van Amsterdam participeren. Daarnaast is er een stuurgroep


24


voor overleg met de gemeente (die het project mede financiert met het oog op preventie van dyslexie). Deze twee groepen zijn onlangs geïntegreerd.


De Universiteit van Amsterdam doet onder leiding van prof. dr. Peter de Jong sinds 2018 onderzoek naar de wijze waarop het programma op de scholen van SWV HW wordt geïmplementeerd. Dat wordt eind 2021 afgerond, maar er zijn al gegevens beschikbaar die inzicht geven in wat er komt kijken bij effectief gebruik in de praktijk. Wanneer het programma van 523 lessen preventief of supplementair gebruikt wordt, vormen minimaal 24 lessen per maand de beste oefenfrequentie om het in twee jaar geheel te doorlopen. Dat komt neer op een streefgetal van ruim 6 lessen per week. Die kunnen aangeboden worden in twee tot drie sessies van ongeveer 14-15 minuten geregistreerde oefentijd per sessie. Daarbij wordt aangetekend dat de oefentijd per les in de loop van groep 2 naar groep 4 ongeveer halveert. Dus als het in het begin twee lessen per sessie haalbaar zijn, kan dat oplopen tot vier in groep 4. De scholen die de oefenfrequentie van minimaal 24 lessen per maand realiseren, blijken het effectiefste te zijn. Zij hebben de meeste ouders die thuis met hun kind oefenen.


Bij de leerlingen zijn de effecten duidelijk zichtbaar in hun vaardigheid met woord- en tekstlezen. Naar andere effecten en implementatievoorwaarden wordt nog onderzoek gedaan.


BOUW! KAN OP DRIE MANIEREN INGEZET WORDEN


Preventief, vooruitlopend op de reguliere leesmethode: Gestart wordt met deel 1 halverwege groep 2, waarna ermee doorgegaan wordt in groep 3 tot ongeveer halverwege groep 4.


Supplementair, parallel aan de reguliere leesmethode: Gestart wordt met deel 1 in september-oktober van groep 3, eindigend in de tweede helft van groep 4.


Remediërend na opgelopen achterstand: Het programma wordt ingezet wanneer een leerling achterblijft (bijv. op basis van de januarimeting in groep 3 of nog later). Looptijd is afhankelijk van het deel waarmee begonnen wordt en hoe hoog de oefenfrequentie is.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56