ALGEMEEN
In de samenleving spelen diverse leesvormen een belangrijke rol: gedrukte boeken, kranten, internet, sociale media, e-books, lezen in de openbare ruimte en digitaal lezen en schrijven. ‘Lezen is een vaardigheid met een enorme spreiding als het gaat om de beheersing ervan’, vervolgt Van Wanroij. ‘Een grote groep heeft een leesvaardigheid die als voldoende wordt gezien om in werk en maatschappij adequaat te functioneren. Aan de ene kant zijn er mensen die geen enkele moeite hebben met het lezen en begrijpen van gecompliceerde teksten. Aan de andere kant zijn er mensen die een korte eenvoudige tekst niet of nauwelijks kunnen lezen en begrijpen. Dat is een persoonlijk, maar ook een maatschappelijk probleem.’
‘En dan valt al snel de term laaggeletterdheid’, verklaart Van Wanroij. ‘Laaggeletterd wordt gebruikt voor personen die onderwijs hebben gehad gericht op het verwerven van het schriftsysteem, maar waarbij dat tot onvoldoende resultaat heeft geleid. In dat kader valt ook de term functioneel analfabeet. In de categorie laaggeletterden treffen we dus ook de personen aan die te maken hebben met ernstige leesproblemen, waaronder dyslexie.’
SAMENHANG BRENGT VERBETERING Een dergelijk beeld zien we ook terug bij kinderen die leren lezen. ‘Voor de overgrote meerderheid van de kinderen is lezen een goed te leren vaardigheid. Helaas geldt dit niet voor alle kinderen. Er zijn kinderen die er langer over doen en meer moeite moeten doen om de vaardigheid van het lezen voldoende tot goed onder de knie te krijgen. Er is ook een groep kinderen die blijft kampen met leesproblemen. Als leesproblemen ondanks intensieve begeleiding niet overgaan, spreken we van dyslexie. Dyslexie gaat niet zelden gepaard met andere problemen die leerlingen in en buiten het onderwijs hebben.’
Of er nu sprake is van analfabetisme (geen leesvaardigheid omdat er nooit onderwijs is gevolgd) of van laaggeletterdheid, er is maar één manier om dit te doorbreken en dat is om deze jongeren of volwassenen alsnog te leren lezen. Van Wanroij: ‘Niet zelden lukt op latere leeftijd wél wat in eerdere jaren, de schoolgaande jaren, niet gelukt is. Dat kan een enorme zelfoverwinning opleveren met een hernieuwd gevoel van eigenwaarde. Daarom streven we naar een optimale omgeving om lezen en goed leren lezen te stimuleren, te faciliteren en te ondersteunen. Binnen en buiten de muren van de school en andere instituties.’
12
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56