LEESBEVORDERING
STRIJD TEGEN DE LEESCRISIS
Lezen is leuk! Het lijkt een moedeloze strijdkreet te worden van enthousiaste leesbevorderaars, want de Nederlandse kinderen en jongeren denken daar vaak heel anders over. Hoe brengen we daar verandering in?
DOOR FEMKE GANZEMAN V OVER
FEMKE GANZEMAN Femke Ganzeman
werkte bijna 10 jaar als leerkracht en leescoördinator op een basisschool en is de oprichter van de website Leesbe or
ringindeklas.nl. Voor deze website schrijft
ze kinderboekrecensies met lestips.
Daarnaast werkt ze als onderwijskundig adviseur bij Uitgeverij Schoolsupport en stelt ze boekpakketten samen.
v de-
rijwel alle jonge kinderen willen leren lezen. Toch zie je vaak dat aan het eind van de middenbouw kinderen hun interesse in lezen langzaam
verliezen. In de bovenbouw is dat probleem nog groter. Vanaf groep 6 maken kinderen namelijk steeds minder tijd vrij voor lezen. Daardoor gaat hun leesvaardigheid achter- uit, waardoor lezen steeds meer energie gaat kosten en vanzelf minder ‘leuk’ wordt. In het rapport van Stichting Lezen over de doorgaande leeslijn wordt dan ook gesproken over ‘de groep 6-crisis’: een cruciaal moment in de leesontwikkeling. Dan is het dus tijd om flink in te zetten op leesbevordering!
ALS JE IETS WILT LEZEN, MOET JE HET GEWOON PROBEREN Als een kind een boek kiest, zal het zich (onbewust) altijd afvragen: kan ik dit lezen? Als een boek te dik is of te weinig plaatjes heeft, kan dat een kind al snel ontmoedigen. ‘Saai’, zegt het dan. Maar misschien bedoelt het kind eigenlijk: ‘te moeilijk’.
Het helpt om dan bijvoorbeeld te benoemen dat een boek dik is, maar wel uit korte hoofdstukken bestaat. Of dat er best veel moeilijke woorden in staan, maar dat het boek zo spannend is, dat je daar gewoon overheen leest. Haal leesdrempels weg en spreek vertrouwen uit dat het kind het niveau best aan kan. Geef aan dat het niet erg is als
20
je niet elk woord begrijpt of dat het AVI-niveau eigenlijk ‘te hoog’ is. Als je iets wilt lezen, moet je het gewoon proberen. Tegelijkertijd kan het inderdaad zo zijn dat de leesvaardigheid niet voldoende is om van een boek te genieten. Het kind heeft dan vaak ook moeite om vloeiend hardop te lezen. De DMT kan aantonen of het kind een technische leesachterstand heeft. Merk je dat de leesvaardigheid achter loopt op belevingsniveau, probeer dan – samen met het kind – boeken te zoeken met een Makkelijk Lezen-kenmerk of maak gebruik van luister- boeken of boeken met leesondersteuning.
GEEF KINDEREN EEN REDEN OM HET BOEK TE GAAN LEZEN Belangrijk is dat kinderen weten waaróm ze lezen. Dat kan een puur praktische reden hebben: om de leesvaardigheid te verbeteren. Beter is echter om in te spelen op intrinsieke motivatie, zoals de nieuwsgierigheid van kind- eren. Veel kinderen lezen namelijk graag om meer te leren over dingen die ze interessant vinden. Die nieuwsgierigheid kun je prikkelen door aan te sluiten bij de actualiteit of lesstof.
Ga dus op zoek naar kinderboeken die passen bij de onderwerpen die je behandelt in de les. Dat kunnen zowel informatieve als verhalende boeken zijn. Met verhalende boeken sla je zelfs meerdere vliegen in één klap: niet alleen kan een fictieboek heel interessant zijn, het is ook een manier om avonturen te beleven in je hoofd. En laat
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56