search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Ontspannen stress-test Doe de


Met af en toe een beetje druk is niets mis. Maar heb je er vaak en veel last van, dan wordt het ongezond. Test hier hoe gespannen jij op dit moment bent.


Je beste vriend(in) belt: ze heeft een kaartje over voor het theater. Of je mee wil. Wat is je eerste gedachte?


A. Wat leuk, natuurlijk wil je mee! B. Poeh, dat wordt een latertje. Maar ach, in het weekend rust je wel uit.


C. Waarom laat ze je niet met rust? Je wil gewoon op de bank liggen.


Aan het einde van de dag…


A. Val je tevreden als een blok in slaap. B. Voel je je de ene dag vermoeider dan de andere, maar slapen lukt bijna altijd.


C. Ben je compleet uitgeput, maar kun je de slaap niet vatten.


Je belandt in een gigantische ochtendspits en dreigt te laat te komen voor die belangrijke meeting. Wat doe je?


A. Je belt je collega om het uit te leggen. Jullie kunnen vast een halfuur later beginnen.


B. Je voelt je hartslag licht stijgen als je denkt aan je wachtende baas.


C. Je raakt in paniek terwijl de tranen over je wangen biggelen.


Vooral B


Je zit rustig aan tafel een boek te lezen als er hard op het raam wordt geklopt. Jij…


A. Staat op en loopt naar de voordeur. Dat zal vast je pakketje zijn.


B. Reageert geïrriteerd. Je zat net zo lekker in je boek. C. Springt zowat tegen het plafond van de schrik.


Je collega gaat ziek naar huis en vraagt of jij een taak kunt overnemen. Wat is je reactie?


A. Je blijft kalm en schuift wat andere dingen van je to-dolijst door naar morgen.


B. Je maakt je zorgen of je het aan het einde van de dag wel af hebt.


C. Je raakt in paniek. Hoe kan je collega dit nou vragen, iedereen weet toch hoe druk je het hebt!


Het weekend is weer voorbij. Wat is jouw gedachte op zondagavond?


A. Morgen weer lekker werken! B. Wat is het weekend toch fijn. C. Neeeeee, ik wil niet naar mijn werk!


Er zijn heus wel momenten dat jij in de stress schiet.


Gelukkig duren die nooit al te lang en probeer je altijd


je hoofd koel te houden. Je stresslevel is prima.


Vooral A Stress? Dat woord komt


niet in jouw woordenboek voor. Waar anderen in


paniek zouden raken, blijf jij lekker rustig. Jij denkt in oplossingen en laat


spanning heel makkelijk van je afglijden. Heerlijk!


Vooral C Jouw stressthermometer


staat op dit moment in het rood. Je bent snel moe, prikkelbaar, onrustig en


kunt weinig hebben. Een manier om je stress te


verminderen is om vaker micropauzes te nemen.


Hoe je dat doet, lees je op de volgende pagina’s.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100  |  Page 101  |  Page 102  |  Page 103  |  Page 104  |  Page 105  |  Page 106  |  Page 107  |  Page 108  |  Page 109  |  Page 110  |  Page 111  |  Page 112  |  Page 113  |  Page 114  |  Page 115  |  Page 116  |  Page 117  |  Page 118  |  Page 119  |  Page 120  |  Page 121  |  Page 122  |  Page 123  |  Page 124  |  Page 125  |  Page 126  |  Page 127  |  Page 128  |  Page 129  |  Page 130  |  Page 131  |  Page 132  |  Page 133  |  Page 134  |  Page 135  |  Page 136  |  Page 137  |  Page 138  |  Page 139  |  Page 140  |  Page 141  |  Page 142  |  Page 143  |  Page 144  |  Page 145  |  Page 146  |  Page 147  |  Page 148  |  Page 149