p 1 januari 1945 doen de Duitsers een laatste wanhopige poging om de overwinning toch nog in handen te krijgen. Ze vallen met het restant van zo’n achthonderd toestellen de geallieerde vlieg-
velden in Frankrijk, België en ons land aan. Zo ook Eindhoven. Wij: the Second Netherlands Transport Compagnie, onder de hoede van 21 British Army Group, zijn gelegerd in een bebossing bij Eersel op de rand van het vliegveld. We verblijven in een oude sigarenfabriek. De Messerschmitts duiken op alles wat op het vliegveld staat en vernietigen of beschadigen zo’n 150 toestellen. Ik sta buiten met ons groepje en zie een uit koers geraakte Messerschmitt op zo’n 600 meter hoogte recht op mij afkomen. Gelukkig wordt er niet geschoten, anders waren we allemaal platgewalst. Iedereen duikt weg om te overleven en probeert ergens dekking te vinden. Ik duik een toilet vlakbij in en hoor het vliegtuig over ons heen gieren. Als alles weer rustig is, word ik door de commandant op het matje geroepen. Hij spreekt mij – netjes in de houding staande – met luide stem toe: ‘Als je voortaan weer moet schuilen dan niet meer in onze toiletten. Dit zijn toiletten voor officieren.’ Ik was 18 jaar en heb hem alleen maar met verbaasde blik aangekeken en niets gezegd. ‘Ingerukt!’, is het enige dat ik nog gehoord heb. Op dat moment realiseerde ik me dat ik nu in The Army was.