This page contains a Flash digital edition of a book.
Aanpassing besturing De bestaande PLC-besturing van de sluizen is gebaseerd op de Siemens S7 PLC. De lokale bediening is en blijft geba- seerd op de fysieke drukknopbediening buiten bij de sluis. Bij de lokale bediening wordt er geen gebruik gemaakt van de scheepsverkeerseinen om de toegang te regelen. Bij de be- diening op afstand worden de scheepsverkeerseinen wel ge- bruikt. Voor de koppeling met het COB wordt er een koppel- PLC geplaatst waarin de bediensignalen en commando’s voor het COB op een uniforme manier zijn uitgevoerd. De koppel- PLC is bedoeld om een duidelijke demarcatie, lees scheiding van verantwoordelijkheden en functionaliteit, aan te brengen tussen de verschillende partijen betrokken bij de COB centra- le en het object.


Bij de analyse van de bestaande besturingsstappen bleek dat er bij het afl open van het proces mogelijkheden ontston- den om een schip binnen te laten varen en nooit meer uit te laten varen. De kans hierop was bij de bestaande lokale en afstandsbediening zeer beperkt, aangezien de bedienaar of lokaal aanwezig was of bij de bediening op afstand continu zicht had op de twee sluizen en enkel de twee sluizen op af- stand te bedienen had.


Nieuwe situatie In de nieuwe situatie moeten we rekening houden dat vanuit de COB tot 110 objecten op afstand bediend gaan worden in een druk gebied met vele handelingen door een beperkt aan- tal bedienaars. Hierbij moet dus worden voorkomen dat een sluisproces wordt gestart, maar niet wordt afgemaakt, waarbij boten in de sluiskolk kunnen blijven liggen.


Om dit soort situaties in de nieuwe opzet te voorkomen, zijn de bestaande sluisprocessen geanalyseerd en waar nodig ge- optimaliseerd. Ook zijn er nieuwe scenario’s ontworpen. Denk hierbij aan scenario’s in het geval dat er een storing optreedt en schepen de sluiskolk moeten kunnen verlaten aan de kant waarvan zij de sluis zijn binnengevaren.


Door deze procesanalyse heeft er een optimalisatie plaatsge- vonden om vast te stellen welke stappen worden vrijgegeven. Om te voorkomen dat er processen niet worden afgemaakt omdat de bedienaar ondertussen andere objecten in behan- deling heeft, is er voor gekozen dat de sluis in het COB in be- diening blijft tot dat het invaart- en uitvaartproces geheel is afgemaakt.


Integrale test De aangepaste processcenario’s zijn door Waternet in sa- menwerking met IAP opgesteld. Hierin is ook de communi- catie met video en audio opgenomen in lijn met de COB pro- cesstappen. Voor de oplevering zal een integrale test worden uitgevoerd, waarbij vooral voor het videosysteem testen wor- den gedaan voor dag-met/zonder zonlicht en ‘s nachts. Voor de audio worden er geluidsmetingen uitgevoerd en instellin- gen gemaakt om geluidsoverlast voor omwonenden te voor- komen. Dit wordt uitgevoerd als onderdeel van het omge- vingsmanagementplan.


Industrial Automation Partners (IAP) IAP voert automatiseringsprojecten uit rond fysieke installaties. Dit zijn installaties in de procesindustrie en infra. Het begrijpen van de proces- sen rond dit soort installaties is essentieel om tot een optimale bestu- ringsoplossing te komen waar de bedienaar zich comfortabel bij voelt en voldoet aan de huidige eisen op het gebied van veiligheid, beschik- baarheid en verantwoording van het ontwerp en bouwproces. Naast de feitelijke bediening en besturing vormt de integratie van verschillende informatiestromen en de logistieke afhandeling daarvan een belangrijk onderdeel van het succes van de oplossing. Meer informatie: www.iapbv.nl


Storingsafhandeling


Naast de aanpassingen bij de verschillende operationele sce- nario’s, zijn de scenario’s voor het afhandelen van storin- gen bij bediening op afstand uitgebreid. Bijvoorbeeld, invaart wordt weer uitvaart. Ook zijn er extra noodstopvoorzieningen en veiligheidsfuncties voor het geval van falen van de commu- nicatie aan het systeem toegevoegd. Deze zijn uitgevoerd aan de hand van de Risico Inventarisatie & Evaluatie en in lijn ge- bracht met de noodstop-afhandeling van het COB.


Uitvoering Voor de integratie van de twee sluizen op het COB worden deze aangesloten op de beschikbare glasvezel ringnetwer- ken van het COB van Waternet. De installatie en vergunnin- gen voor het aanleggen van deze aansluitingen verdienen extra aandacht voor wat betreft de planning van het project. Voor het verkrijgen van de vergunningen moet het Waternet- projectteam onder andere te rade bij de eigen organisatie voor het verkrijgen van een vergunning voor het leggen van de glasvezelkabel. Amsterdam is nu eenmaal een gebied met veel infrastructuur ‘onder de grond’.


Afronden project Na het opleveren en enkele weken in gebruik zijn van de nieu- we bediening op afstand wordt de oude bediening op afstand verwijderd. De as-built-documentatie wordt geleverd met daarin de laatste informatie na inbedrijfstelling.


28 Nr.6 - 2015 OTAR


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56