search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Onvergetelijk


Tekst: Theo de Vries Beeld: Marcel Leuning


Er zijn van die momenten waarop dieren- artsen creatief en inventief moeten zijn. Ook omdat hun patiënten niet kunnen spreken. Soms is dat zelfs een voordeel. Zeker als de dokter snode plannen smeedt. Aan het woord: oud-dierenarts Theo de Vries uit Luttenberg.


Onsterfelijk “


Oproep Iedere medisch professional heeft wel een patiënt (gehad) die hij of zij nooit vergeet. Omdat de omstandigheden bijzonder waren, het behandel- traject aangrijpend, of juist om- dat zich iets grappigs voordeed in het contact. Als u uw verhaal (desgewenst anoniem) met ons wilt delen, nodigen wij u uit contact met ons op te nemen, 030 247 40 23; m.enzlin@artsenauto.nl.


044 mei 2012 ArtsenAuto


Dat ik afstudeerde in 1968, had het grote voor- deel dat het woord differentiatie binnen de diergeneeskunde nog niet was uitgevonden. Dat betekende voor mij dat zowel het verwijderen van een tumortje bij een goudhamster als het staande castreren van drie jaar oude hengsten bij mijn mooie werk in de veterinaire praktijk behoorde. Het betekende ook dat in onze zogehe- ten plattelandspraktijk steeds vaker gezelschaps- dieren ter behandeling werden aangeboden. Zo kwam het dat ik soms, na het verlossen van een koe in een donkere, naar kuilvoer ruikende stal, in een smetteloos witte jas spreekuur deed voor honden en poezen. Zo ook op die dinsdagmiddag. Inloopspreek-


uur, gezellig druk, de ene na de andere patiënt. Binnen komt een net oud dametje. Nog vief, keu- rig gepermanent zilverwit haar en met een iets te lange jas aan. Ze wordt vergezeld door – wat even later bleek – haar schoondochter. Het was het type pronte juffrouw met beide benen op de grond. Nergens bang voor; dat zag ik in één oog- opslag. De patiënt was een Yorkshire Terriër, zoals alle rasgenoten staalblauw van kleur en met het gebruikelijke rode strikje in het haar op de kop. Op mijn vraag naar de klachten vertelde de


dame dat het lieve beest steeds slomer werd en moeite kreeg met de dagelijkse wandelingetjes. Bij onderzoek bleek het 14 jaar oude teefje sterk icterische slijmvliezen van ogen en mond te heb- ben. Bij palpatie van de buik voelde ik direct een appelgrote tumor, welzeker uitgaande van de lever. Beide dames keken vragend en ook hoopvol naar mij op, maar helaas moest ik de prognose infaust stellen en kon ik nog slechts een korte


tijdsspanne van leven aangeven. De dame werd daarop nog kleiner, haar jas nog langer en ze zei resoluut: ‘Dan hoeft het voor mij ook niet meer.’ Ze bleek dagelijks in het verzorgingshuis waar


ze woonde nog zelf haar hond uit te laten en als dat niet meer nodig was, hield ze het zelf ook voor gezien. Uit het gesprekje dat volgde, bleek dat mevrouw zes jaar geleden in het mooie ver- zorgingshuis was komen wonen. Huisregel van de directie was: het is toegestaan kanariepiet, poes of hond mee te nemen, maar bij overlijden van het huisdier mag het niet worden vervangen. Vol begrip luisterde ik naar de dames. Onder- tussen keek ik recht in de ogen van de schoon-


Voor haar hoefde het dan ook niet meer


dochter en ik voelde dat zij een solide partner in het ‘kwaad’ kon zijn. We maakten de afspraak om de patiënt over 14 dagen weer te zien. Schoon- dochter zou ondertussen alles op alles zetten om via de rasvereniging een nieuwe York te krijgen. En jawel hoor; op de afgesproken tijd waren ze er, met z’n vieren. Na een moeilijk afscheid vertrokken de dame


en haar schoondochter. Dankbaar wisselden ze blikken van verstandhouding met mij uit. Het mag duidelijk zijn dat de hond met het rode strikje veel sneller liep dan 14 dagen geleden. Maar dat viel de directeur van het verzorgings- huis niet op.





Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100