search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Reportage


afdichtingen van de planetaire eindvertraging ver- vangen omdat die begonnen te lekken. Alles is zwaar gebouwd: zelfs na zóveel draaiuren kun je niet eens de draairichting herkennen; geen teken van slijtage”, lacht Mulrooney.


Drie nieuwe motoren “Mijn vader kocht de drie trekkers in de jaren tach- tig over van een buurman”, vertelt Mulrooney. En in 2003 heeft Quinn de eerste trekker onder han- den genomen. De akkerbouw kocht in één keer drie gloednieuwe Cummins QSX15-motoren met 15,9 liter inhoud. Diezelfde blokken liggen in Case IH Steiger 535-kniktrekkers van rond 2006. Omdat het Tier3-motoren zijn (Stage 3), en die dus scho- ner zijn dan de originele motorblokken, betaalde de Californische staat mee aan de investering in de vorm van subsidie. Twee motoren leveren 457 pk, en een derde Michigan levert nu 535 pk omdat die voor 4,5 meter brede all-in-one-pass-cultivator staat.


Geen koppelingspedaal Volgens de handige sleutelaar hebben de knik- trekkers maar één groot nadeel, en dat is de transmissie. Zoals gezegd zijn de scrapers ge- bouwd om in de Vietnamoorlog in no-time veel grond te verplaatsen om in gevaarlijk gebied lan- dingsbanen aan te leggen. De Michigan-kniktrek- kers hebben hiervoor maar vier versnellingen vooruit – twee hoge, en twee lage. De topsnel- heid van het gevaarte is 55 kilometer per uur. “Maar dat is doodeng”, lacht Quinn, die op de openbare weg niet zo snel durft te rijden. Bij veldwerk zijn er twee keuzes: vol gas is dat 5,6 km/u, of 14 km/u.” Bij het inbouwen van het nieuwe motorblok heeft


Driemaal Michigan-kniktrekker


Quinn hervat het werk. Wegrijden klinkt vreemd; de transmissie werkt namelijk met een koppelomvormer. Als de trekker op snelheid is, activeert Mulrooney de ‘lock-up’.


Mulrooney het frame gelijk 30 centimeter langer gemaakt, om meer ruimte te krijgen tussen motor en transmissie. Er zijn namelijk Michigan-mijn- shovels gebouwd met een extra koppelingspakket waarmee het aantal versnellingen verdubbeld – en die zou passen. Mulrooney wacht op een sloper om zo’n pakket eruit te halen, maar die zijn moei- lijk te vinden. Ook opmerkelijk, is dat er geen koppelingspedaal is. De transmissie werkt met een koppelomvormer.


Je kiest een rijrichting en versnelling, en geeft gas – dan grijpt-ie langzaam aan. Als je de gewenste snelheid hebt bereikt activeer je de ‘lock-up’.


Gemoderniseerd Van origine hebben de scrapers geen echte cabi- ne. Mulrooney verzamelde daartoe bij een trek- kersloper vijf dezelfde Steiger-cabines, en maakte daar drie complete van. Ook de Steiger-spatbor- den gebruikte hij. Die cabine kleedde hij fraai aan,


In Californië kun je subsidie krijgen als je een oude die- selmotor inruilt voor een nieuwe, schonere. Met behulp van subsidie kocht Mulrooney in één keer drie nieuwe 15,9 liter Cummins-motoren die voldoen aan Fase III.


Een overbemeten knikpunt. De pin is bijna 9 centime- ter dik. De platen met daarin het draaipunt, zijn zo’n 7,6 centimeter dik. De trekker is nog nooit in tweeën geweest. De trekker weegt 25,5 ton, waarbij alleen in de achterbanden water zit.


58 TREKKER JULI/AUGUSTUS 2022


Mulrooney bezit drie Michigan-kniktrekkers. Alle drie zijn voorzien van nieuwe motoren, cabines en gps-be- sturing. Hier zijn tweede kniktrekker in beeld, die even verderop met een kilverbak staat te wachten.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100  |  Page 101  |  Page 102  |  Page 103  |  Page 104  |  Page 105  |  Page 106  |  Page 107  |  Page 108  |  Page 109  |  Page 110  |  Page 111  |  Page 112  |  Page 113  |  Page 114  |  Page 115  |  Page 116  |  Page 117  |  Page 118  |  Page 119  |  Page 120  |  Page 121  |  Page 122  |  Page 123  |  Page 124