This page contains a Flash digital edition of a book.
COLUMN Maxime Verhagen


Er moet meer, er kán minder Laten we het vizier richten op 2040. Wat heeft Nederland dan nodig van de bouw en infra? Hoe ziet de weg daarheen eruit?


Uit alle onderzoeken blijkt dat de mobiliteit toeneemt en zonder maatre- gelen nemen de files weer toe. We zullen met meer mensen vaker op pad gaan, er zullen meer goederen vervoerd worden. Nederland is, ondanks de geluiden die we zo nu en dan horen, nog lang niet af! Er zal komend jaar echt nagedacht moeten worden over de vereisten voor mobiliteit ook na 2028. Want tot zo ver kijken we nu vooruit. Dat is nodig in een economisch vitaal land dat het moet hebben van export, economische activiteit en een goede concurrentiepositie. Dat is nodig als we blijvend genoeg banen wil- len blijven scheppen. Er is nog heel veel te doen. We moeten duurzaam aan- leggen, optimaal onderhouden en slim benutten en innoveren.


Maxime Verhagen Voorzitter Bouwend Nederland


De Minister heeft zelf al meerdere malen aangegeven dat het wensenlijstje aan noodzakelijke investeringen in de infrastructuur bij het Rijk en regio- nale overheden de 90 miljard euro overschrijdt. Ondertussen staan we ook aan de vooravond van een enorme renovatie en vervangingsopgave in de infrastructuur. Duizenden kunstwerken en duizenden kilometers dijken en


ondergrondse leidingen moeten de komende decennia worden aangepakt om ze betrouwbaar en veilig te houden. Er ligt een opgave om de afhankelijkheid van conjuncturele fluctuaties en politiek opportunisme te verminderen. Begin daarom nu al met het verlengen van de looptijd van het Infra- en Deltafonds naar 2040. En koppel daaraan meteen de ambitie om het Deltaprogramma, dat nu loopt tot 2050 met minstens 10 jaar te versnellen. Het stijgende water houden we niet tegen met bezuinigingen.


Vragen om meer financiële zekerheid is niet genoeg. Dat is oud denken. We moeten ook als sector, samen met de over- heid, durven nieuwe concepten toe te passen. Slimmere logistieke planning en gebruik van technologie zijn voorbeel- den van oplossingen die ook in de bouw steeds meer worden toegepast. In Nederland is 36 procent van al het vervoer- de gewicht over de weg immers bouwgerelateerd. Dat lijkt hoog, maar het aandeel behoort hiermee tot het op één na laagste van alle Europese landen. Vergeleken met de twee grootste transportlanden Duitsland en Frankrijk ligt dit zelfs 20 procentpunt lager. De vaarwegen in Nederland zijn daarvoor te danken. Een derde van al het vervoerde gewicht aan bouwmaterialen gaat inmiddels al via de binnenvaart.


Het stimuleren van nieuwe bouwconcepten, hergebruik van materiaal, en ruimte voor innovatie helpen ook. Ideeën genoeg. De kloof tussen de beleidsmatige wens om te innoveren en het risicomijdende gedrag dat wij helaas nog vaak bemerken bij de uitvoering van projecten moet daarvoor wel worden gedicht. Er worden kansen gemist. Er kan dus nog veel meer. Of wellicht moet de uitdrukking ‘Er kan nog veel minder’ zijn.


De bouw- en infrasector staat klaar om bij te dragen aan het oplossen van grote maatschappelijke vraagstukken. Bouwend Nederland wil daarom dat we als sector de ruimte krijgen, zowel beleidsmatig, financieel als in praktische zin. Samen bouwen we aan een duurzaam, veilig en bereikbaar Nederland.


Nr.6 - 2014 OTAR O Nr.6 - 2014 TAR 11


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48