This page contains a Flash digital edition of a book.
WATERBOUW


“Een mangrovebos zal een vloedgolf niet stoppen. Het zal de golven dempen en het sediment vasthouden, maar aan de andere kant gutst het water het bos weer uit. Als daar mensen wonen en het achterland ligt laag, dan zul je daar toch iets met een dijk moeten.” Het combineren van harde en zachte maatregelen voor het vergroten van waterveiligheid loopt als een rode draad door het hele interview met Bregje van Wesenbeeck. Voor haar gaat het niet om groene versus grijze infrastructuur. Of om ecoloog versus ingenieur.


Van Wesenbeeck begon tien jaar geleden als ecoloog bij Del- tares. “Ik deed mee aan de eerste pilotprojecten bij Rijkswa- terstaat. Dat was toen nog spielerei. Het waren losstaande, kleinschalige experimentjes.” Inmiddels is ze binnen Delta- res de trekker van het thema Duurzame Kustbescherming en beseft ze dat het niet gaat om het planten van stekjes. “Voor ons als wetenschappers is het heel makkelijk om te publiceren over de geweldige voordelen van natuurlijke op- lossingen, maar ergens moet iemand een ontwerp maken zodat mensen beschermd worden tegen overstromingen. Als het misgaat, kunnen er slachtoffers vallen. Het gaat mij niet specifi ek om bouwen met de natuur, maar veel meer om het meenemen van het ecosysteem in het ontwerp. Maak in het ontwerp gebruik van de krachten in de natuur die je kunnen helpen bij de bescherming tegen overstromingen”, zo luidt haar devies.


Ambassadeur


Als het interview plaatsvindt, is Van Wesenbeeck net terug van een bezoek aan New Orleans, waar ze voor het Water Institute of the Gulf een presentatie hield over bouwen met de natuur. Haar enthousiasmerende presentaties maakten haar tot een wereldwijd bekende ambassadeur voor natuurlijke kustbescherming. In New Orleans haalde haar presentatie de media, omdat ze het Water Institute een hart onder de riem stak om grootschalig te denken in het herstellen van de kust en niet te blijven hangen in wat projectjes links en rechts. Het instituut werkt aan een masterplan voor het herstel van de hele 639 kilometer lange kust van Louisiana. Het plan voor- ziet erin om in bepaalde gebieden de sedimentatie vanuit de rivieren weer terug te brengen, om zo moerassen te behou- den of te herstellen. In haar presentatie sprak ze over een ongekende schaalgrootte en over ‘big time engineering’. “De sedimentatie is te gering om de hele Mississippidelta te her- stellen. Daar is al te veel voor verloren gegaan”, licht ze toe. “Ze moeten nu keuzes maken.”


Falen


De onderzoekster onderkent dat er nog veel kennis ontbreekt over het inzetten van natuurlijke processen bij beschermende maatregelen tegen overstromingen. “Ik zeg overal dat ingrij- pen altijd risico’s met zich meebrengt. Je kan fouten maken. Maar dat geldt voor harde als zachte constructies. Overal in de wereld zie ik dijken op verkeerde plekken liggen of falen


omdat ze niet goed


worden


onderhouden. Bij het ontwer- pen van harde én zachte con- structies maak je gebruik van


Bregje van Wesenbeeck, Deltares: “Of harde constructies beter zijn, weet ik niet.


Soms zijn harde constructies de enige oplossing, maar ik geloof wel dat zachte constructies op termijn fl exibeler zijn”.


integrale ontwerptechnieken waarbij je rekening met socio- economische waarden en met het natuurlijke systeem. Het kan nooit de bedoeling zijn een dijk om een moeras te leggen waar niemand woont.” Volgens Van Wesenbeeck draait het intussen om de vraag waar je de lat legt als je ge- bruikmaakt van natuurlijke processen. “Sommige processen kunnen we al goed kwantifi ceren. Zo kunnen we best een waarde koppelen aan golfdemping door vegetatie op een dijk. Het is nog wel lastig om op een vergelijkbare manier uit te drukken wat de kans is dat een voorland op lange termijn of bij een extreme storm blijft liggen.”


Dynamisch kustbeheer


Nederland kent een dynamisch kustbeheer, waarbij zee en wind de ruimte hebben om sediment te verplaatsen. Daar- door kan het kustfundament meegroeien met de stijgende zeespiegel en ontstaat een natuurlijker kustlandschap met een grotere diversiteit aan habitats, fl ora en fauna.


Volgens Bregje van Wesenbeeck zijn onze duinen en stranden eigenlijk het meest sprekende voorbeeld van ‘bouwen met de natuur’: “De zandmotor is daarbinnen een poging om het beheer nog effi ciënter te maken. Eerst suppleerden we zand boven water op het strand, toen onderwater op de vooroever en nu op één plek. In het buitenland haal ik dit vaak aan om te illustreren dat je moet leren omgaan met dynamische kustprocessen.”


De ‘mini’ deltagoot van Deltares voor het nabootsen van golfdemping door beschoeiing


WATERFORUM MEI 2017


13


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48