This page contains a Flash digital edition of a book.
zijn beland. Op die plaatsen is vaak een damwand in de dijk aangebracht om verzakking van de dijk te voorkomen. “Een dijk versterken betekent vaak dat hij breder moet worden en dat is daar op veel plaatsen dus niet mogelijk. In die situatie moet dus gezocht worden naar een slimme technische oplossing om de dijk wel sterk maar niet lomp te laten worden. Dat kan door het slaan van extra damwanden of – en dat zou een mooie innovatieve toepassing zijn – gebruik van geotextiel zoals dat onlangs met succes is beproefd bij de IJkdijk.” Dit geotextiel kan, verticaal in de dijk- voet aangebracht, piping voorkomen en dus de stabiliteit van de fundering van de dijk vergroten. “Waterschap- pen gaan echter niet over één nacht ijs, dus er zullen eerst praktijkproeven moe- ten plaatsvinden alvorens tot definitieve toepassing kan worden overgegaan”, aldus Klijn.


Binnensteden Innovatieve toepassingen, zoals met het geotextiel, kunnen een goede oplossing zijn voor gebieden waar dijken heel be- palend zijn voor het landschapsbeeld en cultuurhistorische waarden. “Maar er zijn ook situaties waar het helemaal niet erg is om dijken een beetje lomp uit te voeren”, zegt Frans Klijn. “Bijvoorbeeld in binnensteden, zoals in Rotterdam, waar dijken liggen op plaatsen waar een stedelijke herbouwopgave gepland is. Daar kan nieuwbouw gemakkelijk ge- combineerd worden met het aanbren- gen van brede doorbraakvrije dijk.”


Domino-effect Enkele jaren geleden is uitgebreid on- derzoek gedaan naar de mogelijkheid om gebieden als Zuid-Holland en de Betuwe van extra compartimeringsdij- ken te voorzien. Klijn: “We hebben toen ook verschillende bestaande comparti- meringsdijken onderzocht om te weten te komen welke remmende werking die hebben op verspreiding van het water bij een overstroming. In sommige geval- len blijkt er, als het water eenmaal door een primaire kering heen komt, voor de eerstvolgende compartimeringskering een ‘badkuip’ te ontstaan waarin het water zo hoog komt dat die tweede ke- ring het ook begeeft, enzovoorts: een


domino-effect. Die eerdere studie naar compartimentering heeft uitgewezen dat de kosten van nieuwe compartimen- teringskeringen in veel gevallen niet op- wegen tegen de baten. Maar dat geldt als je uitgaat van de bestaande situatie. Als de zeespiegel stijgt en we ook met hogere rivierafvoeren te maken krijgen, ligt de situatie heel anders en kan ex- tra compartimentering dus weer inte- ressant zijn om de omvang en gevolgen van overstromingen te beperken.”


Extra functie boezemkaden In dat verband is relevant dat in Laag- Nederland vele honderden kilometers boezemkaden liggen die het boezem- water scheiden van het omringende land. Klijn: “Deze boezemkaden heb- ben tegelijkertijd een remmende wer- king op het binnendringende water bij een bres in de primaire kering. Het zou best eens interessant kunnen zijn deze kaden in de loop der tijd niet alleen aan te passen aan hoger boezempeil, maar ze stap voor stap extra te verhogen naar gelang de stijging van het zeewaterni- veau. Een adaptieve maatregel bij uit- stek!”


Haarlemmermeer Een aardig voorbeeld in dit verband is de Haarlemmermeer waar het water in de Ringvaart door de omringende boe- zemkaden wordt gecontroleerd. Ge- redeneerd vanuit de huidige zeestand zal bij een doorbraak van de zeewering deze boezemkade net voldoende be- scherming kunnen bieden. Maar als de zeespiegel verder stijgt, is verhoging van deze kades eveneens een interes- sante optie. Klijn: ”Ik houd mij vooral bezig met overstromingsrisico’s vanuit het hoofdwatersysteem. Een groep col- lega’s kijkt juist ook naar risico’s van het regionale watersysteem. Daarbij is ook naar de Haarlemmermeer gekeken en berekend wat de gevolgen zijn als de Haarlemmer Ringvaart zou ‘leeglopen’. Dan praat je natuurlijk over veel min- der water en zou een kleine kade rond Schiphol voldoende bescherming kun- nen bieden voor de luchthaven.”


Innovatieve ideeën


Het kijken naar de toekomst, naar welke slimme, innovatieve oplossingen moge-


lijk zijn om adaptief in te spelen op de gevolgen van klimaatverandering, kan ook tot onverwacht aardige ideeën lei- den waar nog niet eerder aan werd ge- dacht. Klijn: “Wij hebben een student laten kijken naar het vraagstuk van dijk- verhoging op plekken met cultuurhis- torisch waardevolle bebouwing. Een bekend voorbeeld is de Voorstraat in Dordrecht. Er wordt altijd gezegd dat zo’n dijk niet omhoog kan vanwege die beeldbepalende bebouwing. De situa- tie in Dordrecht wordt dan echter bepa- lend voor alle te overwegen maatrege- len in het hele benedenrivierengebied. Plotseling ontstond bij ons het idee: en als we die huizen nu eens zouden op- vijzelen? Die student is bij verschillen- de aannemers gaan informeren naar de technische mogelijkheden en kos- ten die daarmee gepaard zouden kun- nen gaan. Daaruit resulteerde een be- groting van zo’n 30 miljoen euro voor de hele 1,5 km lange Voorstraat. Dat lijkt mij een overzichtelijk bedrag. En als je die huizen dan toch op een betonplaat hebt gezet, kun je ze in de loop der ja- ren stapsgewijs met de hoogte van de dijk laten meegroeien.”


Discussie kantelen


De uitkomst van dit verkennende onder- zoek moet natuurlijk nog wat steviger worden overgedaan, zegt Klijn. “Maar het geeft wel aan dat als je eens op een andere manier naar een probleem kijkt, je tot oplossingen kunt komen die, zoals in dit geval, de angel uit een veel groter vraagstuk halen. Alle pogingen om het waterpeil in de regio Rijnmond - Drecht- steden maar niet te laten stijgen, wer- den allemaal aan de Voorstraat opge- hangen. Dus dan ben je bezig om vier of vijf enorme rivierkeringen en storm- vloedkeringen te ontwerpen voor 1,5 km dijk. Wij hopen dus ook dat dit de discussie een beetje doet kantelen. Het ‘probleem Dordrecht’ is oplosbaar, het kost wel wat geld, maar het kan op een manier die uiteindelijk tot een robuuste- re oplossing leidt. Met al dit soort idee- en worden de deelnemers aan FLOOD- risk2012 uitgedaagd, met als uiteindelijk doel de delta’s overal ter wereld zo veel mogelijk klimaatveranderingsbestendig te krijgen.”


Nr.8 - 2012 OTAR OTAR Nr.8 - 2012 7


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48