Tekst: Manja Visser Beeld: Corbis
ling. Immers: wie zelf verbouwt, kan oogsten naar behoefte. Inmiddels slaan ook Europeanen aan het stadstuinie- ren. De wachtlijsten van volkstuinen zijn momenteel eindeloos lang en op dakterrassen en balkonnetjes worden ontelbare potten en bakken gevuld met tomaten, pluksla en kruiden. Stoeptegels worden gelicht om ruimte te maken voor piepkleine minimoestuintjes. En in tal van steden worden initiatieven ont- plooid om braakliggende stukken grond om te toveren tot buurtmoestuinen die bewoners en hun kinderen gezamenlijk onderhouden en waarvan de oogst trots wordt verdeeld.
Eigen kweek Verwacht wordt dat Urban Farming dit jaar ook in Europa zijn grote doorbraak beleeft. Dat is te hopen, want niets is zo leuk als zaadjes planten en enkele dagen later al groene puntjes uit de grond te zien steken. Kijk, daar is de sla! Komen daar de boontjes al? En hé, daar piept nog iets de grond uit! Nóg leuker is om met zelfgekweekte groenten een maaltijd klaar te maken. De smaak van je eigen tomaatjes, komkommers en ra- dijsjes is zo veel lekkerder! En ik kan het weten, want ik ben ermee opgegroeid en als rasechte Amsterdamse heb ook ik nu al zo’n jaar of zes mijn eigen moestuin, op hetzelfde volkstuincomplex als mijn grootouders vroeger. U denkt nu misschien: is dat geen
tenland – wat een enorme klimaatbelas- ting is. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de moderne stadsbewoner de afgelo- pen decennia voeling met de oorsprong van zijn voedsel is kwijtgeraakt. Urban Farming vormt de tegenbewe-
ging die stadsbewoners weer dichter bij de natuur moet brengen. Deze trend is in 2010 uit Amerika komen overwaaien. In grote steden als New York en Chicago zaaien steeds meer bewoners hun eigen groenten, fruit en kruiden – bij gebrek aan tuinen – op daken en braaklig- gende stukken grond. Producten van eigen oogst bevatten geen pesticiden of andere kunstmatige toevoegingen, er is minder CO2
-uitstoot en minder verspil-
gedoe, zelf je groenten, fruit en krui- den verbouwen? Het antwoord is dat je je moestuin zo klein of zo groot kunt maken als je zelf wilt. Het enige wat je nodig hebt, is goede grond of aarde met voldoende voedingstoffen, gelegen op een zonnige plek. Veel kruiden zoals rozemarijn, tijm,
basilicum en munt doen het goed in potten op een zonnige plek. Datzelfde geldt voor tomaten, pepers, paprika en aardbeien. Sla, komkommer, courgette en kleinsoortige sperziebonen doen het ook goed in potten en bakken, én ver- dragen halfschaduw. Omdat de aarde in potten sneller uitdroogt dan tuingrond, is regelmatig water geven een must. Zorg ook dat de pot groot genoeg is, zodat de
wortels voldoende ruimte hebben, en geef regelmatig extra voeding. Op een balkon of dakterras zullen er
niet snel slakken zijn, maar eten ze toch van de sla, smeer dan de pot in met vase- line zodat ze niet omhoog de pot in kun- nen kruipen. Urban farmers met grootse plannen doen er overigens verstandig aan om vooraf na te gaan of het dakter- ras sterk genoeg is.
Wie zelf verbouwt, kan oogsten naar behoefte
Het is leuk en leerzaam om kinderen bij het tuinieren te betrekken. Zo weet ik pas sinds ik een eigen moestuin heb, dat spruitjes aan een stok groeien. Zelf ben ik gewoon begonnen en door er steeds meer over te lezen en door te doen, kwam ik een heel eind. Wie het echt se- rieus wil aanpakken, doet er verstandig aan een moestuinboek aan te schaffen.
Manja Visser is auteur van het onlangs bij uit- geverij Kosmos verschenen Het Groentenparadijs, een kookboek dat zij samen met Marcel van Driel maakte voor urban farmers en liefhebbers van producten van de koude grond, met recepten van drie generaties uit een Amsterdamse moestuin.
ArtsenAuto mei 2013 051
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100