1031 | WEEK 51-01 20 DECEMBER 2023
13
Extremere rivierafvoeren voor de Rijn en Maas: nóg minder water in zomers en meer ‘s winters
worden van extremen, neemt de opgave voor waterbeheerders toe, zowel in Nederland als in onze buurlanden. De afvoerscena- rio’s gaan uit van de huidige situatie en zijn beleidsneutraal.”
Ver vooruitkijken Voor het eerst bieden deze nieuwe nationale afvoerscenario’s de kans om de afvoersitua- tie na de eeuwwisseling van 2100 te bekijken. In totaal zijn er 15 klimaatscenario’s geanaly- seerd op hun effecten op de afvoeren van Rijn en Maas. Voor de meest extreme scenario’s zullen de gemiddelde lage afvoeren na 2100 nog verder gaan dalen en zullen de maximale afvoeren waarschijnlijk verder toenemen.
In vergelijking met de KNMI-scenario’s geven zowel de droge als natte scenario’s een afna- me van de gemiddelde zomerafvoer te zien. Omdat hogere afvoeren in de winter en de la- gere afvoeren in de zomer elkaar uitmidde- len, is er op jaarbasis gemiddeld vrijwel geen verandering te bespeuren. Deze afvoerscena- rio’s representeren de klimaateffecten, spe- cifiek ten aanzien van de gemiddelde en lage afvoeren.
Allang geen uitzondering meer: extreem laagwater op de Waal.
RIJSWIJK In opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) zijn Deltares, Rijkswaterstaat en het KNMI een samenwerking aangegaan om inzichten van- uit de nieuwste klimaatscenario’s te verta- len naar het afvoerregime van de Rijn en Maas. De analyse laat zien dat voor beide ri- vieren de gemiddelde winter- en voorjaars- afvoeren omhoog gaan.
In het zomerhalfjaar (maart - augustus) zul- len de gemiddelde afvoeren verder dalen, als gevolg van minder neerslag en een ho- gere verdamping in de stroomgebieden van Rijn en Maas, beide vooral regenrivieren. De totale afvoer van water in het winterhalfjaar
(september - februari) neemt juist toe door stijgende temperaturen.
Klimaatscenario’s Op 9 oktober 2023 publiceerde het KNMI zijn ‘23 klimaatscenario’s voor Nederland’. Voor de lage landen laten deze nieuwe scenario’s zien dat men te maken krijgt met een versnel- ling van de zeespiegelstijging, een toename van de gemiddelde temperatuur, drogere zo- mers en juist nattere winters. Tegelijkertijd nemen de weersextremen toe en kunnen er in de zomer zwaardere buien voorkomen.
Alle nieuwe afvoerscenario’s laten lagere ri- vierafvoeren zien voor de Rijn en de Maas in
Archieffoto beeldbank RWS
het zomerhalfjaar. De afname varieert tussen de 10 en 30 procent voor 2100. “We kunnen nu dus met meer zekerheid stellen dat de af- voeren in het zomerhalfjaar gaan afnemen. Voor zowel Rijn als Maas zullen de gemid- delde winter- en voorjaarsafvoeren omhoog gaan”, laat Rijkswaterstaat weten.
En: “De stijgende temperaturen zorgen er- voor dat de gletsjers in de Alpen langzaam- aan verdwijnen. Ook wordt het sneeuwpak in de Alpen in de loop van de eeuw veel min- der dik. Er valt meer regen, waardoor de ge- middelde afvoer in de winter toeneemt en de bijdrage van smeltwater aan Rijn afneemt. Met het toenemen van variaties en het groter
Nader onderzoek naar de impact en het ef- fect van de afvoerscenario’s zal plaatsvin- den in vervolgstudies, waaronder beleidsstu- dies zoals het Deltaprogramma Zoetwater, Kennisprogramma Zeespiegelstijging, Programma Klimaatbestendige Zoetwatervoorziening Hoofdwatersysteem en het Programma Integraal Riviermanagement.
Deltascenario’s Begin 2024 worden de Deltascenario’s gepu- bliceerd. Hierin worden de klimaat- en afvoer- scenario’s gecombineerd met de sociaaleco- nomische ontwikkelingen die de watervraag en de bovenstroomse afvoeren beïnvloeden.
In de loop van 2024 brengt Deltares in samen- werking met Rijkswaterstaat en het KNMI in navolging van de huidige klimaatstudie een rapport uit dat ingaat op de toekomstige ver- andering in hoge en extreem hoge afvoeren.
Bron: Rijkswaterstaat
Casco nieuwe Salamanca gearriveerd voor afbouw bij Concordia Damen
WERKENDAM Al langere tijd werkt Danser Group aan de wens om klanten niet alleen te bedienen met een betrouwbare vloot bin- nenvaartschepen, maar om die vloot ook klaar te stomen voor een toekomst waar- in uitstootreductie centraal staat in vrijwel alle modaliteiten. Een voorbeeld daarvan is het nieuwe schip van MerlinGroup, met wie Danser Group recent een contract heeſt ge- sloten. Beide partijen zijn vastberaden hun bijdrage te leveren aan de verduurzaming van de binnenvaart.
Het 135 x 14,2 meterschip is het eerste van een nieuw type met een rompvorm die tot 20 procent brandstofbesparing leidt en tegelij- kertijd 10 procent meer 40-voets container ca- paciteit biedt. Deze nieuwe Salamanca, die haar oude naamgenoot zal vervangen, heeſt dieselelektrische aandrijving. Op verzoek van MerlinGroup heeſt de werf, Concordia Damen in Werkendam, het schip echter zo gebouwd dat het is voorbereid op volledig elektrische aandrijving, zodra dit een haalbare kaart wordt.
Volgens Marco Zwaap, COO bij Danser Group, heeſt het bedrijf al jaren goede ervaringen met MerlinGroup, de oude Salamanca én binnen- vaartondernemer Jan Kleine. Beide partijen ervaren de bestaande samenwerking als zeer prettig en met dit contract bouwen de bedrij- ven hun partnerschap verder uit. Het schip
gaat varen in een grote vloot schepen die van- uit de samenwerking tussen Danser Group en Pro-Log aan de klanten ter beschikking wor- den gesteld. Beide firma’s willen met hun net- werk en expertise ook een rol spelen op het gebied van vergroening. De Salamanca komt in het eerste kwartaal van 2024 in de vaart.
Momenteel is de infrastructuur die nodig is om een brede inzet van alternatieve brand- stoffen en voortstuwingsmethoden mo- gelijk te maken nog zeer beperkt. Te den- ken valt aan waterstof, methanol, ethanol,
‘full-electric’, ammoniak, wind-assisted pro- pulsion, biofuels en andere ontwikkelingen. Op alle fronten wordt er druk geëxperimen- teerd en vooruitgang geboekt, maar nog geen enkel systeem is al op schaal beschikbaar.
Voorloper Danser Group wil graag bijdragen aan het ver- wezenlijken en versnellen van deze veelzijdige ontwikkeling. Het bedrijf heeſt de overtuiging dat het dat ook doet door zijn rol als ‘early adaptor’. Eerder nam het bedrijf ook al het eerste LNG-ombouw project in de binnenvaart
op zich en ook in de relaties met klanten en business partners komt vergroening steeds meer centraal te staan.
Door de bouw van het nieuwe schip van MerlinGroup wordt er ook druk op de markt gezet; ‘het kan’ is de boodschap en dat stimu- leert anderen om ook over te gaan op alter- natieve brandstofsystemen. Daarnaast draagt het bij aan de verandering dat overheden en grote stakeholders een keuze gaan maken voor H2, biodiesel, batterijen of een ander systeem.
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96