search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Interview


Jessica Gal (43) behaalde als judoka in de jaren negentig vier Europese titels en vier bronzen WK-plakken. Nu, als sportarts, is ze ook vol ambitie. Met haar eigen bedrijf, sportmedisch adviescentrum Jessica Gal Sportartsen, zet ze zich met ziel en zaligheid in voor sporters. “Ik wil niet dat mijn patiënten tegen barrières aanlopen.”


“ 046


In mei heb ik Giel Beelen medisch onder- steund bij zijn poging om het wereldrecord radiomaken te verbeteren. Gedurende de recordpoging ontbrak het ons als medisch begeleidend team aan niets: zo hadden we de beschikking over een zorgpatch waarmee we op afstand allerlei gegevens konden raadplegen, zoals Giels hartslag en zijn ademfrequentie. Voorafgaand aan zijn recordpoging was er de vrees voor een reeks ernstige effecten die zouden kun- nen optreden door het gebrek aan slaap, variërend van een grotere kans op hart- en vaatziekten tot het krijgen van diabetes. Maar deze voorspellingen waren gebaseerd op studies met respondenten met een heel ander soort slaapdeprivatie. Bovendien is Giel een gezonde man, dus de risico’s waren in mijn ogen beperkt. Uiteindelijk is het goed gegaan en kijk ik terug op een bijzondere en leerzame ervaring. Wat mij bij de begeleiding van Giel


heeft getriggerd, is de parallel met top- sport. Wie verzint het nu om bijna 200 uur aaneengesloten radio te maken? Dat doe je alleen als je dat héél graag wilt. En dan kún je het ook. Dat vind ik mooi. Ik begreep dondersgoed waarom hij die prestatie wilde neerzetten. Als oud- topsporter voelde en herkende ik zijn drang om te presteren, om iets bijzonders neer te zetten. Het laat ook zien waarom werken met sporters anders is dan werken met gewone patiënten. Als sportarts komen patiënten met een actieve hou- ding naar je toe. Ze willen graag van hun blessure af. Ze willen ook zelf iets doen.


juli/augustus 2014 ArtsenAuto


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100  |  Page 101  |  Page 102  |  Page 103  |  Page 104  |  Page 105  |  Page 106  |  Page 107  |  Page 108  |  Page 109  |  Page 110  |  Page 111  |  Page 112  |  Page 113  |  Page 114  |  Page 115  |  Page 116  |  Page 117  |  Page 118  |  Page 119  |  Page 120  |  Page 121  |  Page 122  |  Page 123  |  Page 124  |  Page 125  |  Page 126  |  Page 127  |  Page 128  |  Page 129  |  Page 130  |  Page 131  |  Page 132