Klare taal Jan Willem Vaartjes
In 2006 werd de volgende commissie onder leiding van Linschoten ertegenaan gegooid. De term ‘taakde- legatie’ werd vervangen door ‘taakherschikking’, wat feitelijk neerkomt op substi- tutie. Binnen tien jaar zou de preventie en behandeling van gaatjes en tandvleesaandoeningen voor een grote groep medisch onge- compliceerde patiënten door de vierjarig opgeleide mondhygiënist kunnen worden verzorgd. De 6-jarig opgeleide tandarts zou mondarts gaan heten en alleen gecompliceerde patiënten behandelen. Verbazingwekkend uit het rapport zijn de aannames over de ongecompliceerde patiënt. De panels van tandartsen en mondhygiënisten hadden er wezenlijk andere me- ningen over. Mondhygiënisten vonden driekwart van de patiënten tussen de 18 en 30 jaar ongecompliceerd, tand- artsen kwamen uit op minder dan de helft. De commissie besloot het maar arbitrair op 60 procent te zetten. Wel met het gevolg dat het aantal gefinancierde opleidings- plaatsen voor tandartsen van 260 naar 240 kon worden verlaagd, terwijl het bij mondzorgkunde verhoogd werd tot 300.
In 2010 en 2013 verschenen twee rapporten van het Capaciteitsorgaan, waarin een realistischer percentage van 15 procent taakherschikking werd gehanteerd. Mede hierom adviseerde het Capaciteitsorgaan in 2010 om het aantal opleidingsplaatsen voor tandheelkunde uit te breiden van 220 naar 374. Geen muziek in de oren van de toenmalige minister Schippers. Zij stuurde prompt een brief naar de Kamer met de strekking niks met het advies te doen omdat zij liever taakherschikking bevorderde.
‘Verbazingwekkend uit het rapport zijn
de aannames over de ongecompliceerde patiënt’
In het rapport van het Capa- citeitsorgaan van 2013 werd ineens geaccepteerd dat de helft van de instroom best buitenslands gediplomeerd kon zijn en werd het advies verlaagd naar 287. Een advies dat nog steeds een uitbreiding betekende. Maar ook dat advies legde de minister naast zich neer.
Waarschijnlijk dacht VWS in 2017 het over een andere boeg te gooien door niet meer het Ca-
paciteitsorgaan in te huren. Voor een nieuw rapport werd bureau Panteia ingeschakeld. Maar dat bleek onafhanke- lijker dan VWS vooraf dacht. Er rolde een advies uit om het aantal plaatsen uit te breiden naar 390. Een advies dat ook weer met een begeleidende brief naar de Kamer werd gestuurd met de strekking dat taakherschikking belang- rijker was en dat het advies van Panteia door het Capaci- teitsorgaan in de ‘juiste context’ moest worden geplaatst. Zo werd er weer tijd gewonnen zonder dat er iets werd gedaan. In een tussentijdsadvies van het Capaciteitsorgaan werd het aantal benodigde opleidingsplaatsen teruggebracht naar 311, in het definitieve advies medio 2020 kwam het echter uit op op 359. Maar de uitbreiding van het aantal plaatsen werd opnieuw geblokkeerd, Ditmaal door het mi- nisterie van Onderwijs: de uitbreiding kon niet budgetneu- traal vanwege het feit dat er niet bezuinigd kon worden op het aantal plaatsen voor geneeskunde. Eén ‘mondmaskerdeal’ minder en we hadden genoeg geld gehad om nu voldoende tandartsen te hebben in Neder- land. Begrijpt u het nog? Z
JAN WILLEM VAARTJES, VICE-VOORZITTER KNMT
JUNI NT DENTZ
13
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84
