search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
heeft een zaaisysteem met betere plantenverde- ling de voorkeur. Naast de zoektocht naar een stukje mineralen-effi- ciency speelt in Zuid-Limburg bovendien het pro- bleem van waterafspoeling bij zware regenbuien. Telers ervaren dat ruitzaaien een goed zaaisysteem is, dat naast beperken van afspoeling een goede opbrengst oplevert.


Zaaien op 50 centimeter rijafstand Vandaag de dag is grofweg 80% van de zelfrijden- de hakselaars uitgerust met een rijonafhankelijke maisbek. Het maakt vanuit dat oogpunt dus niet meer uit of je kiest voor een zaairijafstand van 37,5 of 50 of 75 centimeter. Met name boeren in Gelderland en Overijssel kie- zen vaker voor een rijafstand van 50 centimeter. Het voordeel is dat je met dezelfde zaaimachine ook bieten, bonen of chicorei kunt zaaien. En ook schoffelapparatuur is zo in alle gewassen te ge- bruiken. Kies je als biologische teler voor ruitzaai- en of DeltaRow, dan wordt schoffelen tussen de planten wel moeilijker of vrijwel onmogelijk. Loonbedrijf Hoftijzer kiest in de Achterhoek voor 37,5 en 50 centimeter rijafstand. Schoffelen lukt nog wel op 50 centimeter rijafstand, maar op 37,5 centimeter rijafstand is het niet te doen. Bij de zaaimethode op 75 centimeter (traditioneel) kun je nog met smalle banden rijden. Bij 50 centi- meter is een drukwisselsysteem ook aan te beve- len.


Mais in ruggenteelt Het voordeel van mais in ruggenteelt is dat je in één werkgang de niet-kerende grondbewerking met een voorzetwoeler toepast. Tevens maak je


ruggen. Op de ruggen kun je mais inzaaien. Een direct gevolg van deze teelt is 20% meer wortel- massa. Deze extra wortels halen meer vocht en mi- neralen naar boven, al is het effect minder in ver- gelijking met een heel goede grondbewerking vooraf. In totaliteit geeft dit niet direct meer op- brengst. Het idee achter deze zaaimethode is dat – net als in de aardappelteelt – de grond sneller op- warmt, waardoor je een vlotte groei krijgt. Een ander voordeel dat wordt genoemd van mais op ruggen, is dat overschotten aan regenwater – bij- voorbeeld bij de steeds vaker voorkomende plens- buien – vlotter worden afgevoerd, zodat een per- ceel niet verzuipt. Daar tegenover is in te brengen dat het vasthouden van water de laatste jaren steeds meer in het nieuws is. In heuvelachtig ter- rein tot slot kunnen de ‘gootjes’ tussen de ruggen juist voor ongewenste afspoeling zorgen. Daarom is ruitzaai daar een meer aangewezen zaaimetho- de.


Voordelen van ouderwetse rij Rekening houdend met het wegvallen van midde- len in de toekomst, en daardoor meer inzet van mechanische onkruidbestrijding, is het kiezen van een zaaimethode met maisplanten op een wat ruimere afstand wellicht praktischer dan ruitzaai- en of DeltaRow. Je hebt dan meer ruimte voor de schoffels. Ook bij toepassen van directzaai of on- derzaaien van een vanggewas op maisland geldt meer ruimte als een voordeel. Het doel is om met een vanggewas de stikstofbinding na het hakse- len sneller op gang te brengen. Maar ook hier zit- ten weer voor- en nadelen aan. Bij zaaien op 37,5 centimeter of DeltaRow kun je nog wel directzaai toepassen – bijvoorbeeld rietzwenk meezaaien


‘ZAAIEN ONDER FOLIE IS 14 DAGEN EERDER HAK- SELEN’


Loonbedrijf Heeringa in Tersoal (Fr.) zaait sinds 2010 onder afbreekbare folie. En dat bevalt goed. “Op 80 hectare is het ook dit jaar weer toegepast. We verwachten de mais in de eerste week van september te hakselen. Acht van de tien keer gaat het goed. Het doel is om op de slappe gronden (klei op veen) de mais 14 dagen eerder dan normaal van het land te halen om vastrijden te voorkomen. We zaaien met een zesrijige Samco, samen met bestrijdingsmiddel, en leggen tegelijker- tijd folie. Loonbedrijven in Dokkum, Emme- loord en Waarland zaaien ook nog mais onder folie. In Limburg is nog 20 hectare suiker- mais. Naar schatting circa 120 hectare mai- steelt onder folie bij elkaar. In het verleden was dat wel eens 600 hectare. Maar door aan- gescherpte mestnormen is deze techniek af- genomen.”


met de grondbewerking. Onderzaai moet respec- tievelijk in juni of direct na de maisoogst gebeu- ren, en dan moet je het zaaizaad wel tussen de maisplanten kunnen plaatsen. Kies je voor onder- zaai in juni, dan is het overigens belangrijk om goede weersomstandigheden (geen droogte) te hebben. Bij nazaai wordt het vanggewas direct na de maisoogst gezaaid. De teler moet dan wel voor een vroeg maisras kiezen.


Marketing Tot slot nog een nuancering. Loonbedrijven pro- beren zich te onderscheiden voor potentiële klan- ten, en dat kan met nieuwe technieken als ruit- zaaien of de DeltaRow-zaaitechniek. Dat hoeft een teler niet tegen te houden om het eens uit te proberen, maar kijk wel kritisch naar het resultaat. De voorgespiegelde voordelen moeten aan het eind van de rit terug te vinden zijn in de oogst. Volgens de gegevens afkomstig van het CBS neemt de totale oppervlakte maisteelt de laatste jaren af. Zo werd er in 2020 nog 215.323 hectare mais gezaaid. In 2021 was dat teruggelopen naar 203.820 hectare (korrelmais en snijmais). Het aan- tal melkveehouders zal naar verwachting eerder dalen dan stijgen in de toekomst.


Een voordeel van ruitzaaien is dat je redelijk op tijd bent om het gewas te beschermen. Wanneer je dat tussen het tweede en vierde blad doet, kan dat nog.


73 TREKKER SEPTEMBER 2022


TEKST: ANNELIES BAKKER FOTO’S: ANNELIES BAKKER, LOONBEDRIJF HEERINGA


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100  |  Page 101  |  Page 102  |  Page 103  |  Page 104  |  Page 105  |  Page 106  |  Page 107  |  Page 108