051
Dokter Meindert en zuster Martha komen regelmatig hun patiënten bezoeken. Zo ook een zieke Meneer de Uil
te hebben gegeten. Als Zoef de Haas somber en depressief is, stelt de dokter voor dat ze hem moe- ten opvrolij ken. “Dat heb ik al gedáán, dokje”, roept ze. “Met een spuitje. Maar het hélpt niet!” Als Meneer de Uil ‘klappersnavelend’ in bed
ligt, stelt Martha voor hem nog eens lekker op te schudden. “Hoe vaak heb ik u dat nou al niet verteld, zuster Martha?”, springt dokter Meindert tussenbeide. “Het béd moet worden opgeschud, niét de zieke!” In de latere fabels krij gt Meindert verdere assis-
tentie van Martha’s zus Myra en van dokter Zaza Zebra, afkomstig uit het Derde of Buitenste Bui- tenbos. Niet iedereen is Zaza aanvankelij k gun- stig gestemd – zo is hulpzuster Myra wantrouwig richting Zaza – maar al snel wordt de exotische, ondernemende en vrolij ke arts geaccepteerd.
Kruidenapotheek Wanneer Zaza geneeskrachtige kruiden en drankjes in het Grote Dierenbos introduceert, is dat een knipoog naar de opkomst van alternatie- ve geneeswij zen in de jaren tachtig. De kruiden- drankjes zorgen voor heel wat spanningen en misverstanden met dokter Meindert, die er, als het om dit onderwerp gaat, heel andere opvattin- gen op na houdt. Maar dat weerhoudt Zaza er niet van haar eigen kruidenapotheek te beginnen. Aan ziektes, kwaaltjes, ongelukken en ongeval-
len doorgaans geen gebrek in Fabeltjesland. De vraatzucht van Lowieke (‘smikkelen en smullen’) de Vos wordt regelmatig bestraft met buikpij n. Momfer de Mol verslikt zich te pas en te onpas in zij n ‘segaartjes’. En Zoef de Haas rent regelmatig tegen een boom als hij weer eens wil bewij zen dat hij toch echt het snelste dier van het Grote Dierenbos is. Hilarisch zij n de diagnoses die dokter Mein-
dert stelt. Wanneer de gebroeders Bever een kroketten automatiek plaatsen, met felle maag- krampen bij vooral Lowieke als gevolg, consta- teert de arts een duidelij k geval van automatitus. Juff rouw Mier lij dt aan furia limpidus, een ziekelij ke vorm van schoonmaakwoede. Als Bor de Wolf last heeft van zij n buik, weet dokter
Aanvankelijk praktiseert Meindert het Paard in het diepste geheim zónder doktersbul
Meindert niet zo snel een oplossing. “Was het maar paars geweest, of wat mij betreft violet. Dan had ik het wel geweten”, peinst hij , doelend op de kleur van het braaksel van de patiënt. “Dan zou het coloritus abnormalis zij n geweest.” Niet altij d kan de medische professie uitkomst
bieden. Wanneer de benen van Juff rouw Ooie- vaar zij n bevangen door de kou, weet zelfs dokter Meindert geen raad. “Ze heb dooie benen”, roept haar vriend Harry Lepelaar. Gelukkig gaat Wil- lem Bever een lichtje op. “Als je met een blaas- lamp waterleidingbuizen kan ontdooien, dan ken je ook die stelten van Ooievaar vorstvrij maken.” En zo geschiedde. Niets menselij ks is de dieren uit Fabeltjesland
vreemd en dus steken zo nu en dan ook psychi- sche en mentale klachten de kop op. Een depres- sieve Stoff el de Schildpad (die voor zij n pij nlij ke schild onder andere ‘kwakzalf’ voorgeschreven heeft gekregen) brengt op aanraden van dokter Meindert een bezoek aan de Herberg van het Zuiverste Water, waar een bron van geneeskrach- tig water zwaarmoedige dieren er weer bovenop helpt. En een overwerkte Willem Bever wordt door dokter Meindert aangemoedigd een hobby te nemen: tuinieren. Ome Gerrit de Postduif, die gebukt gaat onder
stemmingswisselingen door zij n ‘manke poot’, kiest liever eieren voor zij n geld als Meindert voorstelt een operatie uit te voeren. “Daar wilde dokter Meindert het Paard nota bene de enige manke poot die ik heb operéren! De snij er! Nou, aan mij n poot geen polonaise. Liever een mánke poot dan géén poot!”
<
Mediajournalist Patrick Bremmers is ook de auteur van Hallo Meneer de Uil, een boek dat verscheen ter gelegenheid van 50 jaar Fabeltjeskrant en exclusief archiefmateri- aal bevat. Het is nog via diverse kanalen online te koop (o.a.
bol.com,
deboekentas.nl en
tantehannie.com).
FOTO: ANP/NEDERLANDS INSTITUUT VOOR BEELD EN GELUID
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92