search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Spiegel


Tekst: Herman van Veen Beeld: Jesse Willems


Op deze plek verhalen schrijvers, journalisten en publicisten over een persoonlijke ervaring met de gezondheidszorg en houden ze (para)medici een spiegel voor.


Blozen


Het is vooral de angst om te blozen die er vaak voor zorgt dat je bloost. Je zit in de klas, je hebt je huiswerk niet gemaakt, je doet er alles aan om geen beurt te krijgen, probeert eruit te zien als je schrijftafel of op te gaan in de oude schoolprent aan de muur. De ogen van de meester vinden je gezicht. Oeps, je bloost als een boei. De meester heeft dan de keuze, je doortrekken of met rust laten. Aan het eind van de les loop je als laatste de klas uit en bedankt hem voor zijn respectvol negeren, met een blos. Niemand is gevrijwaard van blozen. Geen koning, geen hertog, geen wande- laar, geen bedelaar, geen sjacheraar, geen engel, hoer of tovenaar. Blozen is een vaak onhandig lichamelijk bijverschijnsel, vooral ook omdat het door velen wordt gezien als een soort gezichtsverlies. Blozen komt vooral in de pubertijd voor, vaak vanuit de angst dat er iets ontdekt zou kunnen worden waarvoor je je geneert. En dat is op die leeftijd nogal het een en ander. Dan denk ik terug aan mijn pukkels of steenpuist of de vlooien die ik toen ooit had.


Waaraan ik ook probeerde te denken, het hielp niet


Bij jonge meisjes werd in vroeger tijden, als er onfatsoenlijke onderwerpen ter sprake kwamen, het blozen soms ook geacht als zichtbaar teken van schaamte. Iets om trots op te zijn, getuigenis van goede afkomst en beschaving. In afgelegen streken in het noordoosten van Thailand houden, zeg maar, Thaise


Herman van Veen (1945) speelt viool, zingt, schrijft, componeert, regisseert, acteert en schildert. Van Veen is te zien in de Nederlandse theaters en speelt t/m 6 december in Koninklijk Theater Carré, waar hij zijn 500ste voorstelling zal geven.


040 november 2014 ArtsenAuto


geisha’s, naast traditionele vaardigheden als het elegant bespelen van een tokkelinstrument, bloem- schikken, het dragen van iets luchtigs, het in slomo over elkaar doen van de benen, het uitvoeren van een theeceremonie en het kalligraferen van bijzondere woorden, zich vooral ook bezig met de kunst van het blozen. Een kunst waardoor, als het ware, de onschuld gemanifesteerd wordt, zodat de gast- vrouw blozend begeerlijker zou worden. Een geisha werd daar ook vaak op afgerekend. Een door het blozen geraakte bewonderaar was vaak bereid dieper in de buidel te tasten. Met het ouder worden bloost een mens minder tot helemaal niet meer. De laatste keer dat ik bloes, zo zegt mijn kleinzoon dat, was verleden jaar, tegelijk twee keer achter elkaar. Ik moest voor een kleine ingreep naar het ziekenhuis in Eindhoven en moest daarvoor van onderen zorgvuldig geschoren worden. De belachelijk mooie verpleger sloeg mijn deken weg, zag mijn jonge- heer en zei: “Zo…” Ik wist niet wat hij met zijn zacht uitgesproken ‘zo’ bedoelde. Vond hij mijn jonge- heer te klein? Te groot? Te vrouwelijk? Tijdens het voorzichtig scheren bleef mijn jongeheer opmerkelijk rustig liggen. Maar toen de verpleger met een kwast bijna teder mijn schaamstreek oranjepaars begon te verven, werd hij onrustig. Zoals een hondje dat in zijn slaap een poes vermoedt en één oor opsteekt. Waaraan ik ook ter afleiding probeerde te denken, de Efteling, Ponypark Slagharen, het hielp niet echt. Hoppakee. De verpleger keek er niet van op en grapte of ik een selfie wilde maken, met hem erbij, dat vond hij geen probleem. Of het dan op zijn Facebook mocht. Nou, dan bloos je wel.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92  |  Page 93  |  Page 94  |  Page 95  |  Page 96  |  Page 97  |  Page 98  |  Page 99  |  Page 100