Olympische Spelen
Kaj Hendriks (28)
Onderdeel Roeien, acht-met-stuurman Eerdere deelnames 1 (5de vier-zonder- stuurman, Londen 2012) Beste prestatie 1ste WK vier-zonder- stuurman, Chungju, Zuid-Korea, 2013 Olympisch doel Medaille Studie Geneeskunde sinds 2006, nu bezig met master, Universiteit Utrecht Afgestudeerd Naar verwachting in 2019 Maatschappelijke toekomst “Sportarts of militair arts en daarnaast lijkt expeditie- arts me heel avontuurlijk.”
Madelein Meppelink (26)
Onderdeel Beachvolleybal, met Marleen van Iersel Eerdere deelnames 1 (9de, Londen 2012, met Sophie van Gestel) Olympisch doel Medaille Beste prestatie 1ste EK Cagliari, Italië, 2014 (met Marleen van Iersel) Studie Bachelor farmacie, RUG en UU, afgerond: 2014 Maatschappelijke toekomst “Een baan bij de Dopingautoriteit, of de management- kant maar dan wel een baan met raakvlak- ken met sport en farmacie.”
Maarten Brzoskowski (20)
Onderdeel Zwemmen, 400 m vrije slag en 4 x 200 m estafette vrije slag Eerdere deelnames 0 Olympisch doel Finaleplek 400 m Beste prestatie 6de EK korte baan 200 m en 400 m, Netanja, Israël, 2015 Studie Fysiotherapie sinds 2013, Fontys Eindhoven Afgestudeerd Naar verwachting in 2018 Maatschappelijke toekomst “Fysio- therapeut, dat wil ik al worden sinds de 2de klas van de middelbare school.”
door mijn studie farmacie heb ik geleerd wat bepaalde stoffen met je lichaam doen. Bijvoorbeeld dat bij kleine ontste- kingen ibuprofen heel werkzaam is en dat je bij hoofdpijn beter af bent met een paracetamol.” Brzoskowski kan sinds een paar jaar de fysiotherapeuten in het medi- sche begeleidingsteam beter volgen. “En als ze me iets uitleggen, kunnen ze ook wat dieper op de stof ingaan.” Doordat Hendriks veel weet over het menselijk li- chaam kan hij overbelasting en bepaalde blessures net iets beter plaatsen. “Als ik dan ergens een pijntje heb, begrijp ik waar het vandaan komt en wat ik eraan kan doen. Ook mijn kennis van voeding helpt bij mijn voorbereiding op een wedstrijd.” Andere roeiers komen vrijwel nooit met een kwaaltje bij hem. “Dat komt misschien ook doordat we deels con- currenten zijn. In de acht-met-stuurman zijn minder plekken dan roeiers. Op zo’n moment wil je liever niet dat een andere roeier weet wat je mankeert en zoek je misschien eerder de bondsarts op.”
026 juni 2016 ArtsenAuto
De drie Olympiagangers worden voor en tijdens de Spelen omringd door fysiothe- rapeuten, artsen en diëtisten. Meppelink krijgt samen met beachpartner Marleen van Iersel ook begeleiding op mentaal vlak. “Mental coaching is heel belangrijk in deze sport. Beachvolleybal is een soort schaakwedstrijd, iedereen heeft zijn zwakke plekken en die zoekt je tegen- stander continu op. Dat maakt het men- taal heel zwaar. Daarom zijn de meeste spelers pas op hun top rond hun 30ste.” Rijk wordt het trio niet van de sport,
waarschijnlijk ook niet als ze straks een plak halen op de Spelen. Ze krijgen dankzij hun A-status een vergoeding van NOC*NSF en hebben veelal een sponsor- contract waardoor ze nog wat extra inkomsten genereren. “Maar het is geen vetpot”, zegt Brzoskowski, “absoluut niet vergelijkbaar met wat voetballers verdie- nen.” Meppelink heeft allang bedacht dat ze na haar sportcarrière gewoon een baan moet zoeken. “En dat is helemaal prima, want ik moet er niet aan denken
om op mijn 34ste te gaan rentenieren.” Voor zwemmer Brzoskowski worden
het zijn eerste Spelen. Meppelink en Hendriks hebben het circus al eens meegemaakt in Londen. “De Olympische Spelen zijn het hoogst haalbare voor een sporter. Als je daar wint, dan weet je dat je iedereen op het sterkste moment hebt verslagen”, zegt Hendriks. Meppelink had zich vier jaar geleden ingeprent dat het een gewoon toernooi was, maar kwam daar snel van terug. “De sfeer tijdens de Spelen is anders en de media-aandacht is enorm.” Ze bewaart mooie herinneringen aan de eerste wedstrijd in het beachvol- leybalstadion bij Buckingham Palace. “Mensen gingen echt uit hun dak. Dat was een kippenvelmoment.” Laten we er optimistisch van uitgaan
dat zo’n moment zich diverse malen gaat voordoen deze zomer. Bij alle drie de spor- ters en bij voorkeur tijdens het horen van het Wilhelmus aangezien dat betekent dat ze de concurrentie verslagen hebben. Op het moment dat die het sterkst was.
<
<
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92
