Interview
‘Als je psychiatrisch ziek bent, is het: kom op joh, aan het werk’
Het lijkt Casteelen afschuwelijk om eruit te moeten stappen. “Dat dacht ik ook in mijn werk. Als mensen te horen krijgen dat ze aan kanker zullen overlijden, dan denk ik: dat is niet te doen. Maar je moet, je hebt geen keus. En dan blijkt dat ze dat toch kunnen accepteren en zeggen ze: ‘Het is goed, ik ben eraan toe, ik mag gaan’. Dan denk ik: oh, mag ik een beetje in de buurt zijn? Hoe doe je dat? Hoe kun je daar vrede mee hebben? Wat maak je mee? Wat gebeurt er met je? Zo dichtbij wil ik komen.”
Curriculum vitae Geboren 7 oktober 1946
1965-1977 klinisch chemisch analist en research analist Diaconessenhuis Utrecht 1977-1984 studie genees- kunde Universiteit Utrecht 1984-1988 opleiding neuro- logie Academisch Ziekenhuis Utrecht 1988-1992 opleiding psychiatrie Academisch Ziekenhuis Utrecht 1990-1994 opleiding Gestalt en Psychosynthese Eindpresentatie Euthanasie: hier en nu is dood 1992-heden ziekenhuis- psychiater AMC 1997-2004 studie kunst- geschiedenis Universiteit Amsterdam 2012-heden arts Levens- eindekliniek 2012-heden eigen praktijk vrijgevestigd psychiater
012 maart 2014 ArtsenAuto
Medelijden en sinaasappels Sinds haar werk bij de Levenseindekliniek heeft Casteelen de zelfgekozen dood van patiënten van heel dichtbij meegemaakt. Als betrokkene. Als uitvoerend arts. In een interview in NRC Handelsblad doorbrak ze onlangs een taboe: ze sprak open en welwillend over euthanasie bij psychiatrisch patiënten. Ze hekelt het onderscheid dat voor velen tus-
sen lichamelijke kwalen en de ziekten van de geest bestaat. “Als je somatisch ziek bent, word je vertroeteld, heeft iedereen medelijden, krijg je sinaasappels en komen ze bij je langs. Als je psychiatrisch ziek bent, is het: kom op joh, aan het werk. Die rollen zijn nog steeds heel verschil- lend. Terwijl: is niet alle lijden psychisch? Ook somatisch lijden? De angst voor de aftakeling en de pijn is ook psychisch.” De Levenseindekliniek is er om mensen dat
lijden te besparen. De kliniek heeft in haar tweejarig bestaan een behoorlijk aantal aan- vragen verwerkt. In 2013 kreeg de kliniek 749 euthanasieverzoeken, waarvan er 133 werden gehonoreerd. Een derde (38 procent) van de euthanasieverzoeken was afkomstig van psy- chiatrisch patiënten, zegt Casteelen. En de vraag van psychiatrisch patiënten neemt toe, zo blijkt uit een reactie van minister Schippers (VWS) op Kamervragen. Zij baseert zich op cijfers van de Regionale Toetsingscommissies (RTC). In 2013 werden 42 patiënten geëuthanaseerd vanwege hun psychiatrische klachten. In 2012 waren dat er nog veertien, het jaar daarvoor dertien. En tot en met 2010 betrof het slechts enkele euthanasie- gevallen bij psychiatrisch patiënten per jaar.
Met de euthanasie van negen psychiatrisch patiënten in 2013 is de Levenseindekliniek verantwoordelijk voor een kwart van het totale aantal gevallen. Casteelen speelt daarin een hoofdrol, als arts in vier euthanasiegevallen. Ook voor haar was het soms ‘een beetje bizar’ om lichamelijk gezonde mensen te spreken over hun euthanasieverzoek. “Maar die mensen hebben een afschuwelijk lijden”, zegt ze daar nu over. “Misschien nog wel meer – en nou zeg ik iets engs – dan mensen met een lichamelijke ziekte. Omdat somatisch patiënten een gezond brein hebben. Zij hebben copingmechanismen om met dat lijden om te gaan. Die kunnen adequaat om hulp vragen aan hun omgeving en hebben het vermogen om hun leven te orga- niseren. Dat alles hebben psychiatrisch patiën- ten vaak veel minder.” Casteelen vervolgt: “Het lijden van psychia-
trisch patiënten is enorm. Ze zijn veel vaker eenzaam, kunnen nergens meer van genieten, ze hebben geen werk meer. Ze moeten knokken om het hoofd boven water te houden. Mensen liggen soms de hele dag op bed, omdat ze niet weten hoe ze de dag door moeten komen. Vaak jaar op jaar op jaar. Deze mensen lijden aan het leven. Ze zitten gevangen in hun eigen leef- wereld zonder het vermogen daar verandering in te brengen. Een gevangene, onvrij. En er zit geen perspectief meer in naar verbetering.” Casteelen roept haar collega’s op om beter
te luisteren naar psychiatrisch patiënten met een doodswens. Niet om ze dood te maken, maar omdat het voor psychiatrisch patiënten nu bijna een verboden onderwerp is. “Als ze bij hun psychiater vertellen dat ze eigenlijk liever dood willen, dan gaan alle alarmbellen af. Niemand wil dat de patiënt zich suïcideert. Dus wordt er meer zorg op gezet, met meer bescherming. Terwijl voor deze mensen praten over hun doods- wens zonder extra bezorgdheid vooral oplucht. Ze worden gehoord.”
Forse kritiek Casteelen voerde in 2013 viermaal zelf eutha- nasie uit. Over twee van die gevallen sprak ze in NRC Handelsblad, wat gemengde reacties opriep. Er verschenen ingezonden brieven van psy- chiatrisch patiënten die blij waren dat ze nog leven. En psychiater Boudewijn Chabot uitte forse kritiek. Juist bij psychiatrisch patiënten kan niemand anders dan de behandelend arts beoordelen of een euthanasieverzoek gegrond is, stelde hij. Hij betwijfelde of Casteelen in ‘een
<
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92