Lezersenquête
Bezuinigingsenquête: zorgprofessional laat gelijkheidsprincipe los
De ‘vervuiler’ mag betalen
Het solidariteitsprincipe dat zorgprofessionals al sinds mensenheugenis hoog in het vaandel dragen, verliest aan populariteit. Momenteel vindt iets meer dan de helft dat een ongezonde leefstijl vertaald mag worden naar de zorgpremie. Dat opmerkelijke feit blijkt uit een enquête die de redacties van Arts en Auto en Zorgvisie gezamenlijk lieten uitvoeren onder hun doelgroepen. Een enquête die een beeld schetst van het denken over bezuinigen in een sector die voor immense problemen staat.
E 016 november 2012 ArtsenAuto
r moet bezuinigd wor- den op de uitgaven in de zorgsector in Nederland. Zo veel is zeker. Maar hoe diep is men bereid te snijden? En blijft het tegen de achtergrond
van de aanstormende vergrijzing en de vakinhoudelijke ontwikkelingen in de sector uiteindelijk toch niet gewoon dweilen met de kraan open? De redac- ties van Arts en Auto (zorgprofessionals) en Zorgvisie (managers en bestuurders in de zorg) vroegen het hun lezers en tekenden de resultaten op. Een van de meest opmerkelijke uit-
komsten van de grote bezuinigingsen- quête is dat iets meer dan de helft van de zorgprofessionals (51 procent) van mening is dat mensen die een aantoon- baar ongezond leven leiden, die leefstijl
terug zouden moeten zien in een hogere zorgpremie dan die hun gezond levende medemensen moeten betalen. Opmerke- lijk, omdat zorgprofessionals vanuit hun beroepscodes en beroepsethiek tot nu toe in overgrote meerderheid vasthiel- den aan gelijkheids- en solidariteitsprin- cipes. Iets dat hun koepels en belangen- vereniging ook doen. Verslaving (roken, drinken, structureel te veel eten) is een ziekte en de gevolgen ervan moeten onder dezelfde voorwaarden behandeld en bekostigd worden als die van alle an- dere aandoeningen, was en is steeds het geluid. Natuurlijk waren er wel profes- sionals die daar een andere mening over ventileerden, maar zij waren lange tijd veruit in de minderheid. Daarin lijkt ver- andering te zijn gekomen. Zo blijkt ook uit de opmerkingen die in de kantlijn van de enquête werden achtergelaten.
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92