NJI-voorzitter Wim Noordegraaf op bezoek bij Charlie Aptroot.
33
voering van taken van voldoende publiek belang is in beginsel aan de overheid en er naar moet gestreefd worden de lasten voor bedrijven te verminderen en ondernemers de ruimte te geven om te ondernemen.
Moratorium
Dankzij de niet afl atende strijd van Aptroot en mede door toedoen van de Koninklijke Metaalunie werd eind 2003 een ‘morato- rium’ – pas op de plaats – voor nieuwe schappen afgekondigd. De voorstanders bleven, ondanks de uitgebreide kritiek, bij hun wens een Bedrijfschap Watersport Industrie in te stellen. Los van de HISWA Vereniging zijn voorstanders te vinden onder een aantal grote bedrijven dat voor hun grote projecten grote subsidies via de
schappen ontvangt. Deze grote bedrijven betalen verhoudingsgewijs relatief lage bij- dragen aan de schappen. Het moratorium is eind 2006 opgeheven.
Succes
De tegenstanders, onder aanvoering van Aptroot, hebben de strijd onverminderd voortgezet en op 14 december 2011 is na acht en een half jaar, de tijd rijp om voor- goed een einde te maken aan de schappen. Aptroot dient, gesteund door de Tweede Kamerleden Van de Besselaar en Ulenbelt een motie in, waarmee met grote meerder- heid (90 stemmen) uitgesproken wordt dat de product- en bedrijfschappen moeten worden opgeheven. Dankzij deze motie zal de regering uiterlijk 11 juni dit jaar een
Charlie Aptroot (1950) is sinds 2003 lid van de VVD-fractie in de Tweede Kamer en woordvoerder Verkeer en Vervoer, tevens woordvoerder op het gebied van de product- en bedrijfsschappen en voorzitter van de vaste Kamercommissie voor Financiën. Aptroot begon zijn carrière als leraar economie en handel. Na drie jaar in het onderwijs werd hij commercieel medewerker bij het Amerikaanse computerbedrijf Burroughs; twee jaar later nam hij samen met zijn broer textielgroothandelsbedrijf Jonco over. Charlie Aptroot is 23 jaar lang ondernemer geweest. Hij heeft watersport als hobby.
wetsvoorstel indienen ‘inhoudende aanpas- sing van de Wet op de bedrijfsorganisatie alsmede een voorstel voor de afbouw van de schappen en het onderbrengen van de wettelijke taken’ en wordt ‘de regering verzocht in overleg te treden met werkge- ver- en werknemersorganisaties of en waar zij niet-wettelijke taken in private domein willen onderbrengen’.
Uiteraard heeft dit gevolgen voor de organisatie van de bestaande schappen. Er moeten wetten veranderd worden, er zullen taken overgeheveld moeten worden en er zal personeel voor deze taken overge- plaatst moeten worden naar de ministeries die deze taken gaan overnemen, of er zal personeel moeten afvloeien. Vervolgens worden de schappen ontmanteld.
Met deze motie is de komst van een Bedrijfschap Watersport Industrie, en daarmee onvrijwillige en hoge verplichte contributies van de baan. Dit vooral mede dankzij de niet afl atende, ruim acht jaar durende strijd van een ex-collega onderne- mer in de Tweede Kamer.