moet het wel goedkeuren”, aldus Hout- man. “Aangezien de kwaliteitsborger in de nieuwe situatie aansprakelijk is, zal hij er zeker van willen zijn dat het plan goed is. Bij partijen waar kennis en kun- de onvoldoende aanwezig is, mag hij eventueel ook zelf het borgingsplan op- stellen.” Bij toetsing geeft de kwaliteits- borger aan wat goed en eventueel niet goed gaat. Hij reikt niet zelf oplossingen aan; dat is aan de constructeur.


Hoge eisen Kwaliteitsborger in deze hoedanigheid is een nieuwe tak van sport. Een aan- tal partijen heeft inmiddels de nieuwe werkwijze getest in pilots en experimen- ten. Daaronder zijn Nieman, gBOU en TIS’en (Technical Inspection Services), zoals PlanGarant (waar Houtman mede- eigenaar van is).


De zorg in het veld, met name bij de af- delingen bouw- en woningtoezicht bij gemeenten, is dat als straks de onaf- hankelijke toets van het bevoegd gezag wegvalt, dit ontaardt in ‘clubjes kwali- teitsborgers’ die door bouwers betaald worden. Die zorg is onterecht, meent Houtman. “We werken al veertien jaar met de TIS-systematiek, een vergelijk- baar systeem. Daar komt bij dat het stel- sel hoge eisen stelt aan de onafhanke- lijkheid van de kwaliteitsborger. Die mag niet zelf ontwerpen, daar geen advies over geven, niet bouwen en niet behe- ren. En vervolgens staat de kwaliteitsbor- ger onder dubbel toezicht: in de eerste lijn door de certificerende instantie, want een kwaliteitsborger moet gecertificeerd zijn en daarnaast door de toelatingsor- ganisatie, aangezien een kwaliteitsbor- ger in een register opgenomen dient te zijn. Hij is daarmee onderhevig aan au- dits en steekproefcontroles in het veld.” Verder moet elk instrument (een hand- boek met afspraken over vastlegging, aansturing van mensen en scopes c.q. aandachtsgebieden van het bouwwerk) voldoen aan wettelijke eisen en worden toegelaten. Dit is ter beoordeling van de toelatingsorganisatie, een zelfstandig be- stuursorgaan dat per 1 januari 2020 van start gaat. “Welk instrument het beste past, hangt af van het type bouwwerk. Om hier duidelijkheid over te verschaf- fen, komt er een nationaal register met instrumenten en toepassingsgebieden.”


48 Nr.7 - 2019 OTAR


Eric Houtman.


Verbrede aansprakelijkheid In de nieuwe situatie houdt de aanne- mer een waarschuwingsplicht: als hij een opdracht onder ogen krijgt die op onderdelen niet voldoet aan wet- en re- gelgeving, moet hij als er sprake is van een niet-professionele opdrachtgever dit nadrukkelijker melden bij die op- drachtgever. “Tot voor kort kon een aan- nemer hier makkelijker mee wegkomen. Nu zegt de wetgever: de opdrachtge- ver is een leek en dus moet de aanne- mer actie ondernemen”, zegt Houtman. “Sommige partijen hebben wat moeite met het verbreden van de aansprakelijk- heid. Maar het is niet meer ‘we leveren iets op, hier is de sleutel en succes er- mee’. Zodra het geen professionele op- drachtgevers betreft, moet een aanne- mer er vervolg aan geven als hij wordt aangesproken op eventuele tekortko- mingen.”


Consumentendossier


Een ander belangrijk punt is dat elke opdrachtnemer onder de nieuwe wet een zogeheten consumentendossier dient op te leveren. “Dat klinkt als niet van toepassing voor professionele op- drachtgevers, maar onder consument wordt verstaan iedereen die een op- dracht geeft om iets te laten bouwen, dus ook gemeenten, provincies, Rijk en RWS. De wet geldt voor alle bouwwer- ken in Nederland, van pergola tot kern- centrale”, betoogt Houtman. “Bij al deze


bouwwerken moet je richting de bouw- consument bouwtekeningen en hand- leidingen overhandigen, zo staat in het Burgerlijk Wetboek. Dit is een onderbe- licht punt, dat de meeste mensen heb- ben gemist.” Voor een opdracht als bij- voorbeeld een brugwachtershuisje is voortaan een consumentendossier ver- eist. “In dat geval kan niet worden vol- staan met een handleiding van het be- dieningspaneel. Die is er meestal wel, maar er moet bijvoorbeeld ook een handleiding van het ventilatiesysteem worden opgeleverd.”


Link met Omgevingswet De Wkb haakt direct aan bij de Omge- vingswet. Zo kent de Omgevingswet straks de ‘Melding activiteit bouw’. “Dat betekent dat, anders dan nu, bij de ver- gunningsaanvraag van bouwwerken in de gevolgklasse I tekeningen en derge- lijke niet meer nodig zijn. De melding be- treft een omschrijving van de activiteit bouw, borgingsplan, instrument en kwa- liteitsborger”, zegt Houtman. “Het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL), de opvolger van het Bouwbesluit en één van de vier AMvB’s bij de Omgevingswet, kan aanvullende plaatsgebonden regelge- ving met zich meebrengen, zoals hoge- re grenswaarden of eisen op het vlak van duurzaamheid en circulariteit. Je moet je dus gaan verdiepen in lokale regelgeving, want dit kan de uiteindelijke vormgeving van het bouwwerk beïnvloeden.”


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56