Ameland leent zich bij uitstek voor een pilot, omdat er al veel gemeten is in het verleden en omdat het een relatief on- gestoord zeegat is. Per getij gaat er on- geveer 20.000 m3 water per seconde doorheen; dat is globaal twee keer de waterafvoer op de Rijn bij Lobith bij het laatste hoge water.
Pilot Amelander Zeegat Rijkswaterstaat heeft het werk Euro- pees aanbesteed volgens de Best Value Procurement-systematiek. Het werk is aangenomen door Van den Herik Slie- drecht voor een bedrag van ongeveer €6.900.000 ex BTW. Daarvoor moet 4.600.000 mass m3 zand worden ge- suppleerd en gemonitord. Daar is in- middels nog een aanvulling op geko- men van 1.150.000 mass m3. De pilot moet vóór 1 juni starten en uiterlijk 31 december 2018 zijn afgerond. Jan Huij- bers, projectleider en omgevingsma- nager voor Van den Herik: ”Het is heel bijzonder om bij te mogen dragen aan de uitvoering van het Deltaprogramma 2015 en daarmee aan onze toekomsti- ge veiligheid. Ons werk kenmerkt zich door het bezig zijn in de natuur en met de natuur en dat maakt het uniek”. De dynamiek en de onvoorspelbaarheid van het Amelander Zeegat maakt het een heel moeilijk gebied om te kunnen werken. Op de plek waar het zand moet worden gesuppleerd kom je onderstro- ming, bovenstroming en evenwijdige stroming tegen. In een intensief samen- spel tussen Rijkswaterstaat en Van den Herik wordt gezocht naar de meest ef- fectieve aanpak van deze suppletie. Jan Huijbers: “Praktijk en wetenschap ko- men bij elkaar om zo goed mogelijk in te spelen op de uitgangspunten van het contract. De locatiespecifieke omstan- digheden vragen om een maatwerkop- lossing, waarbij de natuur zijn werk kan doen. Momenteel wordt door extra in- zet van peilcapaciteit gekeken wat er gebeurt met het zand en hoe we het stortprogramma moeten invullen. Het is als het ware een pilot binnen de pilot”. Belangrijk uitgangspunt is dat het werk verantwoord en veilig moet worden uit- gevoerd. Het wrakkenoverzicht rondom Ameland leert ons dat menig walvis- vaarder hier het leven heeft gelaten door de moeilijke omstandigheden.
Bijzondere meetcampagne, ontwikkeld door Rijkswaterstaat in nauwe samenwerking met universiteiten van Delft, Utrecht, Twente en Deltares. Het project Kustgenese 2.0 geeft antwoord op de vraag hoe we de Nederlandse kust ook in de toekomst op een duurzame, ecologisch verantwoorde manier met zand kunnen onderhouden. Onderzocht is hoeveel zand op lange termijn nodig is, waar en wanneer het zand nodig is en hoe het zand het best kan worden neergelegd. Kennisinstituut Deltares speelde een belangrijke rol in het bepalen van de meetstrategie. Een groot deel van de data wordt gebruikt om de kennisvragen te beantwoorden die zorgen voor de onderbouwing van de beleidsbeslissing in 2020.
Bart Grasmeijer (onderzoeker Deltares): “De meetcampagne die we in het kader van dit project samen met drie universiteiten hebben uitgevoerd is heel bijzonder. Niet alleen vanwege de grote schaal maar ook door de nieuwe technieken die we hebben toegepast. We ontwikkelden vijf sta- len frames met hieraan meetapparatuur die de bodemligging, stroming, de hoeveelheid zand en slib in het water konden meten. Mooi teamwerk met de beste specialisten. Kustgenese 2.0 is een fantastisch initiatief dat veel data oplevert voor het kustonderzoek voor de komende jaren”.
Suppleren op open zee Het suppleren door middel van een pijp- leiding of door ‘rainbowing’ is niet mo- gelijk vanwege de locatie op zee. Alleen het lossen van het zand boven de loca-
20 Nr.3 - 2018 OTAR
tie is mogelijk. Jan: “met een kielclea- rance van een halve meter en deining van de zee is dat lossen een spannend precisiewerk, dat om vakmanschap vraagt. Uiteindelijk moeten er 3 grote
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48
