search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
909 | WEEK 16-17 17 APRIL 2019


75 Nautilus International houdt vinger aan de pols van de riviercruisevaart


AMSTERDAM Vakbond Nautilus International voor de zee- en binnenvaart maakt zich al jaren zorgen over de arbeidsvoorwaar- den van het personeel aan boord van de Riviercruiseschepen. Voor het nautisch/tech- nisch personeel is het over het algemeen goed geregeld. Bij de regelingen voor het hore- capersoneel is nog veel mis. Het lijkt erop dat er verbeteringen zijn, maar het gaat nog lang niet snel genoeg naar de zin van de vakbond.


TRUUS DEN HARTOG


Bert Klein is bestuurder binnenvaart bij Nau- tilus International, de vakbond van oudsher voor de zeevaart (sinds 1857) en sinds 2007 ook voor de binnenvaart. Tot 2007 werden de belangen van werknemers in de binnenvaart door FNV Bondgenoten behartigd. In een ver verleden was hij stuurman op onder andere Kruiplijncoasters.


Sinds 1998 zet hij zich in voor varende werkne- mers en sinds de belangen van de werknemers in de binnenvaart worden behartigd door Nautilus International vooral voor de binnen- vaartbranche. Er is veel werk aan de winkel op dit terrein. Nautilus telt internationaal ruim 22000 leden, waarvan een klein percentage werkzaam is in de cruisevaart. Hiervan zijn dan weer de meesten werkzaam in de nautisch/ technisch dienst.


We spreken over de situatie in de rivier- cruisevaart. In september 2018 is een artikel verschenen in Trouw waar misstanden bij het horecapersoneel in de branche aan de kaak zijn gesteld. Citaat: ’Achter de idyllische wereld van riviercruises gaat veel personeelsuitbui- ting schuil. Rederijen verschuilen zich daarbij achter een ondoordringbaar web van regels en lijken ongrijpbaar voor controlerende instanties’.


Niet alle rederijen maken zich er schuldig aan. Dat openheid van zaken niet het sterkste punt is van de riviercruiserederijen is een feit. Maar er is hoop. Op 25 maart jl. is in Bazel een persconferentie gehouden, georganiseerd door Nautilus International (Zwitserland). Reden voor deze persconferentie was dat de werkgever in Zwitserland zich uit de onder- handelingen over geregelde loon- en arbeids- voorwaarden hebben getrokken. Met steun van de Europese Transport Federatie (ETF) en Nautilus International (Nederland) zijn pamfletten uitgedeeld aan de leden van Swiss Shipping and Port Association.


Tot tevredenheid van Nautilus zijn de pamflet- ten aangenomen door de werkgevers en auto- riteiten en hebben er opbouwende discussies plaatsgevonden. De Zwitserse TV heeſt een documentaire gemaakt over dit onderwerp en hier is de persconferentie in opgenomen. Het doel was met elkaar in gesprek te komen om ‘hoe een minimum aan sociale normen in de sector af te spreken’. Concrete afspraken zijn niet gemaakt. Wel is overeen gekomen dat half mei de Zwitserse werkgevers verder in overleg gaan over een CAO met Nautilus Zwitserland. De volgende bijeenkomst wordt weer gehouden in Basel. Klein is tevreden over het resultaat: “De eerste stap is gezet en nu


Demonstrant Bert Klein bij een van de talrijk vakbondsacties op de rivierkades in Europa.


gaat het om met elkaar in gesprek te blijven en concrete afspraken te maken”.


Arbeids- en rusttijden Er is jaren onderhandeld tussen werkgevers (EBU en ESO)en werknemers (ETF) op Euro- pees niveau over de arbeids- en rusttijden. De Arbeidstijdenwet is pas in 2014 rondgekomen. De registratie van de arbeidstijd van beman- ningsleden in loondienst is per 1 januari 2017 wettelijk geregeld als gevolg van de Europese Richtlijn 2014/112/EU.


maatregelen te nemen om te voorkomen dat de minderheid de meerderheid gaat worden. Klein schat dat bij ongeveer 20 procent van de branche ernstige wantoestanden bestaan en dat slechts een kleine minderheid alles goed op orde heeſt.


Bij de overheid zijn de laatste jaren bezuini- gingen doorgevoerd die ook de controlerende instanties hard hebben getroffen, zoals de waterpolitie en de inspectie van IL &T. Dat heeſt tot gevolg dat de pakkans klein is en de rederijen de opgelegde boetes simpelweg betalen zonder dat er gevolgen zijn. Klein zou graag zien dat er veel meer controle plaats vindt. Als vakbond bezoekt ook Nautilus de schepen.


Bert Klein


Klein vertelt: “De riviercruise wilde een speciale regeling vanwege het seizoens- werk en deze moge- lijkheid is geboden. Afspraak was echter dat er dan ook gespro- ken gaat worden met de riviercruise-branche over arbeidsvoorwaar- den. En hier is tot nu toe nooit invulling aan gegeven. De arbeids- en rusttijden zijn dus wel Europees geregeld, hoewel niet alle riviercrui- semaatschappijen zich daaraan houden”.


Als er al aan boord gesproken kan worden met de mensen, dan blijſt de kapitein of hotelmanager erbij


“Wij blijven de schepen bezoeken”, zegt Klein. “Wij melden ons dan bij de kapitein en vragen of wij met de mensen mogen spreken. Ook willen wij graag zien hoe zij leven, hoe de ac- commodatie is. Op de meeste schepen mogen wij aan boord, maar wij komen meestal niet verder dan de kapitein of hotelmanager. Als er al aan boord gesproken kan worden met de mensen, dan blijſt de kapitein of hotelma- nager erbij. Dit zorgt ervoor dat medewer- kers niet vrijuit durven te praten. Het komt de laatste tijd slechts zelden voor dat wij geweigerd worden om aan boord te komen. Echter van een open sfeer is nog lang geen sprake!”


De riviercruisesector was altijd een relatief klein onderdeel van de totale binnenvaart, maar de laatste jaren is dit sterk toegenomen. “Waren voorheen de werkgevers vooral nati- onaal verbonden, wij zien nu dat werkgevers vanuit de hele wereld actief zijn in deze bran- che. Ook het personeel komt nu uit alle delen van Europa en Azië. Dit laatste komt vooral om de prijzen laag te houden”, verklaart Klein. “Zo veel mogelijk verdienen over de rug van het personeel. Het horecapersoneel wordt in vele gevallen aangenomen op basis van een Cypriotisch of Maltees contract. Het is wel- iswaar legaal, maar niet gewenst. Op papier zijn de werknemers ook daar sociaal verze- kerd, maar in de praktijk is dat niet het geval. De reden hiervoor is dat de werknemers geen inwoner zijn van Cyprus (en Malta) en daarom geen aanspraak op de minimale vergoedin- gen uit deze sociale verzekeringen kunnen maken. De werknemers realiseren zich dat niet bij ondertekening van het contract”.


Controle breidt uit Aquapol, IL&T en SZW (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) voeren de controle uit aan boord van de schepen. In september deed Aquapol een oproep aan de branche om


Minder streng voor kleine passagiersschepen


ROTTERDAM Er zit een uitzonderingsposi- tie aan te komen voor kleine riviercruise- schepen, als het gaat om de herziening van de Europese voorschriſten voor passagiers- schepen in CESNI-verband. Dat meldt het CBRB naar aanleiding van een werkbijeen- komst over dit onderwerp op 2 en 3 april aan het Ortameer in Italië.


De werkgroep bestond uit vertegenwoordi- gers van verschillende Europese lidstaten, van klassenbureaus, de scheepsbouwsector,


en natuurlijk de passagiersvaart zelf (EBU en IG Rivercruise). Meer dan twintig deelnemers uit twaalf landen discussieerden twee dagen over praktische knelpunten bij de toepassing van de voorschriſten voor passagiersschepen. Al in 2016 was er een overzichtstabel gemaakt van deze knelpunten.


Uitgebreid aan de orde kwamen opnieuw kwesties als de voorgeschreven gangbreed- tes en stabiliteitsissues, verschillende de- finities van ‘waterdicht’ tot ‘weerdicht’ en


brandveiligheid. Tevens is er uitgebreid stilge- staan bij de (on-)mogelijkheden voor kleine passagiersschepen om aan bepaalde voor- schriſten te voldoen.


Aanpassing CBRB-afgevaardigde Maira van Helvoirt meldt: “Er is overeenstemming over het feit dat voor deze kleine schepen aanpassin- gen nodig zullen zijn. Vooralsnog is voorge- steld om uit te gaan van schepen korter dan 25 meter en tot 150 passagiers. Voor welke


voorschriſten dan een aanpassing nodig zal zijn (stabiliteit, veiligheidsafstand, voortstu- wing, reddingsmiddelen, brandveiligheid) moet nu nader uitgewerkt gaan worden”.


En: “Het huidige artikel 19.15 bevat immers reeds minder zware eisen voor bepaalde schepen; daarnaast zijn er nationale uitzon- deringsmogelijkheden (zoals in Nederland voor Amsterdamse rondvaartboten en open rondvaartboten)”.


Hoofdstad riviercruise Dennis Boutkan is gemeenteraadslid voor de PvdA bij de gemeente Amsterdam. In septem- ber 2018 heeſt hij vragen aan het college van b en w gesteld naar aanleiding van het eerder genoemde artikel in Trouw. In 2016 waren ook al vragen gesteld over hetzelfde onderwerp door de fractie van de PvdA. Boutkan stelt dat sindsdien “de situatie nog steeds niet is verbeterd, maar dat er eerder sprake is van een verslechtering”.


Op 12 maart jl. heeſt het college antwoord ge- geven op de ingediende vragen. Op de vraag: ‘Hoe kan het zijn dat de situatie sinds 2017


niet is verbeterd?’ geeſt het college als ant- woord: ‘De riviercruise-markt is een complexe markt, waar niet in alle gevallen een beroep kan worden gedaan op de Nederlandse wet- en regelgeving’.


In het antwoord wordt verder de ronde-tafel- conferentie aangehaald van 20 maart 2018 in Amsterdam met riviercruisemaatschappijen en vakbonden uit heel Europa. Het resultaat is het besluit dat nu twee sporen worden ingezet bij misstanden; het arbeidsrecht en het strafrecht. Met als toelichting dat ‘door het strafrecht niet alleen het bedrijf maar ook een persoon specifiek aansprakelijk gesteld kan worden’. In Duitsland zijn de eerste strafrech- telijke onderzoeken al in november vorig jaar opgestart. Verder haalt het college het voorne- men aan om te werken aan ‘Amsterdam een stad waar goed werkgeverschap de norm is’.


Omdat de gemeente onvoldoende bevoegd- heid heeſt om misstanden aan te pakken, is zij van mening dat ‘de verantwoordelijkheid en expertise over het signaleren en handha- ven in handen van de Inspectie van SZW en bij werkgevers, ondernemersverenigingen en belangenorganisaties ligt’. Het Havenbedrijf dat tenslotte het dichtst bij het vuur zit wordt er bij betrokken. Het Havenbedrijf van Am- sterdam wil meedenken en gaat in gesprek met de Europese Brancheorganisatie van de Binnenvaart (EBU) en de Overkoepelende Europese Werknemersorganisatie (EFT).


Bruine vloot De bruine vloot zeilt ook met betalende passagiers en heeſt haar eigen vereniging. “Het is een vereniging die zowel de belangen van de werkgevers als werknemers verte- genwoordigt. Merkwaardig”, vindt Klein. Het gaat niet om duizenden passagiers zoals in de riviercruisevaart. En de bruine vloot houdt zich doorgaans op in Nederland en Duitsland, Denemarken, waar zij ook ingeschreven staat.


Klein: “Er is nog veel te bespreken. Het zou mooi zijn als de riviercruisemaatschappijen zich wat meer open stellen en met de vakbon- den in gesprek gaan om afspraken te maken. En zich niet alleen inzetten om de betalende passagiers een goede tijd aan boord te geven, maar ook om het personeel –met name het horecapersoneel- naar de sociale maatstaven te bedienen”.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76