search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
PERSONEN- EN FAMILIERECHT FISCAAL


Een persoon die meer dan een nationaliteit bezit, kan het recht kiezen van een van de staten waarvan hij op het tijdstip van de rechtskeuze de nationaliteit bezit.’


De erflater kan in zijn uiterste wilsbeschikking dus (enkel) kiezen voor het recht van een land waarvan hij de nationaliteit bezit. Het recht dat is gekozen, beheerst vervolgens de gehele nalatenschap. Is volgens dit gekozen recht de erfovereenkomst toelaatbaar, dan kan de erflater (nadat hij op grond van art. 22 Erfvo de rechtskeuze in zijn uiterste wilsbeschikking heeft uitgebracht) deze toelaatbare erfovereenkomsten sluiten indien hij zelf de bindende beschikkingen neemt in de erfovereenkomst (anders gezegd: het moet gaan om een eenzijdige erfovereenkomst).


Voorbeeld Een Belg met zijn gewone verblijfplaats in Nederland wil een erfovereenkomst sluiten met een Nederlander. Hijzelf neemt alleen bindende beschikkingen op. Dit kan op grond van art. 22 Erfvo door middel van een rechtskeuze voor het Belgische recht. Naar Belgisch recht is de erfovereenkomst immers toegestaan. Het Belgische recht beheerst dan de gehele nalatenschap én de erfovereenkomsten die deze Belg sluit.


De tweede rechtskeuzemogelijkheid is vastgelegd in art. 25 lid 3 Erfvo, dat de toelaatbaarheid en de materiële geldigheid van de erfovereenkomst zelf regelt: ‘3. Niettegenstaande de leden 1 en 2 kunnen de partijen ervoor kiezen dat hun erfovereenkomst, wat betreft de toelaatbaarheid, de materiële geldigheid, en de rechtsgevolgen tussen de partijen, met inbegrip van voorwaarden voor ontbinding, wordt beheerst door het recht dat de persoon of een van de personen van wie de erfopvolging in het geding is op grond van artikel 22 en onder de daarin bepaalde voorwaarden had kunnen kiezen.’


Hier wordt in de erfovereenkomst zelf een rechtskeuze gemaakt (ten aanzien van de vererving van de nalatenschap en de afwikkeling kan dus een ander recht van toepassing zijn). Op het moment dat het een eenzijdige erfovereenkomst betreft (dus op het moment dat de erfovereenkomst betrekking heeft op de erfopvolging van één persoon), kan gekozen worden voor het recht van een land waarvan diegene de nationaliteit heeft. Bij een meerzijdige erfovereenkomst kan gekozen worden voor het nationale recht waarvan minimaal één van de partijen de nationaliteit bezit. Het is derhalve voldoende dat één van de partijen de nationaliteit bezit van een land dat de erfovereenkomst toelaat. Het gevolg van de rechtskeuze uit art. 25 lid 3 Erfvo is dat de


8


toelaatbaarheid, de materiële geldigheid en de rechtsgevolgen tussen partijen worden beheerst door het gekozen recht.


Voorbeeld


Een Nederlander die zijn gewone verblijfplaats in Nederland heeft, wil een meerzijdige erfovereenkomst sluiten met een Belg. Er kan op grond van art. 25 lid 3 ErfVo ten aanzien van de erfovereenkomst worden gekozen voor het Belgische recht omdat één van de partijen de Belgische nationaliteit heeft. Deze keuze heeft tot gevolg dat de toelaatbaarheid, materiële geldigheid en de rechtsgevolgen van de erfovereenkomst worden beheerst door het Belgische recht.


Samenvattend


Zoals uit het bovenstaande blijkt, zijn er toch situaties waarin rechtsgeldig een erfrechtovereenkomst in Nederland kan worden gesloten.


Dit kan buiten Nederland, als bij het sluiten van de erfovereenkomst de persoon of personen hun gewone verblijfplaats hebben in een land dat hier ruimte voor biedt. Binnen Nederland is het mogelijk om rechtsgeldig een erfovereenkomst te sluiten, in geval een van de partijen de nationaliteit heeft van een staat waar een erfovereenkomst is toegelaten. Er zijn dan twee mogelijkheden om een rechtskeuze te maken: 1. Een rechtskeuze op grond van art. 22 Erfvo: de erflater kan in zijn uiterste wilsbeschikking kiezen voor het recht van zijn nationaliteit (bijvoorbeeld België). Dit gekozen recht beheerst vervolgens de gehele nalatenschap. Nadat deze rechtskeuze is uitgebracht kan de erflater in Nederland rechtsgeldig een eenzijdige erfovereenkomst sluiten (dat wil zeggen een erfovereenkomst die betrekking heeft op de erfopvolging van één persoon). 2. Een rechtskeuze op grond van art. 25 lid 3 Erfvo: partijen kunnen in de erfovereenkomst een rechtskeuze maken. Betreft het een eenzijdige erfovereenkomst (de erfovereenkomst heeft betrekking op de erfopvolging van één persoon), dan kan worden gekozen voor het recht van een land waarvan deze persoon de nationaliteit heeft en welk recht de erfovereenkomst toelaat. Betreft het een meerzijdige erfovereenkomst (de erfovereenkomst heeft betrekking op de erfopvolging van meerdere personen), dan kan worden gekozen voor het recht van een land waarvan ten minste een van de partijen de nationaliteit bezit én welk land de erfovereenkomst toelaat.


PE Notariaat 2021/3


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44