PSvdW11 13 november2010
GeboreninAmsterdamop7januari1955 1959-1967:CornelisVrijschoolinAmster- dam 1967-1973:SpinozalyceuminAmsterdam 1973-1977:KleinkunstacademieinAm- sterdam,opleiding klassiekpianobijMiek Engelenburg 1976:begint artistiekeloopbaaninhet programmaIk, ikennog’reensikmet FransHalsema. 1986-2001:artistiek leiderKleinkunst- academie inAmsterdam
2001:artistiek leidervanAmsterdamse Toneelschool&Kleinkunstacademie;thea- terfaculteitvandeHogeschoolvoorde Kunsten 1984: regisseurvanvooralmuziektheater- productiesencabaretvoorstellingen 1995:publiceertAkademievoor Klein- kunst1995 2004:publicatievanhetboekDekunst vanhetbedriegen 2010:Here,thereandeverywhere 2010:Toon,demusical.
HermanvanVeen, FreekdeJonge,VanKoo- tenenDeBie. Kees vanKooten zeiwel eens dat het voor hen makkelijk was, omdat er eenonontgonnen gebied lag. Welverve- lend vandie babyboomersisdat ze de vrij- heid patenteren omdat ze die ooit bevoch- tenhebben. Ik vind ze ouderwets en zelfin- genomen. Zemogennuwel oprotten.” Vroegerwasalles beter,zegtHanRömerin de door ubedachte en geregisseerde voorstel- lingrondTheBeatles. “Maar dat is niet zo.Daar komt hij in de voorstellingook achter.Eigenlijk isnualles beter.Degeneratie die ik nu op mijn school zie, is de beste die ik ooit ben tegengeko- men. Geweldige mensen. Ze zijn allemaal onwaarschijnlijk mooi, met geweldige ge- bitten en mooie lijven. Ze zijn verwonderd. Ze zijn geïnteresseerd.Geëngageerd.Watik wil doenals schooldirecteur, maar ook als regisseur, is eenbrugzijn tussenwat ik van waarde vind vantoen en vannu. Mijn voor- stellingmet muziek vanThe Beatleswordt letterlijk gedragen dooreen cast uit twee generaties,juistomdat die muziek elke ge- neratiekloof dicht.Pasgeleden stondik voor het eerstbij het zebrapad op Abbey Road en ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik geloofdat ik vanmijn levennog nooit zo geëmotioneerdben geweest.” Uwjongere zus is een paar jaar geleden over- ledenaankanker.Zewasuwrechterhand. “Het is het grootste verliesinmijn leven. Ze wasindeeersteplaats mijn beste vriendin, maar we werkten ook samen. Ze waseerst mijn regieassistente, later mijn secretares- seopschool. Zewasheel ziek en kreegzwa- re therapieën. Binnen eenweek ging het ineens mis.Opeen morgenkon ik bij het opstaan mijn lichaamnauwelijks bewegen. Hetidee haar te moeten missen, wasvoor mijn lijf te veel. Toen hebikgedaanwat ik nooit wilde: ik bezocht eenpsychiater.Het slimstewatikooit deed.” Watleverdedatop? “Ik zei tegendepsychiater dat ik te weinig huilde om mijn zus. Ze wastoen bijna een jaar dood.Ikvertelde dat ik op het bankje zat vanmijn huis in Frankrijk en uitkeek over het dal.Toen zeiik: ik maak me zo’n zorgendat,als ik straks oud ben en in mijn
eentje op dit bankje zit,ikdan pas moet huilen om Yvette. Toen deed hijhet meest briljante wathij had kunnen doen. Hij vroeg: ‘Waarom zit je daarinjeeentje?’ Daar hadhij me. Konhij eindelijk de zak- doekjes aanreiken. Ineens dacht ik: ja god- verdomme,waarom?” Waaromzaguuzelfalleeneindigen? “Ik ben een Jood vandetweede generatie. Mijn moeder heeft verschrikkelijkedingen meegemaakt,maar ze sprak er nooit over. Langzaam hebben we haar levengerecon-
‘Diebabyboomers vindikouderwets enzelfingenomen, zemogennu weloprotten’
strueerd. Ze wasachttoen de oorloguit- brak. Ze is als kind vanAmsterdam naar Limburg gevlucht, maar moest weldepas- toor pijpen tijdens die tocht. Dat soortdin- genontdekteik. Maar omdat ik werd opge- voedmetdieonwaarschijnlijkedrangomte leven, hieldikmevooral met de gulzige kant bezig.Ikwildevan alles veel en graag. Vrouwen, maar ook muziek,lezen, drank en eten. Ik kende geen maat.Ikken veel Joodse mensendie daar last vanhebben. Je weet dat het zo afgelopen kanzijn, daar krijgjeeen enormelevenslust van, maar ook angstomjevast te leggen. ” Adriaan vanDis zeidat HarryMulischbang wasgeweestvoorgroepjesMarokkaansejon- gens. VolgensVan Dis opgeschoten jongens die zichverzetten,zoals elkepuber.MaarMu- lisch was bang dat ze het slecht voorhadden metJoden.Kentudieangst? “Nee. Ik schaammekapotvoor datdeel van deJoodsegemeenschapdat zichachterWil- ders schaart. Zo opportunistisch: je aan- sluiten bij eenman die eengroep mensen wiluitsluiten omdat je zelf ooit uitgesloten wasenbangbent dat hetweer gebeurt.”
Zitdeangstvooroorlogerdiepin? “Nee, maar de oorlogzit welaltijdinmijn hoofd. Ikwaseens in Polen op een bruiloft. Om zes uur’sochtends liepikbehoorlijk dronkenhet hoteluit.Ikzag een taxi en gaf de chauffeuropdracht naar Auschwitz te rijden, tachtigkilometerverderop.Mijn grootouderszijn in Treblinka vergast,maar Auschwitz is natuurlijk het symbool. Het waseen overweldigende ervaringomdaar ineens te zijn. Ik liep daarenkreeg plotse- lingeen enormewegtrekker. Ik dacht echt dat ik terplekkezousterven. Ik zagdekran- tenkop al voor me: ‘RuutWeissman alsnog doordeDuitsersgepakt.” Watgebeurde ermetunahet besef datuniet alleenopdatbankjewildeeindigen? “Ik dacht vooral: dit moet anders.Toen heb ik eenmaand later eenongelooflijk mooie, sterkevrouw ontmoet met eenzoontjevan zeven, en me daar maar eens aan gegeven, voor het eerstinmijn leven. Datkwamdoor dat ene moment waarin ik me realiseerde dat ik wasgepreoccupeerdmet alleen zijn. Datikdaardoor steeds opnieuwmet een verscheurdhartafscheid nam vaneen vrouw. Dat had ik nooit beseft.Ikben na- tuurlijk niet de echtevadervan mijn stief- zoon, maar hij noemt me zijn bestevriend. Dat is zowaardevol. Dievrouwen dat kind, zij zijnnumijn leven, buiten dat regisseren en dat gezeik met die school.” ■
ADVERTENTIE
MARIJE BUFFING EDELSMID
Utrechtsestraat 108 -
www.marijebuffing.nl
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100 |
Page 101 |
Page 102 |
Page 103 |
Page 104 |
Page 105 |
Page 106 |
Page 107 |
Page 108 |
Page 109 |
Page 110 |
Page 111 |
Page 112 |
Page 113 |
Page 114 |
Page 115 |
Page 116 |
Page 117 |
Page 118 |
Page 119 |
Page 120 |
Page 121 |
Page 122 |
Page 123 |
Page 124 |
Page 125 |
Page 126 |
Page 127 |
Page 128 |
Page 129 |
Page 130 |
Page 131 |
Page 132 |
Page 133 |
Page 134 |
Page 135 |
Page 136