search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
1036 | WEEK 10-11 6 MAART 2024


Schippersvrouwen vertellen over het leven aan boord in de twintigste eeuw


LEEUWARDEN Het wisselende landschap, de vrijheid die je voelde aan boord, wanneer het schip de vracht al zeilend bij gunstige wind over de wateren in het noorden van Nederland vervoerde, maakten het leven mooi. Steeds weer naar een andere school om verplicht onderwijs te volgen, of het wonen in kosthuizen - zodat je heit en mem langere tijd niet zag, waren minder leuke kanten van de vrachtvaart met een skûtsje of tjalk aan het begin van de twintigste eeuw. Vrouwen die deze tijd hebben meegemaakt, vertellen er op bescheiden wijze maar wel boeiend over. Hun verhalen zijn keurig opgetekend en uitgegeven in het boek ‘Schippersvrouwen – Verhalen boven water’.


in de beage (trekzeel) hangen, bruggen en sluizen bedienen en nog veel meer. Bescheiden zijn ze en treden nauwelijks op de voorgrond. Terwijl het een span- nend bestaan was met vele uitdagingen in het dagelijks leven waar we ons nu met alle technische vooruitgang niet meer van bewust zijn.


Links Sippy Tigchelaar en rechts Alice Booij met hun boek ‘Schippersvrouwen – Verhalen boven water’.


Interviewster Sippy Tigchelaar en schrijf- ster Alice Booij zijn samen de uitdaging aangegaan om vrouwen op te zoeken, die als kind of als vrouw naast de schipper met vrachtschepen op de binnenwateren gevaren hebben in de eerste helſt van de twintigste eeuw. En laat het op 8 maart nou Internationale Vrouwendag zijn. Tigchelaar heeſt 35 jaar het skûtsjesi- len verslagen voor Omrop Fryslân en later omroep Max, dat ieder jaar plaats vindt gedurende de zomer in Friesland. Door haar betrokkenheid bij het evenement is zij geïnteresseerd geraakt in het leven aan boord, begin twintigste eeuw. Hoe was het als kind of als moeder en vrouw naast de schipper?


Multitasken Verhalen die niet altijd verteld werden door de vrouwen die deden aan multi- tasken: wassen, eten, kinderen krijgen, kinderen verzorgen, aan het roer staan,


Alice Booij is journalist en historicus en is door documentairemaker Sippy Tigchelaar gevraagd hun relaas op te schrijven. In eerste instantie was het de bedoeling de verhalen op te nemen en vast te leggen. Naarmate zij meer vrou- wen hebben gesproken met allerlei uit- eenlopende verhalen, is het idee geboren het in de vorm van een boek te publice- ren. Vijſtien vrouwen hebben zij gespro- ken van in de zeventig tot over de hon- derd jaar. Sterke vrouwen, die reageerden op de vraag of zij langs mochten komen om te praten over vroeger tijden aan boord met: “Ach kind, ja natuurlijk. We hebben de koffie klaar hoor, maar ik heb niets te vertellen.” En dan werd de koffie ingeschonken, waarna zij niet meer op- hielden met praten. Eén van de vijſtien vrouwen die over het leven van vroeger vertelt, is Janke Schurink-Wijkstra. “Daar ben ik geboren”, zegt zij en wijst naar een raampje in het achterschip van het skût- sje van haar vader op een oude foto ge- publiceerd in het boek, “en ook heit is daar geboren.” Het leven aan boord was niet makkelijk blijkt uit de vele verhalen die geïllustreerd zijn met oorspronkelijke foto’s.


Janke vertelt verder : “Wij hadden het arm vroeger, punt. Dat was nu eenmaal zo. Het eten koken en de was werden gedaan op petroleumstellen, wanneer er niet geva- ren werd. Boodschappen doen was een kwestie van plannen. Soms bij de sluis als er een winkel was. Er moesten altijd vol- doende droge spullen aan boord zijn, zo- als bonen en rijst. We aten veel raapjes met een klomp vet en één keer in de week was het gehaktdag.” En toch waren er ook tijden van geluk wanneer er genoeg


verdiend werd tijdens de bietentijd of wanneer de hele ‘schipperskluit’ bij elkaar in de haven lag.


Kosthuis


Op haar tiende jaar is Janke naar een kost- huis in Leeuwarden gegaan. “Het was er slecht”, vertelt zij. “Altijd en eeuwig was er wel wat te zani- ken en dan moest ik naar bed. We waren daar met twaalf kin- deren. Ik kon niet meer met die onrecht- vaardigheid omgaan en zei tegen heit: ‘Ik wil vertellen hoe het is maar dan moet ik zeker weten dat je mij er weghaalt’. Na mijn verhaal aangehoord te hebben zei hij: ‘Het is waar hè’, en meteen erachter aan: ‘Jas aan’. We zijn naar het kosthuis gegaan en hebben de spullen opgehaald. Daarna ben ik naar het internaat gegaan en daar heb ik een heerlijke tijd gehad en werd er niet voorgetrokken. Iedereen was hetzelfde.”


Bij Janke is het goed gekomen, maar veel schipperskinderen hebben in kosthui- zen het zwaar te verduren gehad. Ze is la- ter met een schipper getrouwd en heeſt toen met een Dortmunder van 67 meter op de Rijn gevaren. Drie van de vijf kinde- ren zijn aflosschipper op de binnenvaart, de vierde zoon heeſt een rondvaartbedrijf en hun dochter heeſt een kantoorbaan. ‘Saai’ vindt haar dochter, waarop Janke eraan toevoegt: “Ik vind het leven aan de wal ook saai.”


Bijzonder vracht- én zeilschip In de tijd dat er meer vaarwegen dan ge- wone –vaak slechte, onverharde - wegen waren was het skûtsje het vrachtschip dat dorpen en boerderijen bevoorraadde in het noorden van Nederland. Bijzonder is dat zolang het skûtsje bestaat er on- derlinge wedstrijden georganiseerd wer- den in de zomer waarmee geldprijzen te verdienen waren. In 1945 is de Sintrale Kommisje Skûtsjesilen (SKS) opgericht om de nodige reglementen op te stellen.


De SKS zeilt gedurende twee weken elf wedstrijden met niet meer dan veer- tien skûtsjes, omdat het wedstrijdwa- ter te krap is voor nog meer schepen. Daarom is de vereniging IFKS (Iepen Fryske Kampioenskippen Skûtsje silen


Sippy Tigchelaar


‘De vrijheid van het zwerven heeſt mij mijn leven lang aangetrokken’


(Open Friese Kampioenschappen Skûtsje zeilen)), in 1981 opgericht om meer skût- sjebezitters de gelegenheid te geven el- kaar te ontmoeten en wedstrijd te zeilen. Tijdens de IFKS strijden zo een 65 schepen gedu- rende een week op ruimer water om het kampioen- schap. Vrouwen spelen tijdens de wedstrijden ook weer een belang- rijke rol.


Afwassen De vrouwen koken en zorgen ervoor dat de mannen en vrouwen niets te kort ko- men. Janke Schurink-Wijkstra is sinds de jaren ’60 actief bij de wedstrijden. “Het was gezellig, maar druk. Om half twaalf moest er gekookt worden voor twaalf man of meer. Daarna opruimen, afwassen en opnieuw inkopen doen. Mijn oudste kleinzoon is schipper op het skûtsje van Eernewâld. Hij doet het goed en heeſt er veel plezier in. De sfeer is wel veranderd in de laatste jaren. Het accent ligt tegen- woordig meer op de wedstrijd en minder op de gezelligheid.”


De kleinkinderen van beppe Janke heb- ben grote bewondering voor haar. En zo vergaat het velen die het boek lezen en fa- milie hebben met een vergelijkbare ach- tergrond. De algemene reactie is: ‘Nu be- grijpen wij beppe pas’.


13


Janke Schurink-Wijkstra houdt nog altijd van de vrijheid van het varend zwerven. Foto’s Routard Bleu


MET SYGO ALTIJD VOLLEDIGE CONTROLE


VOOR MEER INFORMATIE KIJK OP WWW.SYGO.NL OF BEL 0183 561193


Het ijk van Columbus


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68