020 Achtergrond
De eigen culturele bril
Om aan alle patiënten, ongeacht hun culturele achtergrond, goede zorg te kunnen verlenen, zijn cultuursensitieve vaardigheden van belang. Daar lijkt steeds meer aandacht voor te komen, maar op verschillende vlakken is er nog veel te winnen.
Cijfers
Op 1 september 2022 woonden 4.619.408 personen met een migratieachtergrond (26 procent van de totale bevolking) in Nederland. Daarvan behoort 44,3 procent tot de tweede genera- tie. Derde- en vierde- generatiemigranten zijn niet meegenomen in deze CBS-cijfers. Het aandeel inwoners met een migratie- achtergrond zal de komende jaren blijven toenemen, blijkt uit het onderzoek Verkenning Bevolking 2050, naar 30 procent in 2050 in het geval van lage migratie, en naar 40 procent in het geval van hoge migratie.
E
en apotheker in een achterstands- wijk meer dan een tandarts in een dorp in de provincie, maar alle zorgprofessionals in Nederland, over de hele breedte van het veld, krijgen te maken met patiënten en naasten die een andere culturele achtergrond hebben dan zijzelf. In de toekomst zal het alleen maar vaker voorkomen. Nu bestaat ruim
een kwart van de Nederlandse samenleving uit mensen met een migratieachtergrond en dat aan- deel blijft groeien (zie kader). Tegelijkertijd kent ook de autochtone bevolking een grote verschei- denheid aan achtergronden en opvattingen. Dat culturele achtergrond van invloed kan zijn
op de beleving van en de omgang met zorg en ziekte is algemeen bekend. Dat het voor zorg- professionals belangrijk is daar rekening mee te houden, is ook bekend, maar dat betekent niet automatisch dat zij voldoende toegerust zijn om ‘cultuursensitieve zorg’ te verlenen. “De meesten denken van wel, maar vaak verwarren ze respect- vol en empathisch zijn met cultureel sensitief zijn”, stelt Charlie Obihara, kinderarts-opleider in het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis. Met een team van medisch antropologen en trainers interculturele communicatie afkomstig uit vier continenten, bracht de in Nigeria geboren medisch specialist in 2019 het boek Interculturele communicatie in de zorg uit. “Omdat ik progressieve
collega’s met de beste bedoelingen zag worste- len met onbewuste culturele bias. Gedrag van mensen met andere culturele achtergronden werd geïnterpreteerd en beoordeeld op basis van normen en waarden uit de eigen cultuur.” Cultureel antropoloog Cor Hoffer noemt
‘culturele zelfreflectie’ een van de belangrijkste aspecten van cultuursensitief werken. “Dat wil zeggen dat de zorgprofessional inzicht heeft in zijn eigen cultuur en levensbeschouwing en zich bewust is van de invloed daarvan op de communi- catie met patiënten met een andere achtergrond. Autochtone zorgprofessionals, zeker artsen, hebben vaak de neiging te denken dat zij neutraal zijn – zij zijn immers de wetenschapper –, maar onbedoeld speelt de eigen culturele achtergrond altijd een rol.” Gisteren, zo vertelt Hoffer, gaf hij een training cultuursensitief werken aan een groep audiologen. “In sommige culturen wordt doofheid geassocieerd met een gebrek aan intelligentie. Het is goed daar bewust van te zijn voordat je ouders uit zo’n cultuur vertelt dat hun kind een gehoorapparaat moet en dat ze gebaren- taal moeten leren. Er was een audioloog die zei: ‘Die Marokkaanse ouders voeden hun kind niet goed op.’ Maar is dat zo? Is hun opvoedingsstijl schadelijk voor het kind? Óf is hun stijl van op- voeden ánders dan de Nederlandse?”
Stevige handdruk Kinderarts Obihara wil collega’s in de zorg met zijn boek en middels trainingen over dit onder- werp bewuster maken van etnocentrisme, van het feit dat iedereen naar de ander kijkt door zijn eigen culturele bril. “Een stevige handdruk? Bij ons de norm, in veel culturen ongebruikelijk. Iemand aankijken? Vinden we in Nederland beleefd, in sommige culturen wordt het als onbe- leefd of zelfs agressief geïnterpreteerd. Personal space? In de ene cultuur blijft men op afstand, in de andere komt men juist heel dichtbij. Ver- zachtende woorden? Nederlanders gebruiken ze volop: alstublieft, eventueel, misschien. Maar in sommige culturen kennen ze dat gebruik niet.
<
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92