search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
015


gebied gebleven, ook nu als voorzitter van de KNMvD. “Het zijn twee werelden, maar onlos- makelijk met elkaar verbonden, omdat mens en dier zo nauw met elkaar verbonden zijn. En dan gaat het niet alleen om het overdragen van infectieziekten en antibioticaresistentie. Bij mensen die niet goed voor hun dieren zorgen, is meestal meer aan de hand. Waar diermishande- ling voorkomt, is vaak ook sprake van huiselijk geweld. En natuurlijk is er de positieve invloed van dieren op de gezondheid van mensen. Denk aan een hond die langskomt in het kinderzie- kenhuis, waardoor kinderen opfleuren. Of aan een hond voor ouderen, die zich daardoor min- der eenzaam voelen en in beweging blijven. Ook een mooi voorbeeld is het project van de Univer- siteit Utrecht, waarbij ze baasjes en honden met overgewicht samen laten afvallen.”


Kennisuitwisseling cruciaal Sinds de uitbraak van Q-koorts in 2006, een wake-up call, ziet Langelaar dat dierenartsen en huisartsen elkaar op steeds meer plekken in het land weten te vinden. Maar zeker nog niet overal. “Kennisuitwisseling is cruciaal, maar daarvoor zijn wel twee partijen nodig die het nut ervan inzien. Voor een huisarts zijn infectie- ziekten maar een klein onderdeel van het vak en zoönosen een nog kleiner deeltje.” Iets anders wat de samenwerking belemmert, is volgens Langelaar het beeld dat in de humane genees- kunde nog steeds bestaat over het gebruik van antibiotica in de dierhouderij. “In 2010 kwam naar buiten dat er te veel antibiotica werd ge- bruikt en dat het gebruik fors omlaag moest. Dat is ook gebeurd. Maar ik merk dat er nog steeds met een vingertje naar de dierhouderij wordt gewezen als de oorzaak van al het kwaad.” Naast een reductie van het antibioticagebruik


eist de overheid in 2011 ook een borging van de kwaliteit van de dierenarts. De KNMvD pakt de regie ‘omdat deze het beste bij de dierenarts zelf kan liggen’ en ontwikkelt het Centraal Kwaliteitsregister Dierenartsen (CKRD). Het kost de beroepsvereniging veel leden, want niet alle dierenartsen kunnen zich hierin vinden. “Door het antibioticadossier hebben we de rol van normsteller moeten pakken en zijn we richtlijnen gaan maken”, zegt Langelaar. “Dat gaf frictie, dat vonden mensen lastig. Maar ik denk dat de onvrede voor een groot deel door de communicatie kwam. We hadden mensen meer moeten meenemen in de overwegingen. Dat had een hoop chagrijn gescheeld. We zijn er voor de dierenarts van nu, maar ook voor de dierenarts over twintig jaar. Het kan weleens zijn dat je als dierenarts denkt: wat heb ik hieraan? Dit helpt mij niet. Maar als we het goed uitleggen, dan moet je misschien schoorvoetend toegeven dat het voor de lange termijn wel nodig is.”


‘Ik merk dat nog steeds met een vingertje naar de dier- houderij wordt gewezen als oorzaak van al het kwaad’


Met Langelaar aan het stuur wil de KNMvD weer primair belangenvertegenwoordiger zijn. “We zien het als onze hoofdtaak om de dierenartsen in Nederland te ondersteunen in de uitoefening van hun vak. We moeten er voor ze zijn. We wil- len dat ze zich gehoord voelen en we willen ze stimuleren om mee te denken en actiever te wor- den. Als een paar dierenartsen zeggen: we wil- len een nascholing organiseren. Dan faciliteren we dat. Kom maar met een plan.” Nu is ongeveer 60 procent van de dierenartsen in Nederland lid van de KNMvD. Op hoeveel mikt Langelaar? “Honderd procent”, zegt ze, glimlachend. “Ik ben niet gespeend van realiteitszin, maar daar moeten we wel voor gaan. Want we kunnen de individuele dierenarts het best ondersteunen middels een zo groot mogelijke groep.”


<


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92