Marco Kroon
41
een zo ongekende persoonlijke moed dat alleen de hoogste onderscheiding de waardering daarvoor tot uitdrukking kan brengen.’ In zijn nieuwe boek biecht Kroon op dat hij op de plechtigheid niet nuchter was. ‘Hoezo dapper? Zonder die halve fles wodka van zojuist durf ik hier nu niet eens te staan’, schrijft hij. De drank was, vertelt hij thuis in Schijndel, geen remedie tegen zenuwen maar om schaamte te onderdrukken. ‘Van buiten voelde ik me trots maar van binnen zwaar klote. Die ridderslag stookte de smeulende onrust in me op.’
Monster Pas veel later zal blijken dat Kroon dan al twee jaar een geheim met zich meedraagt. Hij heeft in Afghanistan een man gedood en dat verzwegen om de geheime operatie waaraan hij deelnam niet in gevaar te brengen. ‘Het staats- hoofd sloeg me tot ridder, de grootste eer die je te beurt kan vallen, maar ik was die eer niet waardig. Ik had iets niet verteld, was niet eerlijk geweest. Ik wilde het wel maar het kón niet vanwege de jongens die daar zaten.’ Kroon is ervan overtuigd dat zijn ver- haal het einde van de ‘black ops-missie’ zal betekenen. En er is nog een reden die hem ervan weerhoudt te praten. In Kroongetuige, zijn vorige boek, beschrijft hij hoe de man die hij uitein- delijk doodde hem ontvoerde, martelde en samen met een aantal kompanen verkrachtte. Kroon praat met niemand over de traumatische ervaring maar ‘het monster aan de ketting’, zoals hij het noemt, kwelt hem. ‘Schaamte, onrust en onzekerheid. Iedere dag
gingen er flitsen van die klootzak door mijn hoofd, behalve als ik bezopen was.’
Biertjes De aankoop van een café in Den Bosch bestempelt Kroon nu dan ook als vluchtgedrag. Het is dan eind 2008. Twee weken na de opening wordt hij voorgedragen voor de Militaire Willems-Orde. Eenmaal onderscheiden gaat het van kwaad tot erger: ‘Ik was m’n beste klant. Van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Ik ben 1.75 meter en woog 105 kilo. Biertjes, de ene na de andere. Mijn vrouw Mirjam telde er een keer 34 op een dag. Ik was zwaar alcoholist.’ In 2010 wordt Kroon vervolgd en uit- eindelijk vrijgesproken voor handel in drugs. Wel krijgt hij een geldboete voor het bezit van verboden stroomstoot- wapens. ‘Gadgets, speelgoed, tasers in de vorm van een smartphone’, relati- veert hij.
Jezus toegevoegd Toch is de eerste smet op het blazoen van de ridder een feit. De kwestie zet Kroon, gewend om in de schaduw te opereren, bovendien in de schijnwer- pers. De ridder ligt, merkt hij, onder een vergrootglas. ‘Onder het mom van waar rook is, is vuur, ontstond het beeld dat ik me in een stofwolk van cocaïne verplaatste. Bullshit. Ik heb nooit iets met drugs te maken gehad.’ De ver- oordeling zorgt ervoor dat zijn onder- scheiding een keerzijde krijgt. ‘Ik was aanvankelijk “Jezus toegevoegd”. Dat betekent dat je speciale eigenschappen krijgt toegedicht. Je kunt immers over
water lopen. Maar mensen spreken je bijna niet meer aan, gaan zich onecht gedragen, vervreemden van je. Er ont- staat een drempel. Afgunst speelt soms ook een rol. In de ogen van sommigen was ik geen gedecoreerde held meer maar een crimineel. Die beruchte bar- man uit Den Bosch.’
‘Als collega’s je opa gaan noemen, is het tijd om te stoppen’
Angstreflexen Kroon herpakt zich, stopt abrupt met drinken en doet z’n café van de hand. ‘M’n groene hart klopte gelukkig nog’, vertelt hij. Hij wordt compagnies- commandant in Oirschot. Niet veel later keert hij terug naar het Korps Commandotroepen (KCT) en vertrekt naar Mali. Na Cambodja, Bosnië, Irak en Afghanistan z’n tiende internationale missie. Terug in Nederland besluit Kroon dat het z’n laatste was. ‘Ik was 44. Als commando specops is dat best oud, want het is gewoon topsport. En als collega’s je opa gaan noemen, moet je stoppen’, vertelt hij met zelfspot. Z’n lach verdwijnt en hij erkent dat het toch vooral de spoken uit z’n verleden waren
checkpoint
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100 |
Page 101 |
Page 102 |
Page 103 |
Page 104 |
Page 105 |
Page 106 |
Page 107 |
Page 108