Veteranen op de arbeidsmarkt LIBANONVETERANEN OP DE LIJST VOOR DE LANDELIJKE VERKIEZINGEN ‘Niet aan de zijlijn staan’
Twee Libanonveteranen, beide actief in de lokale politiek. Over hun drijfveer zijn ze het eens: ze zijn geen type om aan de zijlijn te staan. “Ik wil iets doen dat ertoe doet.” De uitzen- ding naar Libanon heeft hen gevormd en deed hen de waarde van vrijheid en democratie inzien. Jan Glastra van Loon en Bert Terlouw kwamen elkaar tegen toen ze zich beide kan- didaat stelden voor de landelijke verkiezingen van hun partij D66.
Door: Linde van Deth Foto: Birgit de Roij
Bert Terlouw. “Sowieso denk ik niet dat veel Libanonveteranen zich kan- didaat stellen.” Op een campagne- bijeenkomst moesten alle kandi- daten pitchen en een persoonlijk voorwerp meenemen. Terlouw ver- telde over zijn Draaginsigne Nobel- prijs. “Tijdens een tweede ronde benoemde Jan dat hij óók Libanon- veteraan is. Ik dacht: wat krijgen we nou?” De bijzondere klik tussen veteranen was er bij hen ook, mis- schien ook omdat hun redenen voor politieke betrokkenheid en hetgeen ze meenemen van hun uitzending overeenkomen. Daarnaast houden ze zich beide bezig met het werk- terrein sociaal beleid. Glastra van Loon: “Die klik is er zeker, hoewel we een verschillende uitzending hebben gehad.”
I
Betrokkenheid Glastra van Loon raakte in 2002 betrokken bij de lokale politiek in Baarn. “Daarvoor had ik een eigen bedrijf en bestond mijn leven uit bedrijf, bedrijf, bedrijf en een heel klein beetje privé. Na een fusie kwam het moment voor een andere stap. Ik vond dat ik te veel met mijn bedrijf bezig was geweest en wilde ook maatschappelijk ergens bij betrokken zijn. Dat heb ik van huis uit meegekregen. In de landelijke en de lokale politiek speelde heel veel
56 januari-februari 2017
k vind het buitengewoon apart dat er twee Libanonvetera- nen op één lijst staan voor de landelijke verkiezingen”, stelt
en ik ben niet iemand die langs de kant gaat staan.” Hij werd lijsttrek- ker van een lokale partij, was een aantal jaar wethouder en ontdekte de relevantie van het werk. “Ik wil iets doen dat ertoe doet. Dat miste ik bij mijn bedrijf.” In 2014 kwam de vraag of hij weer wethouder wilde worden in zijn huidige woonplaats Bernheze. En nu staat hij dus op plek 43 op de lijst voor de Tweede Kamerverkiezingen voor D66. Terlouw maakte zich in 2005 zorgen om het politieke klimaat in Neder- land. “Ik heb ook een drive om betrokken te zijn, net als jij. Niet aan de zijlijn schreeuwen hoe slecht iets gaat zonder iets te doen.” Hij zocht naar een passende partij toen hij in 2009 werd benaderd om de afdeling van D66 in Raalte mee op te richten. Sinds 2014 is hij raadslid en frac- tievoorzitter. Hij werd ook gevraagd voor de Provinciale Programma- commissie en hij was in de periode 2011-2015 Statenlid. Het werk voor D66 is parttime en in die periode heeft hij ook altijd gewoon gewerkt als sociaal psychiatrisch verpleeg- kundige. “Het is een hele drukke periode geweest. En nu sta ik op plaats 49 op de landelijke lijst. Ik sta er als een soort lijstduwer, maar ben zeker verkiesbaar.”
Libanon Terlouw kwam op 17-jarige leeftijd op voor de dienstplicht in Harder- wijk. In november ’81 werd hij 18 en drie maanden later zat hij in Liba-
non. “Toen we aankwamen, reden we in colonne weg van het vlieg- veld. Er werd meteen geschoten, omdat er ergens een aanrijding was. Ik dacht: wat is dit? Ik stond er naïef in.” Hij zat in Yatar bij het stafpelo- ton als radiotelefonist. “We moesten patrouilles lopen en buitenposten en roadblocks bemannen. Maar er waren ook momenten van verveling. En het was heel onregelmatig werk, dus je was soms oververmoeid. We werden regelmatig beschoten. Maar ik vond het vooral een indrukwek- kende en vormende periode. Je bent 18 en komt in een totaal andere wereld terecht.” Glastra van Loon: “Bij jullie was het al iets meer georganiseerd. Bij ons hing het als los zand aan elkaar. Dat het nog redelijk goed is afgelopen, is een wonder. Wij sliepen in tenten, terwijl we beschoten werden.” Hij zat in 1980-’81 in Libanon als radar- verkenner. “Wij werden gebieden ingestuurd waar men beweging ver- moedde. Als verkenners werden we steeds verplaatst naar plekken waar iets speelde. Dan is de kans dat je met vervelende dingen in aanraking komt groter.” Hij was ook chauffeur en begeleidde waarnemers bijvoor- beeld op transporten met in beslag genomen wapens. “Er zijn hele vervelende dingen gebeurd waar ik getuige van was en die ik nog altijd met me meedraag.” Hij vertelt over een bombardement met fosforgra- naten waarbij hij geconfronteerd werd met de gevolgen daarvan voor
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65