922 | WEEK 42-43 16 OKTOBER 2019
Volop carrièrekansen in de binnenvaart
ROTTERDAM De binnenvaart heeſt een vloot van ruim 8.000 schepen. De Nederlandse vloot is de grootste én de modernste van Europa, met een totaal laadvermogen van meer dan negen miljoen ton en een to- taal vervoersaandeel van 34 procent in het Nederlandse goederenvervoer. En toch is de binnenvaart niet direct bekend als beroep waar je voor kunt kiezen als je als scholier met een opleiding begint. De personeelste- korten zijn dan ook groot in de binnenvaart.
Hoe groot die exact zijn, is overigens niet duidelijk. De statistiekendatabase van het Centraal Bureau voor de Statistiek geeſt wel vacatures weer, maar deze gelden voor de gehele transportsector: zowel voor perso- nen- als goederenvervoer als vervoer over de weg, via de lucht en over het water. De laat- ste cijfers uit de Arbeidsmarktmonitor van Stichting Nederland Maritiem Land dateren alweer van 2015. Daaruit bleek toen nog dat het aantal personeelsleden redelijk stabiel is gebleven. Toen was wel al te zien dat het va- caturepercentage was gestegen ten opzichte van een jaar eerder en bleken de open plek- ken moeilijk te vullen. In deze krant is in ie- der geval aan de vacatures te zien dat er nog voldoende werk is voor degenen die op zoek zijn.
Voor de binnenvaart is het niet fijn dat er te weinig goed gekwalificeerd personeel is: wer- ving kost meer moeite en er is weinig keuze als er zich uiteindelijk kandidaten aandienen. Studenten die een leerwerktraject volgen zijn
39
er ook, maar zij hebben uiteraard begelei- ding nodig en dat vergt ook een investering van schippers, al is het maar in tijd.
Voor degenen die werk zoeken is het juist wel goed nieuws: zij kunnen kiezen wat ze willen en hebben onderhandelingsruimte. Van baan
wisselen en doorgroeien is dan ook een reële optie voor mensen in de binnenvaart. Tegelijkertijd is de branche wel volop in ont- wikkeling en worden allerlei initiatieven ont- plooid om nieuwe aanwas te creeëren en het al bestaande personeelsbestand nog verder door te ontwikkelen. Het gaat dus de goede
kant op in de binnenvaart. Er wordt meer en meer aan promotie gedaan en langzaam maar zeker groeit de binnenvaart van ‘onbe- kend maakt onbemind’ naar een interessan- te optie voor starters én carrièretijgers op de arbeidsmarkt.
Zeekadetkorps bakermat voor maritiem beroep
Het korps in Rotterdam heeſt wel te maken met teruglopende ledenaantallen. Het korps is zo’n zestig jaar geleden opgericht om men- sen de weg naar het water te wijzen. Tien jaar geleden waren er nog zo’n 75 mensen in Rotterdam, momenteel zit het tussen de der- tig en veertig deelnemers in de havenstad. Het is een herkenbaar probleem: kinderen zijn niet altijd van het bestaan van het korps op de hoogte. “Zonde, zeker in Rotterdam. In deze havenstad kunnen we niet achterblij- ven”, zegt Eijkenboom. Hij hoopt dan ook dat er meer aandacht komt voor het korps en is
volop bezig met het werven van sponsoren, zodat het korps door kan gaan met het stimu- leren van de aanwas van jonge, maritieme ta- lenten. “Willen wij Nederlanders als maritie- me natie van betekenis kunnen blijven, dient er voor gezorgd te worden dat jong maritiem talent zo vroeg mogelijk gestimuleerd en ont- dekt wordt. Onze zeekadetten hebben zeker een streepje voor op deze manier. Ze hebben vaak al een basis, kennen het klappen van de zweep. Het begint met kinderen met een pas- sie voor schepen en het water, bij ons: wij zijn de bakermat”.
ROTTERDAM Het Zeekadetkorps laat kinde- ren al vroeg kennismaken met de maritie- me sector. Daarmee vormt het korps volgens eigen zeggen de bakermat voor de keuze van een maritiem beroep op latere leeſtijd, én kan het bijdragen aan het verminderen van het personeelstekort in onder meer de binnenvaart.
Jongens en meisjes kunnen zich vanaf negen jaar aansluiten bij het zeekadetkorps, waar ze starten als Ketelbinkie. In het begin is het nog wat speels voor de jongsten, maar dat wordt steeds serieuzer. Ze raken bij het korps ver- trouwd met veel aspecten van het maritieme beroep. Ze leren navigeren, en zeilen, maken kennis met de techniek van het varen en het schip, maar leren ook over communiceren en veiligheid aan boord, discipline en verant- woordelijkheid. Tegelijkertijd is er ook sprake van kameraadschap aan boord. De korpsafde- lingen hebben elk een eigen schip, variërend van zeilschepen, zeeschepen en binnenvaart- schepen. Het is anders dan de waterscouting, benadrukt Fred Eijkenboom, bestuurslid van
het Zeekadetkorps in Rotterdam. “Het gro- te verschil is dat de waterscouting meer ge- richt is op recreatie en plezier maken, maar de zeekadetten zijn daarnaast gericht op het beroep van varenden. We hanteren ook ran- gen en standen op latere leeſtijden: de kadet- ten maken dus bij ons al een maritieme carri- ère door”.
Het biedt volgens Eijkenboom kansen. “Voor de binnenvaart is het ontzettend van belang dat we zo jong mogelijk beginnen. Op de mid- delbare school is er vaak al een keuze gemaakt, een richting gekozen. Bij ons kunnen ze al di- rect kennis maken met deze sector. Het moet je wel liggen, maar als je het eenmaal te pakken hebt, kies je makkelijker deze richting. Veel van onze kadetten kiezen later dan ook voor een maritiem beroep”. Welke kant de kinderen dan opgaan, mogen ze zelf weten. De binnenvaart wordt bij het Zeekadetkorps ook gepromoot en voorgesteld als beroepsoptie. “Niet iedereen heeſt zin in de marine, of wil wereldwijd varen. De binnen- vaart is toch een stuk dichter bij huis”.
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64