1055 | WEEK 48-49 27 NOVEMBER 2024
43
Kennisdeeldag Duurzame Binnenvaart op Maritieme Academie Harlingen Voorlopig nog geen zicht op algemeen bruikbare nieuwe brandstofsoort
Alle deelnemers van de SMASH! Kennisdeeldag op de groepsfoto.
Foto SMASH!
HARLINGEN Als er één ding duidelijk is geworden op de Kennisdeeldag Duurzame Binnenvaart, op donderdag 21 november op de Maritieme Academie in Harlingen werd georganiseerd, dan is het wel dat er nog geen eenduidig beeld is van dé scheepsbrandstof van de toekomst. Voorlopig moet de binnenvaart nog diverse sporen belopen en onderzoeken wat uiteindelijk het beste voldoet als brandstof van de toekomst voor voortstu- wing en boordnet.
JAN DOUWE TIEMERSMA
Gastheer deze dag is Meeuwis van Wirdum, hoofd innovatie en simulatie op de Maritieme Academie Harlingen. Het evene- ment is georganiseerd door diverse partijen in het kader van de Interreg North Sea, waaronder de Noordelijke provincies en SMArt SHipping Nederland (SMASH!). Het doel van deze middag is het samenbrengen van mensen om inspiratie op te doen voor een toekomstbestendige logistiek.
Een gezamenlijke zoektocht naar mogelijk- heden en kansen voor de toekomstige bin- nenvaart. Op welke brandstof varen we; welke technologische ontwikkelingen staan ons te wachten dan wel ter beschikking; hoe komen ladingstromen (weer) naar de binnenvaart. Het welkomstwoord van de dagvoorzitters Frank Fokkens en Dirk Jan Hummel, wordt gevolgd door drie themati- sche presentaties.
Scheepsdata Remco Pikaart, eigenaar van Shipping Technology (ST) bijt het spits af. Zijn bedrijf verzamelt data van, in, en voor de binnen- vaart. Deze data kunnen worden verwerkt en ingezien met door ST ontwikkelde soſt- ware. Scheepvaartkantoren krijgen zo ‘real- time’ inzicht in wat er met de schepen ge- beurt qua verbruik, snelheid, lading, etc. Vooral op het gebied van navigatie verza- melt ST enorm veel data; snelheid, diep- gang, stroming, waterstand, en misschien wel het meest interessant: ‘hoe reageert de schipper op al deze omstandigheden’.
Analyse van al die verzamelde data biedt de mogelijkheid voor een algoritme. Dit alles komt samen in een basissysteem ‘ST-Brain’. Hieraan kunnen vele andere systemen
worden aangehaakt, zoals ‘Collision Detection’ en ‘Autonome Lane Assist’. Zij vormen nu al de basis van de ST- trackpilot en daarmee een opstap naar uiteindelijk autonoom varen. Niet alleen op het nauti- sche vlak biedt deze verzameling data een voordeel. In de nabije toekomst moeten grote bedrijven hun CO2-emissies rapporteren.
En daar zit de crux voor de schipper/ver- voerder. Als ‘kleine’ binnenvaartonderne- mer zou je denken daar geen last van te hebben. Als je echter voor een bedrijf ver- voert dat onder die verplichting valt, moet ook de uitstoot van het schip mee worden geregistreerd. Die data kunnen in ST-Brain worden opgeslagen en doorgezonden. Uiteraard kun je beter CO2-emissies zoveel mogelijk beperken en een standaardbere- kening hebben voor de uitstoot ervan is ook prettiger.
Doorrekenen Alternatieve brandstoffen en het doorreke- nen ervan. Dat is het tweede onderwerp dat uitgelicht wordt en wel door twee sprekers, Theo Heinink van Clean Energy Hub (CEH), samenwerkingsverband van het bedrijfsle- ven en de overheid, alsmede Khalid Tachi van het Expertise- en Innovatie Centrum Binnenvaart (EICB). Heinink neemt de toe- hoorders mee naar de brandstof(fen) van de toekomst. In de transitie waarin we nu zit- ten, zullen we, naast gasolie, nog een ver- scheidenheid aan alternatieve brandstoffen gebruiken. Maar: dé brandstof van de toe- komst is nog niet bekend. Die verschillende brandstoffen dienen voldoende voorhan- den te zijn.
CEH maakt zich sterk voor gecombineerde distributiepunten voor deze nieuwe
brandstoffen. Volgens Heinink zijn zes stra- tegisch gepositioneerde distributiepunten voor de Nederlandse binnenvaart voldoen- de. Hij benadrukt dat alle provincies mee- genomen worden in de verdeling. Daarmee is continuïteit voor de vaart op nieuwe energiedragers gewaarborgd. Tachi neemt zijn gehoor mee in de wereld van de cijfers. Hij staat voor de onmogelijke taak te dui- den hoe deze alternatieve energiedragers doorgerekend kunnen worden in de rap- portage over de CO2-emissies. Hiervoor wordt naarstig gewerkt aan een standaard maar op dit moment ontbreekt die nog.
Om de emissiedoelstellingen voor de toe- komst te kunnen halen, is consistentie van overheidsbeleid zeer belangrijk. Hiervan zijn ondernemers in de binnenvaart name- lijk sterk afhankelijk voor een renderende investering in de verduurzaming van hun schip. De voortrekkers in varen op LNG zijn bijvoorbeeld extra hard getroffen toen vo- rig jaar de gasprijzen ineens de pan uitre- zen en daar geen plafond aan werd toegekend.
“Zelfs met fossiele brandstoffen is de bin- nenvaart qua energieverbruik nu al vijſtig procent gunstiger dan andere vervoersmo- daliteiten”, betoogt Tachi. “Om appels met appels te kunnen vergelijken, wordt mo- menteel in de Europese Unie gewerkt aan een standaard voor het vergelijken van de emissies van de verschillende vervoersmo- daliteiten”. Hij wijst er echter wel op dat voor de berekening van de totale emissie ook leegvaart dient te worden meegere- kend. Dus hoe minder leegvaart er plaats- vindt, hoe beter de binnenvaart uit de verf komt wat emissies betreſt. Deze opmerking klinkt de volgende spreker als muziek in de oren.
Ladingstroomcoalities Peter de Bruin, bestuursvoorzitter bij Metropolitan Hub System (MHS), is die vol- gende spreker. Het geheim schuilt volgens hem in de digitale logistiek van het ‘Internet of Cargo’. Een systeem in ontwik- keling dat alle partijen betrekt bij hun deel van het transport. In de ideale wereld zou leegvaart aanzienlijk kunnen worden gere- duceerd. Iedere verlader kan zijn of haar la- ding aanmelden. Digitaal wordt deze ge- koppeld aan een geschikte leeggekomen vervoersmodaliteit (ook modal shiſt) in de buurt.
Met (IT-) techniek is daar nog veel winst te behalen. Bovendien geeſt de Bruin aan dat het zonde is om de vele duizenden kilome- ters aan haarvaten in ons vaarwegennet onbenut te laten. Met het benaderen van de verladers (eigenaar van de lading) met een nieuw modulair concept voor klein- schalige binnenvaart, is een ‘business-case’ opgebouwd dat toekomst voor de kleine binnenvaart geeſt; zeker gezien de geïnves- teerde bedragen in de zogeheten ‘E-Pusher’, een modulair opgebouwde elek- trisch aangedreven duwboot die niet alleen in Nederland ontwikkeld is, maar hier ook compleet wordt gebouwd.
Bemanningszorgen Bij de nabespreking in kleinere groepen blijkt dat er nog genoeg hobbels te nemen zijn, bijvoorbeeld hoe houden we voldoen- de bemanning op onze schepen en hoe le- ren we ze om te gaan met al die nieuwe technologie. Opleiding wordt daarom steeds belangrijker. Gastheer Van Wirdum neemt de genodigden na afloop mee naar de simulatorruimte van de MAH om uitleg te geven, waarna de dag met een alcohol- vrije netwerkborrel wordt afgesloten.
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48