Preventie | 15
zijn belangrijke gegevens waar we nuttige inzichten uithalen. Hiermee kunnen we zorgen dat werken met Bouw! effectief en succesvol blijft.’
Voldoende oefenen De data-analyses bestaan uit de tempoanalyse
en volledigheidsanalyse. De tempoanalyse geeft informatie over de oefentijd, oefenmomenten en lessen per oefenmoment. Deze analyse laat zien in hoeverre scholen bij de gewenste frequentie aansluiten. Zo wordt duidelijk hoe goed een school Bouw! heeft georganiseerd. Belangrijk, want uit eerder onderzoek door de Universiteit van Amsterdam blijkt dat het succes van de effectiviteit van Bouw! mede afhangt van de mate waarin leerlingen oefenen. De gewenste vordering bedraagt minimaal 24 lessen per maand. De analyses zorgen dat de bovenschoolse organisatie zicht houdt op het daadwerkelijke gebruik van Bouw!.
Elk schooljaar vinden er twee analyses plaats. De eerste, halverwege het schooljaar, geeft de mogelijkheid om bij te sturen en de tweede, over het gehele schooljaar, toont naast de voortgang het effect van tussentijds ingezette acties.
Op tijd beginnen en niet te vroeg stoppen Tempo zegt niet alles. Uit onderzoek blijkt dat het
belangrijk is dat leerlingen het gehele programma doorlopen en niet vroegtijdig stoppen. Daarom
‘Voor een effectieve inzet is het van belang hoe lang de leerlingen ermee werken. Beginnen ze op tijd en gaan ze lang genoeg door?’
laat de volledigheidsanalyse per school zien hoe leerlingen in de voorafgaande twee jaar met Bouw! hebben gewerkt. Hierin zie je per school hoeveel leerlingen het programma met 523 lessen helemaal voltooien. Neely Anne: ‘Voor een effectieve inzet is het van belang hoe lang de leerlingen ermee werken. Beginnen ze op tijd en gaan ze lang genoeg door?. Door in groep 2 te beginnen help je de leerling echt om een achterstand te voorkomen.’
‘De data uit de analyses geven altijd aanleiding tot een gesprek op de scholen’, vertelt Neely Anne. ‘Daarbij is het verhaal achter de cijfers heel belangrijk. De succesfactoren van Bouw! zijn bekend. Als samenwerkingsverband willen we weten wat de oorzaak is als het een school niet lukt de doelstellingen voor de inzet van Bouw! te halen. De data-analyses en de gevoerde gesprekken dragen bij aan de effectiviteit ervan en vormen voor het samenwerkingsverband meteen een mooie verantwoording van de besteding van een deel van de passend onderwijsgelden.’
Samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Hoeksche Waard zet sinds 2016 Bouw! bovenschools in. Dit betekent dat op alle 38 scholen die onder de stichting vallen Bouw! wordt ingezet als preventief programma om laaggeletterdheid te bestrijden en het aantal diagnoses dyslexie te verminderen. De Hoeksche Waard deed mee in een meerjarig onderzoek van de Universiteit van Amsterdam naar de effectiviteit van de preventieve educatieve interventie.
De Hoeksche Waard werkt met een werkgroep Bouw! die bestaat uit de directie van het samenwerkingsverband, Bouw!-coördinatoren van de scholen, Lexima, Leestalent en de Universiteit van Amsterdam. De werkgroep bespreekt de analyses en de medewerkers van Leestalent bezoeken de scholen, bespreken de good practices en knelpunten en zetten waar nodig acties uit.
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44