028 Juridisch


Tekst: Katrijn van Berkum en Timo van Oosterhout


NZa legt zorgverzekeraars formele maatregel op


De vier grote zorgverzekeraars moeten de invulling van hun zorgplicht verbeteren. Twee van hen hebben afgelopen maand zelfs een formele maatregel van de NZa ontvangen.


E


ind mei vorig jaar kondigde de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) aan onderzoek te gaan doen naar hoe de vier grote zorgverzekeraars handelen


in de ggz en de medisch-specialistische zorg. Het doel was vast te stellen of zij voldoende proactief handelen in het nakomen van hun zorgplicht, zodat zij naturaverzekerden tijdige, bereik - bare en goede zorg kunnen (laten) leveren. Wat er precies nodig is om in het geval


van een naturapolis aan die zorgplicht te voldoen, hangt af van de omstandig- heden. De zorgplicht is grotendeels een


open norm. Elke zorgverzekeraar heeft een eigen verantwoordelijkheid daar invulling aan te geven binnen de kaders van de wet- en regelgeving. Bij het ver- vullen van de zorgplicht moet de zorg- verzekeraar de kwaliteit en toegankelijk- heid van zorg borgen, terwijl het ook een doel is de zorg betaalbaar te houden. Bij het onderzoek heeft de NZa in


kaart gebracht wat de preferente zorg- verzekeraars in de regio’s Drenthe, Midden-Holland, West-Brabant en Twente doen om inzicht te krijgen in zorgbehoeften, zorgaanbod en eventuele knelpunten. Verder keek de zorgautori- teit wat de verzekeraars doen om wacht-


lijsten en -tijden terug te dringen en of zij daarbij voldoende proactief handelen en hun regiorol voldoende vervullen. Afgelopen maart deelde de NZa haar


conclusies met de onderzochte zorgver- zekeraars, en die conclusies werden ook door diverse landelijke media uitgelicht. De belangrijkste was dat géén van de zorgverzekeraars volledig voldoet aan de normen van de zorgplicht. De grootste verbeterpunten zijn het borgen van inzicht in de knelpunten, het daarop handelen en het evalueren en bijstellen van het eigen handelen. Bij twee van de vier was sprake van dusdanige tekort- komingen dat de NZa besloot een formele maatregel op te leggen. Deze twee zorgverzekeraars krijgen zes maan- den de tijd om verbetering te tonen. Wanneer zij de verbeterpunten onvol- doende opvolgen, kan de NZa overgaan tot publicatie van de maatregel.


Concurrentiebeding verder aan banden


Een nieuw wetsvoorstel moet ervoor zor- gen dat de regels omtrent het concurren- tiebeding verder worden aangescherpt. Tot 15 april is het mogelijk te reageren op het voorstel via internetconsultatie.nl.


Het Wetsvoorstel modernisering concurrentie- beding brengt wijzigingen met zich mee. Zo kan een concurrentiebeding straks nog voor de duur van maximaal 12 maanden worden aange- gaan. Een beding dat een duur kent van langer dan 12 maanden zal nietig zijn. Datzelfde geldt voor een beding dat geen duur omschrijft. Daarnaast moet in het concurrentiebeding


Senior jurist Katrijn van Berkum en advocaat Timo van Oosterhout zijn werkzaam bij VvAA Legal


de geografische reikwijdte duidelijk en gemo- tiveerd opgenomen zijn. Als de werknemer meent dat aan deze eis onvoldoende is vol- daan, kan hij zich wenden tot de rechter, die het beding vervolgens geheel of gedeeltelijk nietig kan verklaren. Daarbij is de vraag of de beper- king noodzakelijk is vanwege zwaarwegende


bedrijfs- of dienstbelangen en of de werknemer door het beding onbillijk wordt benadeeld in verhouding tot het te beschermen belang van de werkgever. Verder moet in álle contracten (dus nu ook


in alle vaste contracten) in het concurrentiebe- ding gemotiveerd worden opgenomen welke bedrijfs- of dienstbelangen het betreft en waarom die een concurrentiebeding vereisen. Deze motivering moet specifiek zijn, gericht op de werknemer en zijn functie. Een algemene opsomming van bedrijfsbelangen of standaard- formulering volstaat niet. Zonder een dergelijke motivatie is het beding nietig.


Vergoeding bij inroepen concurrentiebeding Bij het inroepen van het beding dient de werk- gever de werknemer direct te informeren over het aantal maanden dat hij de werknemer aan het beding wil houden. Voor elke maand moet de werkgever een vergoeding van 50 procent van het maandsalaris, of hoger als dat is over- eengekomen, aan de werknemer betalen.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92