024 Tweegesprek
Toen & J
In het VvAA-jubileumjaar brengt Arts en Auto zorgprofessionals van toen en nu samen. Deze keer: hbo-verpleegkundigen Marianne Verheggen (79) en Jorn Albers (29), die beiden in de psychiatrie werk(t)en.
orn: “In eerste instantie was mijn keus voor de psychiatrie een prakti- sche. Door rugproble- men kon ik namelijk geen zwaar lichamelijk werk meer doen. Psychi-
atrie bleek een schot in de roos; ik zou nergens anders meer willen werken.” Marianne: “Van oorsprong ben ik fysiotherapeut. Door de komst van mijn kinderen was ik een tijd uit het vak. Daarna kwam ik niet meer aan de bak. Op mijn 41e heb ik me daarom laten omscholen tot hbo-verpleegkundige.” Jorn: “Wat grappig, ik heb ook een carrièreswitch gemaakt, van automon- teur naar de zorg. Vanaf dag één van mijn deeltijdopleiding werk ik 28 uur per week in de psychiatrie, momen- teel op de high intensive care. In juni studeer ik af.” Marianne: “Dat is wel heel wat anders dan aan auto’s sleutelen!” Jorn: “Mijn moeder heeft een zorgboer- derij. Zij zei altijd al: jij moet ook de zorg in. Omdat ik me erg betrokken voel bij anderen.” Marianne: “In het laatste jaar van mijn opleiding liep ik stage op een gesloten
Marianne: ‘In mijn tijd rookte bijna iedereen’
afdeling van een psychiatrisch zieken- huis. Ik wist meteen: hier zit ik op mijn plek.” Jorn: “Wat trok je daar zo aan?” Marianne: “De vrije en creatieve colle- ga’s. Verder voelde ik direct compassie met de patiënten. Ze fascineerden me ook. Ik vind mensen die niet in de standaardmal van het leven passen heel interessant.” Jorn: “Dat herken ik helemaal. Het mooiste van de psychiatrie vind ik dat patiënten goudeerlijk zijn. Hun hoe-het-hoortfilter staat tijdelijk uit. Daardoor is het contact heel puur. De lijdensdruk van patiënten kan me wel echt aangrijpen. Gelukkig kan ik dingen goed van me afschrijven.” Marianne: “Waar schrijf je zoal over?” Jorn: “Over wat ik meemaak. Maar ook opiniestukken over wat er volgens mij anders en beter kan in de ggz. Ik vind bijvoorbeeld dat verpleegkundigen zich vaak te bescheiden opstellen. We heb- ben onze eigen expertise. Die is anders maar niet minder dan die van psychi- aters. We zijn gelijkwaardige professi- onals. Maar veel collega’s ervaren dat niet zo. Ze kijken op tegen artsen en durven niet altijd hun mening te geven. We mogen wel wat meer voor onszelf en ons vak opkomen.” Marianne: “Psychiaters en verpleeg- kundigen hebben wel echt een andere positie en verantwoordelijkheid, vind ik. Zelf heb ik nooit last gehad van een gevoel van ongelijkheid. Als ik iets aan
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92