search.noResults

search.searching

dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Tekst: Eva Hoeke Beeld: Valentina Vos


Spiegel 031


Op deze plek verhalen schrijvers, journalisten en publicisten over een persoonlijke ervaring met de gezondheidszorg en houden ze (para)medici een spiegel voor.


Artserig


‘Alles goed, maar laten we wel wezen: hij blíjft arts’


Hij heette Ben en was arts, zei mijn moeder een kleine drie jaar nadat mijn vader na een blitzkrieg van kanker was overleden. We waren amper volwassen, mijn broer en ik, en met de hakken in het zand hoorden we haar aan. Ben was gescheiden, hij woonde met zijn zoon in een houten huisje in een dorp verderop. Ze kende hem nog van vroeger, van het poppodium waar zij aan jongerenwerk deed en hij aan jamsessies. ‘Papa heeft hem ook gekend.’ Voor het eerst in tijden straalde ze, de 47-jarige moeder die zomaar weduwe was geworden, maar dat realiseerden we ons pas jaren later. Toen en daar, in de woonkamer van het ouderlijk huis, papa’s piano al jaren onberoerd in de hoek, overheerste de redeloze woede tegen die nieuwe figuur die mijn moeder kennelijk leuk vond, en andersom. En dan was hij nog arts ook! Zeker zo’n keurige, met gekamd haar en een ruitjesoverhemd, en dat na een leven lang met onze vader, een artiest, een anarchist, een tovenaar – dat was toch gewoon verraad? Eerlijk is eerlijk, als ze met David Bowie thuis was ge- komen zou het nóg niet goed zijn geweest, maar dat begrepen we toen niet. ‘Ben drumt in zijn vrije tijd’, probeerde mijn moeder nog. Er was nog even heibel in de tent toen ze niet veel later ook nog samen gingen kamperen (Be-lache-lijk!) maar daarna doofde het protest vanzelf. In hun nieuwe huis begon een nieuw leven, één van kranten en kruis- woordpuzzels, van brillen naast uitgeknipte recepten en voorstellingen, van twee levens op het snijpunt van vrolijke autonomie en kalme saamhorigheid. En nu, bijna twintig jaar later, verstoppen ze paaseieren in de tuin voor mijn dochters, en wanneer hij zit te drummen in zijn zelf getimmerde hok


Eva Hoeke (1979) is freelancejournalist voor onder ande- re de Volkskrant en LINDA. Daarnaast schreef zij de bundel De stad, de kroeg en de man en Als het maar niet op ons lijkt, een coproductie met haar vriend en NRC-columnist Marcel van Roosmalen.


trillen de muren van plezier. Alles goed en wel dus, maar laten we wel wezen: hij blíjft arts. Als je hem een vraag stelt, krijg je een antwoord waar je een kwartier later nog naar zit te luisteren, en als je niet uitkijkt pakt hij er een joekel van een boek bij. Ook visite, buren en toevallige aanwaaiers met een fysiek probleem gijzelt hij met tienduizend niet uit te sluiten mogelijkheden en waarschijnlijkhe- den, maar dat zijn mensen die een consult willen in privétijd dus die vragen erom. Ook mooi: dat hij zul- ke gesprekken altijd afsluit met het advies dat hij toch even naar de huisarts zou gaan, als hij hun was. Dankzij Ben weet ik nu ook dat artsen de hele wereld kennen. Zit je een midweek op Terschelling, komt hij in de lokale supermarkt een ex-collega tegen, een man die het zware doktersleven combineer- de met bruine benen in leren bootschoenen. In korte broek: ‘Toch wel zwaar hoor, met zo’n helikopter van het eiland af.’ Ook heel artserig: volledig vertrouwen op de wetenschap, behalve als het op bepaalde onderzoeken aankomt. Ze kunnen zeggen wat ze willen, maar er is niks mis met een paar glazen wijn bij het eten, ook niet als het in NRC staat. Het zal eeuwig jammer zijn dat mijn vader nooit grootvader werd, maar met Ben is er een mooi alternatief voor in de plaats gekomen. En dat vind ik niet alleen. Toen hij vanwege het plaatsen van een stent een aantal dagen in het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein verbleef en ik met mijn dochtertje van 1 op bezoek kwam, zei de vrouw in het bed naast hem ontroerd dat ze wel kon zien dat hij en mijn dochter familie van elkaar waren. We hebben dat toen maar zo gelaten.


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64  |  Page 65  |  Page 66  |  Page 67  |  Page 68  |  Page 69  |  Page 70  |  Page 71  |  Page 72  |  Page 73  |  Page 74  |  Page 75  |  Page 76  |  Page 77  |  Page 78  |  Page 79  |  Page 80  |  Page 81  |  Page 82  |  Page 83  |  Page 84  |  Page 85  |  Page 86  |  Page 87  |  Page 88  |  Page 89  |  Page 90  |  Page 91  |  Page 92