Tekst: Martijn Reinink Beeld: De Beeldredaktie/Ermindo Armino
‘Sportieve dromen heb ik niet meer, welmedische’
hen ben ik met het artsenvak in aanra- king gekomen. Al was het niet zo dat zij mij stimuleerden. Juist niet. Mijn moe- der zei: ‘Zou je dat wel doen? Het is een zware studie en heel hard werken.’ Ze bracht me daarmee niet op andere
gedachten. Ik schreef me in voor genees- kunde aan de Maastricht University. Ik was vier jaar niet naar school geweest en in België krijg je in het eerste jaar van de geneeskundeopleiding veel basis- wetenschapsvakken. Die lagen me niet zo, daarom koos ik voor Nederland. Ik werd ingeloot in Maastricht en
sindsdien combineer ik studie en sport. Wat prioriteit heeft, hangt van de periode af. Komen er examens aan, dan train ik wat minder. In aanloop naar een groot toernooi zet ik de studie even opzij. De uren die ik mis, haal ik in als de rest vakantie heeft. Door mijn studie train ik wel minder
dan de concurrentie. In de top-100 is er slechts een handvol spelers dat studeert. De meesten zijn fulltime atleet, die trai- nen vijf uur per dag. Ik loop nu co-schap- pen. Van 8.00 uur tot ongeveer 18.00 uur ben ik in het ziekenhuis en om 19.00 uur start de training. Rond 22.00 uur ben ik elke avond thuis. Dat ik zo veel minder train dan de
concurrenten maakt het wel mak- kelijker om me neer te leggen bij een nederlaag. Vaak heb ik ook geen tijd om bij de pakken neer te zitten. De dag na een belangrijke wedstrijd heb ik weer co-schappen. In de Belgische media verwijten ze
me weleens dat ik studeer naast het badmintonnen. ‘Stop een jaar met die studie’, heb ik vaak te horen gekregen. Maar ik ben er juist trots op dat ik heb laten zien dat die combinatie wél moge- lijk is. België kent geen topsportcultuur. Veel talenten stoppen met hun sport als ze achttien jaar zijn en kiezen dan voor een studie. Ik ben dan wel geen wereldkampioen geworden, maar ik heb wel twee keer de Olympische Spelen gehaald. In Londen in 2012 en ik mag naar Rio de Janeiro dit jaar.
‘De dag na
een belangrijke wedstrijd
heb ik weer co-schappen’
Ik ga er alles aan doen om een mooie
prestatie neer te zetten. Binnen onze sport is het lastig om een doel te stellen. De halve finalisten zijn eigenlijk nu al bekend. Die spelers zijn zo veel beter dan de rest. Je bent dus erg afhankelijk van de loting. Als ik tegen de nummer 1 van China moet, heb ik geen schijn van kans. Deze Spelen worden mijn laatste grote
toernooi. In juli studeer ik af, dan ga ik naar Rio en daarna focus ik me op mijn medische carrière. Ik wil altijd het
maximale uit mezelf halen, zowel in de sport en de studie als straks in mijn werk. Een baan als arts-assistent, een verantwoordelijke baan, kan en wil ik niet half doen. Het kost me geen moeite om een punt
achter mijn sportloopbaan te zetten. Sportieve dromen heb ik niet meer, een medische droom wel. Ik wil orthopeed worden. En ik zal zeker blijven badmin- tonnen, op recreatief niveau. Dan wordt het weer een hobby. Want dat is het voor mij niet altijd geweest de afgelopen jaren. Als topsporter móet je. Door dat verplichte karakter ben ik weleens de liefde voor het spel verloren. Maar ik had alles wat ik heb meege-
maakt voor geen goud willen missen. Ik heb dingen moeten laten, maar die wegen niet op tegen wat en waar het badminton me heeft gebracht. Als mede- studenten naar de kroeg gingen, kon ik niet mee. Daar stond tegenover dat ik op plekken kwam, waar zij van droomden. De ene maand zat ik in Indonesië, de volgende in Guatemala en twee weken later vloog ik naar Sydney. Soms werd ik vroeg in een toernooi uitgeschakeld. Voordeel daarvan was dan weer dat ik wat van het land kon zien. Dat reizen vind ik fantastisch, andere
landen en culturen vind ik fantastisch. Waar ik uiteindelijk arts word, staat nog niet vast. Dat kan in België of Nederland zijn, maar evengoed buiten Europa.
De badmintonwedstrijden in Rio vinden plaats van 11 t/m 20 augustus.
ArtsenAuto juli/augustus 2016 ” 047
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100 |
Page 101 |
Page 102 |
Page 103 |
Page 104 |
Page 105 |
Page 106 |
Page 107 |
Page 108 |
Page 109 |
Page 110 |
Page 111 |
Page 112 |
Page 113 |
Page 114 |
Page 115 |
Page 116 |
Page 117 |
Page 118 |
Page 119 |
Page 120 |
Page 121 |
Page 122 |
Page 123 |
Page 124