Tekst: Jan Keppens Beeld: Henk van Ruitenbeek
Jan Keppens (Gent, 1953) schreef diverse romans en is als columnist verbonden aan het tijdschrift 19 Golf & Genieten. In 2012 publiceerde hij Golf: de heroïne van de veertiger, een bundel met verhalen en beschouwingen over de golfsport.
Elke vergeefse poging wordt
aangevoeld als een pijnlijke afgang
clubs aan de wilgen te hangen. Oh nee. Hoe groter de onmacht die hij voelt (of zij natuurlijk, vrouwen doen qua beze- tenheid zeker niet onder voor mannen), hoe groter de drang om die onmacht te overstijgen. Van opgeven is geen sprake. Daar is de vernedering te groot voor. Men moet en zal de schande uitwissen.
Later – wanneer men na het behalen van het golfvaardigheidsbewijs de baan op mag – neemt de ellende alleen nog maar toe. Rampspoed alom. Op de fairway loeren immers duizend-en-een obstakels en gevaren. Bunkers, waterpartijen, struiken en ravijnen maken klungelende golfers het leven zuur. Maar oh, wat smul- len ze. Ja, vreemd genoeg, hoe groter de misère en daarbij horende agitatie, hoe meer de golfer vloekend en tierend van de situatie geniet. Onontkoombaar en rigoureus voelt de zoete omknelling van deze sport. Een gevaarlijker dwingeland is nauwelijks denkbaar. Misschien dat dáár het grote geheim
mandje ballen wegslaan op de driving range, alles onder controle, leuke hobby – evolueert binnen de kortste keren tot een verwoed om zich heen grijpende dwangneurose. Een zaak van leven of dood.
Overdreven? Geenszins. Begin zelf een balletje te slaan en u zult merken wat het met u doet. Vóór u het weet, zit u op het werk of tijdens het schillen van een emmertje piepers om elf uur ’s ochtends al naar uw horloge te staren,
snakkend naar het witte projectiel. Ter- wijl er aanvankelijk weinig eer te halen valt. Integendeel, meestentijds is het treurigheid alom. Zo’n balletje wegslaan blijkt immers verdomd moeilijk. Elke (vergeefse) poging wordt aangevoeld als een pijnlijke afgang. Geen enkele sport confronteert een mens meer met zichzelf dan dat vermaledijde golfen. Het gaat immers meer fout dan goed. Correctie, het gaat voor de beginner welhaast onophoudelijk fout. En toch blijkt dat geen reden om de
ligt van de aantrekkingskracht die de golfsport heeft op sommigen van ons. Namelijk dat niets een individu méér aantrekt en bekoort dan vage dreiging en onlust. Waar onheil zich schuilhoudt, ligt verleiding op de loer. De Indiana Jones in elk van ons wil dat varkentje weleens even wassen. Helaas, niet elke Indiana Jo- nes blijkt een even goede golfer. Al drukt dat nauwelijks de pret in het clubhuis van hierboven. Men heft er eendrachtig en en- thousiast het glas op voorbije en komende avonturen. En zo is het goed.
ArtsenAuto juni 2014 041
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100