Tekst en beeld: Joris van Drooge
Reizen Kroegentocht in Dublin
Wie de ziel van de Ierse hoofdstad wil blootleggen, duikt de pub in. Dit is immers dé plek om ‘gewone Dubliners’ te ontmoeten.
I
n Dublin had ik mezelf onlangs voor een loodzware beproeving gesteld: in twee dagen de mooiste pubs van de stad zien en overal minstens één drankje nuttigen. Zo begon
ik op een druilerige morgen (prima pubweer) aan een lange pub crawl. Perfect excuus om al om twaalf uur ’s middags aan een schuimende Guinness te zitten. Eerst in de Stag’s Head (sinds 1770) met zijn exuberant Victoriaanse interieur: stoffi ge kroonluchters, glas-in-loodramen, lederen sofa’s en een reusachtige hertenkop boven de bar – vandaar die naam. Ik waan me er eerder in een museum dan in een bar. Vervolgens naar Kehoe’s, iets verderop. Daar
maak ik kennis met het fenomeen snugs: afsluitba- re houten hokjes waar vroeger de vrouwen zaten te drinken. “Want vrouwen die alcohol dronken in het openbaar, dat was ondenkbaar”, bezweert de barman. In Kehoe’s staan ook een antieke laden- kast en kassa naast de tap; veel pubs fungeerden vroeger als buurtwinkel. Handig voor de mannen, want als ze eropuit werden gestuurd om eieren of brood te halen, konden ze gelijk een pint pakken. Ook in The Long Hall, Grogan’s, Ryan’s, Nesbitt’s,
O’Neills, Toner’s en McDaid’s valt veel moois te zien. Mijn kroegentocht voelt als een spoedcursus geschiedenis van Dublin. Mét drankje in de hand. Heerst in veel pubs overdag een bijna kerkelijke rust, ’s avonds zijn ze opeens propvol. In veel
kroegen wordt nog ouderwets ge- musiceerd, gewoon op een bankje in de hoek met wat versleten instrumenten. In O’Donoghue’s (sinds 1934) bijvoorbeeld, waar ooit de beroemde band The Dubliners begon. Toeristisch? Jawel. Maar vooral komen hier heel veel gewone Ieren. En laat nou net die Ieren zelf dé topattractie van de pubs zijn. Want eerder vroeg dan laat raak je
Dubliners zien de pub als het verlengstuk van hun huiskamer
met iemand in gesprek. Dan ontdek je dat Dubli- ners hun lokale pub bloedserieus nemen. In feite is het een verlengstuk van hun huiskamer. Zeker onder oudere Ieren is het ongebruikelijk om thuis te drinken, vandaar dat ze naar de pub moeten voor hun dagelijkse pint. Soms zijn ze zo trots dat ze spontaan een rondleiding geven. Het overkomt me in Mulligan’s (sinds 1782), een spartaans drink- lokaal waar ooit zowel John F. Kennedy als James Joyce aan de toog hing. Daar raak ik in gesprek met een grijze stamgast. Hij blijkt al 42 jaar dagelijks in Mulligan’s te komen. Wat er is veranderd in die tijd? “Alleen de verf”, antwoordt hij.
Toeristische info:
www.visitdublin.com
www.ierland.nl
ArtsenAuto juni 2012
049
Top-5 Pubs in Dublin
1. The Stag’s Head, 1 Dame Court, www.louisfi
tzgerald.com
2. The Long Hall, 51 South Great Georges Street (geen site)
3. Mulligan’s, 8 Poolbeg Street,
www.mulligans.ie
4. O’ Donoghue’s, 15 Merrion Row,
www.odonoghues.ie
5. Kehoe’s, 9 Anne Street South, www.louisfi
tzgerald.com
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100