interviewDonDuyns PSvdW
10 25 september 2010
E
en paar jaar geleden wasDon Duyns nogdemeest gespeelde Nederlandsetoneelschrijver. Hij produceerdetoneelstukkenbijde vleet,maar ze werden slechtsbe-
kekendoor eenhandjevol toneelliefheb- bers. Drie jaar geleden werd de voormalige angry young man vanhet Nederlandseto- neeldoor Pieter Kramer gevraagd om een gezinsvoorstellingteschrijven, Lang en ge- lukkig.Die speeldewekenlangallegrote za- len vanNederland plat, en deze week gaat de filmversie in première,ook geschreven doorDuyns. Hetsuccesvan Lang en gelukkig wasbepa- lend voor hem, want zijn positie is veran- derd sinds die voorstelling. “Ik hebhet idee dat ik sinds de toneelversie van Lang en ge- lukkig echt ietsben in de toneelwereld. Ik weet niet wat, maar toch,iets.Het zijnna- tuurlijk holledingen,maarik vondhet toch heerlijk dat dat stuk zo veel succeshad. Dat je dan even uit het circuit bentvan kleine producties, waar maar eenpaar mensen over praten. Dan krijgjeopeen gegeven
moment toch het gevoel: waarom doe ik dit?Of: als ik er morgenmee stop,vraagt niemand me of ik in godsnaamweer een stuk ga maken. Maar sinds ik met Pieter Kramer werk, heeft het eenvluchtgeno- men.Zo’n grotereschaal, ik vind het wel leuk.” Eenpaarjaargeledenzeijenogdatjevermoe- delijknooit iets ineengrotezaalzoudoenen erwaarschijnlijkooknietgeschiktvoorwas. “Ja, dat dacht ik toen. Ik heberook voor moeten knokken. De tijddat ik toneelbe- gonteschrijven,wasdetijdvande postmo- derne tekstcollages. Vandeklankexperi- menten. Ik hebwel eens een toneelstukge- schreven in één nacht. Of eenstuk met al- leen maar associatieve verschuivingen. VanPieter hebikeen cursus vakmanschap gekregen: hoedeel je zo’nstuk voor de gro- te zaalin, hoe bouwjehet op,hoe voer je het publiekmeer.” Hadjevantevorenverwachtdathetzoveel voorjezoubetekenomeenkeersuccesineen grotezaaltehebben? “Ikhebwel altijd eenenormezuchtnaar er- kenninggehad. Mijn vrouwheeft de be- langrijke taak op zichgenomen om mijn egotebeteugelen. Als er vroegeriets over toneelindekrant stond, wasikhelemaal over mijn toeren als mijn naam er niet bij stond.Datgevoel hebikheel langgehad: ik staniet indekrant,ikwordnietopgemerkt. Nou, als je aan eenvoorstellingals Lang en gelukkig of de opvolger Snorro meewerkt, kanjedat bezwaarlijk zeggen. Danwórdje namelijk gezien,dan wórdjeopgemerkt.” Maarwistje: als ikooitsuccesineengrote zaalheb,betekentdatveelvoormij? “Ja, al zat dat besef weleen beetje wegge- stopt.Bij de première van Lang en gelukkig mochtikhet podium op,applaus nemen. Dan gaat er toch ineens eenwarm gevoel doorjeheen. Dandenk je:hé, iedereen die nu naar me toekomtvond het mooi of leuk of grappigofontroerend!Ikwas eraan ge- wend om na eenpremièrenaar het café te gaan, waar mensentegen je zeggen: ‘Tja, het waswel aardig,maar je zou misschien dit-en-ditandersmoetendoen.’ Ditwaseen voorstellingwaar iedereenvan genoot.Je maakt iets waarvan je wiltdat iedereenhet
mooi vindtengrappig,endat lukt.Dat is ei- genlijkwelheerlijk.” Inje kleinevoorstellingenhebje bijvoorbeeld nooitechtplotsgeschreven.Datistochnodig omeengrootpubliektebehagen? “Ikwasheel ergovertuigdvanfragmentatie als vorm. De wereld is geen geheel, dus moet je hem op het toneelook niet als ge- heelweergeven. Lang en gelukkig en Snorro zijnwonderlijkesamenraapselsvanallerlei verhalen, maar ze zijn welcoherent.Het was,hoenoemje dat,eenparadigmashift.” Zagjehetookalseenconsessieaanjeprinci- pestoenjeLangengelukkiggingschrijven? “Nee,ikhad er juist ontzettendezin in en heberontzettend voor gevochtenomhet te mogenschrijven, want Pieter wildeeigen- lijkdat ik alleenresearchgingdoen.” “Heellangwerk je in eenbepaald hoekje. Denk je:ikheb weer een verdomd kritisch stuk gemaakt over rechtse politiek, over DenUylofoverecoterroristen. Ineensmaak je een sprookjesvoorstellingendie heeft zo’n waanzinnigsuccesdat je ineens be- seft: misschien ben ik weldeGodfriedBo- mans vanhet toneel, in plaats vandenieu- weFrans Strijards,die ik vroegerzobewon- derde. Heel langwas ik eensoort angry young man;jedenkt:ikben degene die de boel hier gaat opschudden. Ik verzetteme ook tegenallerlei besturen vantoneelgroe- pen. Hetiseigenlijk bestgevaarlijk dat je daardan helemaal in gaat geloven: ik ben hier de oproerkraaier,niemand durft iets te zeggen,maar ikvertel zegewoondat hetbe- stuur vanhet Theater vanhet Oosten inge- slapen is!” Ishetsowiesonietgevaarlijkomerintegelo- vendatje ietsbent?Moetjenietaltijdopzoek naareennieuwevorm,steedsnieuwegenres proberen? “Alskunstenaar,ook als toneelschrijver, moet je juist heelmonomaan denken. Dat hebikeigenlijk ooknooit gekund, me op ééndingfocussen. Nu hebikook drie ba- nen tegelijk. Mensen die het willen redden moeten talent hebben,maar er ookvol voor gaan. Ik verliesnogalsnel mijn interesse.” Ik laseenoudecolumnvanjewaarinje je weerzinuitsprakovereenNederlandse schrijverdiezomonomaanmetzijnwerkbe-
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100 |
Page 101 |
Page 102 |
Page 103 |
Page 104 |
Page 105 |
Page 106 |
Page 107 |
Page 108 |
Page 109 |
Page 110 |
Page 111 |
Page 112 |
Page 113 |
Page 114 |
Page 115 |
Page 116 |
Page 117 |
Page 118 |
Page 119 |
Page 120 |
Page 121 |
Page 122 |
Page 123 |
Page 124 |
Page 125 |
Page 126 |
Page 127 |
Page 128 |
Page 129 |
Page 130 |
Page 131 |
Page 132 |
Page 133 |
Page 134 |
Page 135 |
Page 136 |
Page 137 |
Page 138 |
Page 139 |
Page 140 |
Page 141 |
Page 142 |
Page 143 |
Page 144