966 | WEEK 26-27 30 JUNI 2021


Acht bruggen op hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl gaan hoogte in


DEN HAAG Acht bruggen op de hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl (HLD) worden bij de komende renovatie verhoogd aangelegd. Dat heeſt mi- nister Van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) toegezegd na Kamervragen van de PvdA’ers De Hoop en Nijboer naar aanleiding van de vele aanvaringen op dit traject. Tussen 2025 en 2030 staat er een grootscheepse ver- nieuwing van de vaarroute op de planning.


“De Hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl bestaat uit kanalen met oude bruggen, waar geleide- lijk aan steeds grotere schepen zijn gaan va- ren en daardoor is hier sprake van een hoger risico op aanvaringen. Ik werk daarom sa- men met de provincies Fryslân en Groningen aan het verbeteren van de hoofdvaarweg”, zo


schrijſt de minister in haar antwoord. Sinds 2000 zijn er ongeveer dertig aanvaringen op de HLD geweest, de meest recente zijn de aan- varing van de brug bij Aduard (31 mei 2021), Fonejachtbrug bij Garijp (30 mei 2021), de Gerrit Krolbrug in Groningen (15 mei 2021) en de Paddepoelsterbrug (september 2018).


Opnieuw de antwoordbrief: “Om de nautische veiligheid op de Hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl te verbeteren, neem ik de volgende maatre- gelen: het vervangen en optimaliseren van de bediening en bedienapparatuur (IA); het ver- vangen en verhogen van acht bruggen naar nau- tisch veilige hoogtes op de HLD en het aanspre- ken van schippers op het veilig gebruik van de vaarweg en het waar nodig hierop handhaven.”


GRONINGEN Rijkswaterstaat heeſt de op- dracht voor de planfase van de renovatie van de hoofdvaarweg Lemmer - Delfzijl definitief gegund aan de combinatie Witteveen+Bos - Royal HaskoningDHV.


De advies- en ingenieursbureaus krijgen de opdracht voor het uitvoeren van een inte- graal onderzoek naar onder meer het in de juiste staat brengen van de oevers van de hele hoofdvaarweg en de voorbereiding van het contract voor een deel van de realisatie.


Komende jaren voert de combinatie Witteveen+Bos – Royal HaskoningDHV een in- tegraal onderzoek uit naar de vervangingsop- gaven en optimalisaties die nodig zijn, naast de lopende projecten, om de hoofdvaarweg te laten voldoen aan de Richtlijnen Vaarwegen. Dit doet men samen met bestuurlijke partners en de omgeving.


De oevers bij Zuidhorn. Strafbaar... of niet?


“Iemand die een misdrijf pleegt (dit is iets anders dan een strafbaar feit plegen) en hiervoor wordt veroordeeld, is een misdadiger. Betekent dit dat ik een potentiële mis- dadiger ben en veel collega’s van mij in de tankvaart cri- minelen in spé zijn, wanneer wij bestaande (milieu-) wetgeving overtreden door troep onder verschillende omstandigheden de lucht in te blazen?


Om het antwoord op deze vraag te kunnen geven, volgt nu een persoonlijk relaas van het naar mijn mening ple- gen van een economisch misdrijf. A true crime story. Om eind april wegens de wettelijk voorgeschreven, vijfjaar- lijkse klasse bij de werf op de helling te kunnen, moet mijn schip gasvrij zijn. Dit betekent dat de zich in de la- dingtanks bevindende gassen / dampen moeten worden verwijderd. Deze dampen/ gassen zijn afkomstig van de laatst geladen lading, welke naſta was. Naſta is een stof met een CMR-code.


Dit houdt in dat naſta kankerverwekkend is, het DNA be- schadigt en de voortplanting schaadt. De dampen/ gas- sen van deze stof hebben uiteraard dezelfde eigenschap- pen en zijn daarmee niet alleen gevaarlijk, maar evenzo zeer schadelijk voor de mens en het milieu. Het uit de la- dingtanks verwijderen van de schadelijke dampen/ gas- sen kan op twee manieren geschieden: door ze met be- hulp van een gesloten systeem te laten afzuigen door de momenteel enige, operationele reinigingsinstallatie te Moerdijk, of door ze met behulp van grote ventilatoren naar de vrije atmosfeer uit te stoten. Aan de eerste optie zijn kosten verbonden; het naar de buitenlucht ventile- ren kost niets: is helemaal gratis!


Mijn werkgever kiest uit financiële overwegingen voor- alsnog voor de laatst genoemde optie, omdat ‘dit nog steeds niet verboden is’, zoals hij zegt. In dezen staat hij symbool voor 99 procent van allen in en rond de tank- vaart, die aan tankschepen de opdracht geven dan wel deze dwingen schadelijke dampen/ gassen naar de vrije atmosfeer uit te stoten. Hoewel bij sommigen de ‘sense of urgency’ geen dampen/ gassen meer uit te stoten, zo- als genoemd in een onderzoeksrapport van de Erasmus Universiteit, ergens in het achterhoofd wel aanwezig is, prevaleert het kostenaspect.


Om deze reden begeef ik mij met een bezwaard gevoel op 15 april naar een door onze overheid aangegeven


‘groen’ vaarwater, alwaar het ongelimiteerd uitstoten van schadelijke stoffen naar de vrije atmosfeer volgens diezelfde overheid is ‘toegestaan’. In mijn geval bevindt deze ontgassingsroute zich in een Natura 2000-gebied: het Krammer-Volkerak habitatrichtlijngebied. Ik loos mijn schadelijke, toxische dampen/ gassen aldus op aanwijzing van onze overheid in een beschermd, kwets- baar natuurgebied!


Is het mij bekend dat deze dampen dan wel gassen zeer gevaarlijk voor de volksgezondheid zijn en in zeer ernsti- ge mate schadelijk voor het milieu? Uiteraard weet ik dat en ik niet alleen. De overheid, die een kaart met de lo- caties opstelde, weet dit ook. Zij beseſt zich terdege dat ontgassende schepen zich niet ontdoen van slaoliedam- pen of limonadesiroopgassen!


De ventilatoren aan dek worden gestart en ik begin met het lozen van een mix van 7600 kubieke meter aan car- cinogene, mutagene en reprotoxische (CMR) dampen/ gassen, vermengd met zuurstof. Varende met een slak- kengang kom ik tot de conclusie dat ik niet de enige, ventilerende tanker op deze groengekleurde, toeristi- sche ontgassingsroute ben, wanneer ik om mij heen kijk. Ik vraag mij af, hoeveel tienduizenden kubieke meters gevaarlijke en zeer schadelijke stoffen er nu alleen al op dit traject worden uitgestoten.


Deze uitstoot van zeer schadelijke stoffen zal uiteinde- lijk via de lucht in het water en op het nabij gelegen land neerdalen, daar de meeste dampen/ gassen zwaarder dan lucht zijn (bij Tata was dit zichtbaar door de zwarte grafietregens; bij gassen/ dampen is dit niet zichtbaar). Giſtige gasmoleculen zullen zich tenslotte aan het voed- sel voor de vele brilduikers, futen en kluten hechten en in het aquatisch milieu opgaan. Mijn handelen is aldus niet echt bevorderlijk voor de (leef)omgeving; mensen worden er absoluut niet gezonder van en op de flora en fauna is het effect ook alles behalve positief te noemen. Dit is nog eufemistisch uitgedrukt. En velen weten dit!


U hebt het zojuist gelezen: 7600 cbm! Dringt het wel tot u door, hoeveel liter dit is? Zeven miljoen zeshonderd- duizend liter, ofwel 7.600.000 literflessen gevuld met ge- vaarlijke en zeer schadelijke gassen/ dampen. U hebt ook gelezen dat deze hoeveelheid een mix van dam- pen/ gassen en zuurstof is. Wanneer ik uitga van een


verhouding 50 procent zuurstof en 50 procent dampen/ gassen, dan is er sprake van 3800 m3 puur product in gasvorm.


Het laatste heb ik bewust benadrukt, want nu ga ik u iets vertellen, wat de wenkbrauwen zal doen fronsen. Indien deze hoeveelheid wordt gecondenseerd, dan houd ik grofweg 5 kuub vloeibare naſta over. Door 7600 m3 dam- pen/ gassen vermengd met zuurstof uit te stoten, loos ik in feite vijfduizend liter vloeibaar, gevaarlijk en zeer schadelijk product in het milieu. Onbestraſt! Stel nu, ik neem een drukspuit van slechts 5 liter en vul deze met vloeibare naſta en ga tijdens de vaart op het achterdek van mijn schip deze bus leeg spuiten, waarbij de naſta zich als een mooie nevel verspreidt. Wat gebeurt er dan?


Beste lezer, geloof mij. Alle opsporingsambtenaren in een straal van 30 kilometer en zelfs die geen dienst heb- ben, zullen zich naar mijn schip spoeden en zullen mij, als zijnde de grootste crimineel van Nederland, onmid- dellijk verbaliseren wegens het ernstig vervuilen van het milieu (hoogstwaarschijnlijk onder meer op basis van de Waterwet, artikel 6.2 ). Dit komt erop neer dat ik mi- nimaal een proces-verbaal ontvang, wanneer ik 5 liter vloeibare naſta in het milieu sproei, maar dat de over- heid niets doet, wanneer ik 3.800.000 liter pure naſta dampen/ gassen naar het milieu uitstoot, wat neerkomt op 5000 liter vloeibare naſta!


Is dit niet uitermate vreemd? Aan de wetgeving kan het niet liggen. Deze maakt namelijk geen enkel verschil tus- sen het belasten van het milieu met vaste, vloeibare of gasvormige stoffen. Het verschil wordt door de hand- havende macht gemaakt! Wel de kapitein van ms Baltic Tern op grond van de Waterwet willen vervolgen voor het zonder opzet verliezen van twee containertjes met onschuldige houtsnippertjes op zee, maar niet kapi- tein Quist, die moedwillig gigantische hoeveelheden zeer schadelijke stoffen in het milieu loost in een Natura 2000-gebied? Een macht die dus per situatie bekijkt, of zij wel of niet aan haar beginselplicht tot handhaving wenst te voldoen. Strafbaar... of niet?” (Door redactie ge- selecteerd gedeelte van een voor deze rubriek te lange open brief)


Ton L. Quist, Amsterdam


Foto’s Rijkswaterstaat


De mogelijkheden voor het vervangen van de oeverconstructies is een belangrijk onder- deel van het onderzoek. Waar het mogelijk is, worden deze vervangen door natuur- en dier- vriendelijke oevers. Ook de remmingwerken bij de bruggen, de lig- en wachtplaatsen, het onderwaterprofiel en het verwijderen van de


sluis Terherne maken deel uit van het integra- le onderzoek.


Vele belangen Rinze Herrema, projectmanager namens de combinatie: “De opgave is om deze vaarweg op een maatschappelijk verantwoorde manier te renoveren. De eerste stap is om te priorite- ren waar investeringen gedaan moeten wor- den en tot transparante besluiten daarover te komen. Daarbij worden de vele belangen van stakeholders, zoals de twee provincies en de aanliggende gemeenten langs de vaarweg, gewogen en wordt geoptimaliseerd op maat- schappelijke meerwaarde.” “In onze aanpak voor deze opdracht staan twee punten centraal: we gaan samen voor het maximaliseren van de duurzaamheids- doelstellingen en met de bouw en inrichting van een dataroom, waar alles in samenkomt, gaan we echt datagedreven werken. Deze am- bities van Rijkswaterstaat maken dat wij dit project graag willen doen.”


Rijkswaterstaat rondt de planfase af in 2023, waarna de contractvoorbereiding voor de uit- voering plaatsvindt. De verwachting is dat in 2025 de uitvoering van de werkzaamheden starten.


17


Renovatieplan voor hoofdvaarweg door het Noorden definitief gegund


INGEZONDEN


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60  |  Page 61  |  Page 62  |  Page 63  |  Page 64