012 Interview
Technisch geneeskundige Annemijn Jonkman
V ‘We hebben
ia WhatsApp laat ze weten dat ze misschien iets later is. ‘Moet zo nog even met de familie van een patiënt praten.’ Anderhalf uur later stuurt ze vanuit de trein: ‘On my way!’ Eenmaal aange- komen op de afgesproken plek
én op het afgesproken tijdstip, legt Annemijn Jonkman (27) uit dat ze aan de familie van een patiënt die kunstmatig in slaap wordt gehou- den, toestemming heeft gevraagd om extra metingen te mogen doen voor wetenschappe- lijk onderzoek. Het is een van haar taken als technisch geneeskundige, ook wel bekend als TG, op de volwassenen-IC van Amsterdam UMC, locatie VUmc. Ze werkt er als research manager en doet daarnaast klinische werkzaamheden en promotieonderzoek, gericht op kunstmatige beademing en de ademhalingsspierfunctie. In zo’n gesprek met de familie van een
patiënt vertelt de TG doorgaans niet wat haar beroep precies inhoudt. “Het staat op mijn
elkaar nodig’
Als het wetstraject dat minister Bruins heeft ingezet, positief wordt afgerond, dan krijgen technisch geneeskundigen in 2020 een plek in het BIG-register. Dan mogen ze ook zelf declareren. “Het zal het beroep een enorme boost geven”, verwacht TG Annemijn Jonkman, die als voorzitter van de NVvTG ‘vecht voor een volwaardige plek in de zorg’.
kaartje, maar in mijn witte jas ben ik voor de buitenwereld gewoon een van de dokters. Als je wat langer een band hebt met de familie, dan komt het weleens ter sprake.” Collega’s in het ziekenhuis legt ze daarentegen geregeld uit wat haar vakgebied behelst. Soms spreekt ze een zaal met collega’s toe. Een andere keer wordt ze min of meer gedwongen om uitleg te geven. “Dat was vooral toen ik begon in het VUmc. Ik was een van de eerste technisch geneeskundi- gen in het hele ziekenhuis. De reacties waren wisselend. De een was heel open, de ander wat sceptisch. ‘Mag jij aan die knoppen draaien?’, kreeg ik te horen. En ik weet nog dat ik een echo aan het maken was en ondertussen aan de familie uitlegde wat ik deed. Zei een ver- pleegkundige: ‘Ik wil niet dat je met de familie praat, dat doet de arts.’ Bij alles wat nieuw en onbekend is, is er eerst weerstand. Als je uitlegt wat en waarom je als technisch geneeskundige iets doet, dan worden mensen, eigenlijk zonder uitzondering, enthousiast.”
<
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56 |
Page 57 |
Page 58 |
Page 59 |
Page 60 |
Page 61 |
Page 62 |
Page 63 |
Page 64 |
Page 65 |
Page 66 |
Page 67 |
Page 68 |
Page 69 |
Page 70 |
Page 71 |
Page 72 |
Page 73 |
Page 74 |
Page 75 |
Page 76 |
Page 77 |
Page 78 |
Page 79 |
Page 80 |
Page 81 |
Page 82 |
Page 83 |
Page 84 |
Page 85 |
Page 86 |
Page 87 |
Page 88 |
Page 89 |
Page 90 |
Page 91 |
Page 92 |
Page 93 |
Page 94 |
Page 95 |
Page 96 |
Page 97 |
Page 98 |
Page 99 |
Page 100