search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Ondernemerschap Experts aan het woord


het goed en waar niet? En waar liggen de verbeterpunten? Dat is leuk om mee bezig te zijn.” Zelf loopt hij al een tijdje mee in het vak en de kennis wat zakendoen betreft ligt bij tandartsen op hetzelfde niveau als vroeger, zo vermoedt hij. “Maar er zijn natuurlijk wel dingen veranderd.”


Mastwijk ziet een nieuwe generatie die het anders aanpakt dan vroeger en een andere work-lifebalance nastreeft dan hij zelf heeft meegekregen. “Maar als ze eenmaal aan het werk zijn, dan willen ze hard werken, in een mooie praktijk met verschillende differentiaties. Wat dat betreft zijn tand- artsen ambitieuzer dan vroeger. Alleen zijn ze minder ma- terialistisch, meer gericht op ervaringen, reizen en dingen


Ron Steenkist:


‘‘Uitkijken voor een burn- out, maar ook voor een bore-out’’


meemaken. Ze zeggen: Ík hoef geen zeventig uur per week te werken.’ En ik snap dat wel. Maar het is wel een compli- catie richting een eigen praktijk. Je kunt niet drie dagen per week topondernemer zijn, state of the art willen werken en de rest van de week afstand nemen. Dat staat op uiterma- te gespannen voet met elkaar.”


Y Dilemma Ook Alexander Tolmeijer, opleider, tandarts en mede-eige- naar van Dentalways in Delft, herkent dat dilemma. “Ik snap die jonge generatie wel: je moet je niet doodwerken. De oudere generatie tandartsen zijn heel geleidelijk ge- groeid van twee naar acht kamers bijvoorbeeld. En nu vraag je van de jonge generatie om dat zonder leercurve ook direct te doen. Het idee van ‘werken, werken, werken’ is er wel een beetje af en dat is geen slechte zaak. De vraag is vervolgens: kun je op die manier goed onderne- men? Ik denk van wel. Maar dan moet je ook goed vooruit kunnen kijken en nadenken over wat je leuk vindt en waar je energie van krijgt. Ikzelf vind het praktijkhouderschap best wel maakbaar, je kunt dat echt wel zelf inrichten. Maar het is soms wel complex.”


Met zijn bedrijf Dentiva helpt Tolmeijer tandartsen met cursussen en tools die helpen het praktijkhouderschap be- hapbaar én plezierig te maken. “Wij hebben bijvoorbeeld tools die echt helpen bij de agendaplanning. Dat helpt je enorm om ruimte te maken voor het werk dat je leuk vindt.” Of, vult Steenkist aan: “Een goede agenda helpt je je vaki- diotie te kunnen uitoefenen. Ik had m’n agenda altijd goed geregeld, zodat ik ook leuker werk had. Niet alleen compo- sietvullingen maken, maar ook tijd nemen voor een diffe- rentiatie als implantologie, endodontologie of orthodontie. Voor tandartsen is het een uitdaging om te voorkomen dat je burn-out raakt, maar ze moeten ook uitkijken voor een bore-out door te veel onder hun niveau te werken.”


Y Kritisch op de opleiding Even naar de opleiding. Voldoet deze wel als het gaat om


8 NT DENTZ MEI 2025


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60