search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Voorwoord Hans de Vries


“We moeten


ruimte blijven bieden aan


ondernemende tandartsen die een kleinere praktijk


ambiëren”


Zonder ondernemerschap geen mondzorg


N


et in Nederland afgestudeerde tandartsen en tandartsen die vanuit het buitenland hier naartoe komen, kunnen bijna direct in verschillende


groepspraktijken aan het werk. Fijn om zo erva- ring op te doen en te acclimatiseren. Voorheen lag dat anders. Oudere generaties tandartsen namen toen ze waren afgestudeerd voor het overgrote deel direct een praktijk over of ves- tigden zich nieuw. Maar het aandeel tandartsen dat dit nu nog doet, is fors afgenomen. In 1995 werkte 94 procent van de tandartsen als prak- tijkhouder, nu is dat ongeveer 40 procent. Is dat omdat men dat echt niet wil? Of omdat het ze erg moeilijk wordt gemaakt?


Veel tandartsen kiezen tegenwoordig – en dat is begrijpelijk – voor de vrijheid en afwisseling die zzp’en biedt of voor de veiligheid en ver- trouwdheid van een loondienstverband. Maar we zullen altijd óók ondernemende tandartsen nodig hebben die de mondzorgpraktijken willen leiden. Want: zonder ondernemende tandartsen geen mondzorgpraktijken en dus geen teams waarin jonge tandartsen kunnen starten met werken. Zonder ondernemende tandart- sen ook geen mondzorg in gebieden met grote tekorten aan mondzorgverleners. Mondzorg moet ook voor inwoners in die gebieden bereikbaar blijven. Dus


moet het beginnen van een mondzorgpraktijk met pak ‘m beet drie kamers daar ook fi nancieel haalbaar zijn.


Zeker als we diversiteit in de praktijkvoering van de mondzorg willen behouden, moeten we naast die heel grote praktijken ruimte blijven bieden aan ondernemende tandartsen die een kleinere praktijk met een kleiner team ambië- ren, praktijken die zorg op maat kunnen bieden. Effi ciëntie in praktijkvoering omarmen we. Maar effi ciëntie is niet heilig. Er is meer dan dat nodig voor optimale zorgverlening. En in dunbevolkte gebieden kan een praktijk van een beetje om- vang maar moeilijk overleven.


Wij vragen de NZa daarom bij de vaststelling van de tarieven per 1 januari 2026 nadrukkelijk rekening te houden met de kleinere praktijkvoe- ring in dunbevolkte gebieden. Uiteindelijk valt of staat de toegankelijkheid van de mondzorg in Nederland hiermee.


En jongere tandartsen vraag ik: bouw eerst en vooral kennis en ervaring op in ons mooie vakgebied, maar denk ook eens na over wat een eigen praktijk je kan brengen. Wij helpen je daarbij graag, sla deze special er maar op na! Z


HANS DE VRIES, VOORZITTER KNMT MEI 2025 NT DENTZ 5


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60