search.noResults

search.searching

saml.title
dataCollection.invalidEmail
note.createNoteMessage

search.noResults

search.searching

orderForm.title

orderForm.productCode
orderForm.description
orderForm.quantity
orderForm.itemPrice
orderForm.price
orderForm.totalPrice
orderForm.deliveryDetails.billingAddress
orderForm.deliveryDetails.deliveryAddress
orderForm.noItems
Ondernemerschap Starten/Stoppen


Of je nu start of stopt met je eigen tandartspraktijk, in beide gevallen is het een belangrijke mijlpaal. In dit artikel geven we een inkijkje in wat er zoal bij komt kijken als je aan de slag wil met je eigen onderneming of er juist mee stopt. Peter Oeloff geeft tekst en uitleg namens KNMT ledenservice.


TEKST: CURVE MAGS AND MORE / BEELD: CURVE/SHUTTERSTOCK V


eel tandartsen worden vroeg of laat on- dernemer en krijgen een eigen praktijk. Daar komt veel bij kijken. “Wij ondersteu- nen beginnende tandartsen bij alle vragen waar ze mee zitten”, zegt Peter Oeloff.


“Voor jonge tandartsen die nog aan het studeren zijn, or- ganiseren we bijvoorbeeld startersgesprekken. Ze hebben vaak niet helder in beeld wat er allemaal op hen afkomt.”


Y De eerste stappen Een tandartspraktijk starten begint – vanzelfsprekend – met bevoegdheid. “Eerst tandarts zijn”, zegt Oeloff kort. Oftewel: afgestudeerd zijn en een BIG-registratie hebben. Daarna komt de stap naar de Kamer van Koophandel (KvK). De rechtsvorm is hierbij van belang: vaak kiezen zelfstan- dige tandartsen voor een eenmanszaak terwijl praktijken meestal een maatschap of bv zijn. “Daarnaast moet je je aanmelden bij het AGB-register, waarmee je je identifi- ceert als zorgverlener – essentieel voor declaraties bij zorgverzekeraars.” Een praktijk is niet alleen zorg verlenen, maar ook onder- nemen. “Je gaat een eigen bedrijf starten dus je hebt een ondernemingsplan nodig met daarbij een financieel plan. Je wilt weten waar je aan toe bent en waarop je kunt reke- nen, ook met het oog op investeringen.”


De KNMT ondersteunt daarbij, maar met duidelijke gren- zen. “We adviseren niet, maar ondersteunen wel. Het op- stellen van een financieel plan laten we over aan accoun- tants of financieel adviseurs, maar we denken wel mee en verwijzen waar nodig door.”


Y Regelgeving en verzekeringen Wie zorg verleent, moet voldoen aan strikte wet- en regel- geving. Zo schrijft de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) voor dat je je als zorgaanbieder moet melden en – in veel gevallen – een vergunning nodig hebt. “En als je een grote- re praktijk hebt met meer dan 25 zorgverleners komt daar zelfs een verplicht intern toezichthouder bij kijken.” Ook verzekeringen zijn essentieel. “De arbeidsongeschikt- heidsverzekering (AOV) wordt nog weleens vergeten”, merkt Oeloff op. “Dan zeggen ze: ‘Ik ben toch gezond, waarom zou ik dat doen?’ Maar als je je been breekt op wintersport kun je een tijdje niet werken en heb je geen in- komen.” Andere belangrijke verzekeringen zijn de beroeps- en be- drijfsaansprakelijkheidsverzekering – voor het geval je schade veroorzaakt – en een rechtsbijstandverzekering, voor juridische ondersteuning bij onder meer conflicten met opdrachtgevers, maar ook bij veel andere juridische geschillen.


D MEI 2025 NT DENTZ 39


Page 1  |  Page 2  |  Page 3  |  Page 4  |  Page 5  |  Page 6  |  Page 7  |  Page 8  |  Page 9  |  Page 10  |  Page 11  |  Page 12  |  Page 13  |  Page 14  |  Page 15  |  Page 16  |  Page 17  |  Page 18  |  Page 19  |  Page 20  |  Page 21  |  Page 22  |  Page 23  |  Page 24  |  Page 25  |  Page 26  |  Page 27  |  Page 28  |  Page 29  |  Page 30  |  Page 31  |  Page 32  |  Page 33  |  Page 34  |  Page 35  |  Page 36  |  Page 37  |  Page 38  |  Page 39  |  Page 40  |  Page 41  |  Page 42  |  Page 43  |  Page 44  |  Page 45  |  Page 46  |  Page 47  |  Page 48  |  Page 49  |  Page 50  |  Page 51  |  Page 52  |  Page 53  |  Page 54  |  Page 55  |  Page 56  |  Page 57  |  Page 58  |  Page 59  |  Page 60