‘DANKZIJ HET PLUG-AND-PLAY-PRINCIPE VAN DE EMA’S WAS HET KWESTIE VAN OPBOUWEN, AANZETTEN EN DRAAIEN’
Bosch Rexroth - SPIE Nederland
en Helmond. Locaties waar Rijkswater- staat de eerste grote onderhoudswerk-
W
e hebben het over twee sluizen in de Zuid-Wil- lemsvaart, bij Schijndel
zaamheden uitvoert sinds de ingebruik- name, een kleine dertig jaar geleden. Rijkswaterstaat combineert de nood- zakelijke reparatie van de draaipunten met de andere geplande werkzaam- heden. Op die manier hoeft het de slui- zen maar één keer te stremmen. Onderdeel van het project betreft het aanbrengen van nieuwe nivelleerschui- ven voor de acht sluisdeuren (vier per sluis). SPIE draait daar als specialist in de installatiebranche zijn hand niet voor om. “De schuifaandrijvingen waren end- of-life”, bevestigt Sjaak Lugtenburg, technisch manager bij SPIE. “Niet gek ook, want ze hadden er al 28 jaar dienst opzitten.”
Elektromechanische oplossing Rijkswaterstaat sprak de wens uit voor (wederom) een elektromechanische oplossing met een onderhoudsvenster van één keer per jaar. Bovendien werd voor de levering van de eerste vier EMA’s (elektromechanische actuatoren) een termijn van twaalf weken bepaald – een korte doorlooptijd dus. Voor de levering van die EMA’s schreef SPIE een aanbesteding uit, waar meerdere ge- renommeerde partijen op inschreven. “Bosch Rexroth bleek aan alle voor- waarden te kunnen voldoen”, vertelt Martin van der Weijden, projectmana- ger namens SPIE. “Ook de korte door- looptijd was geen probleem en boven- dien weten we uit eerdere projecten dat Bosch Rexroth de kwaliteit levert die we verwachten. Een opdracht als deze houdt in dat wij het risico dragen. We kiezen dus logischerwijs alleen voor bewezen oplossingen en betrouwbare partners. In het verleden werkten we vooral samen op het gebied van hydrau- lische toepassingen in plaats van elek- tromechanische, maar ook nu verloopt de samenwerking naar tevredenheid.”
Inspelen op de markt Dévin van Nijnatten (Bosch Rexroth) is product engineer van de elektromecha- nische actuatoren. Hij legt uit dat de
vraag van SPIE op het juiste moment kwam. “We waren op dat moment al ver met de ontwikkeling van onze hydrau- lische en mechanische actuatoren. We wisten precies waar we heen wilden, mede door continu de wensen van onze klanten en de behoefte vanuit de markt te analyseren. Toen SPIE ons benader- de, konden we snel schakelen, al was de korte doorlooptijd inderdaad uitda- gend. Wat in ons voordeel werkt, is dat wij de EMA’s helemaal zelf maken, ter- wijl de meeste andere partijen afhanke- lijk zijn van leveranciers. Bovendien zijn we thuis in zowel de elektrische, hydrau- lische als mechanische markt én hebben we veel ervaring in de civiele sector. We bieden diverse standaardoplossingen, maar kunnen ook altijd oplossingen op maat leveren.” Voor de EMA’s bestaat sowieso een groeiende interesse, vanuit verschillen- de branches. Ook buiten onze lands- grenzen is voor bepaalde toepassingen een transitie gaande van een hydrau- lische naar een mechanische aandrijving. “Vooral het duurzaamheidsaspect is een belangrijke afweging”, vertelt Dévin van Nijnatten. “Elektromecha-nische actu- atoren zijn significant schoner en ener- gie-efficiënter dan hydrau-lische varian- ten. De EMA zet elektrische energie om in een lineaire beweging, gebruikmakend van een elektromotor, een tandwielkast en een spindelaandrijving.”
Over de EMA’s
• Maximale kracht tot 1.030 kN • Slaglengtes tot 7 m • Geïnstalleerd vermogen tot 30 kW • Aandrijving gestandaardiseerd IP56 (optioneel IP68)
• Standaard opties voor absolute positiemeting en schakelpunten
• Diverse standaard montage-interfaces • Stang in roestvaststaal met chroom of staal met high-end Enduroq coating (hoge mate van duurzaamheid)
OTAR Nr. 6 - 2021 21
Page 1 |
Page 2 |
Page 3 |
Page 4 |
Page 5 |
Page 6 |
Page 7 |
Page 8 |
Page 9 |
Page 10 |
Page 11 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 14 |
Page 15 |
Page 16 |
Page 17 |
Page 18 |
Page 19 |
Page 20 |
Page 21 |
Page 22 |
Page 23 |
Page 24 |
Page 25 |
Page 26 |
Page 27 |
Page 28 |
Page 29 |
Page 30 |
Page 31 |
Page 32 |
Page 33 |
Page 34 |
Page 35 |
Page 36 |
Page 37 |
Page 38 |
Page 39 |
Page 40 |
Page 41 |
Page 42 |
Page 43 |
Page 44 |
Page 45 |
Page 46 |
Page 47 |
Page 48 |
Page 49 |
Page 50 |
Page 51 |
Page 52 |
Page 53 |
Page 54 |
Page 55 |
Page 56
